(iWS\
'Uitwijkclub'
gastcolumn van Menno Pot
"Winnen en VERLIEZEN!"
De KNVB maakt verkeerde keuzes
17 februari 2016 94e jaargang nr. 7
den. Ook zit hij nog in de kascommissie van de Stichting en ook de
organisatie van de Zilveren Ploeg zit in zijn pakket. In het verleden
heeft hij ook nog 20 jaar de jaarlijkse kienavond (mede)georganiseerd
en tot vorig jaar samen met voorzitter Ad Westerhof 8 jaar lang het
Jaardiner.
Edwin heeft altijd tijd en dan kun je stellen dat deze man een rijk
leven heeft.
Column 2 februari 2016
De commissie PP&E heeft vandaag een leuke column ontvangen van
schrijver en journalist Menno Pot. Hij was aanwezig bij de wedstrijd
AFC-VVSB. Dank
Menno Pot: Schrijver en journalist over popmuziek (de Volkskrant)
en voetbal. Ajax-columnist van Het Parool. Verhalenschrijver voor
Santos. Ondanks alles Ajacied.
UITWIJKCLUB
Feyenoord-supporters mogen graag zeggen dat je niet voor je lol
Feyenoorder bent. Dat het een vorm van masochisme is: altijd weer
die hoop, altijd weer de teleurstelling. Zelfkwelling.
Wij Ajacieden zijn de voorbije jaren (nou goed: de voorbije twintig
jaar) steeds beter gaan begrijpen wat onze geliefde vijanden daarmee
bedoelen. Het valt allemaal niet mee bij mijn disfucntionele, gevallen
jeugdliefde. In kleermakerszit in het Vondelpark gaan zitten om de
madeliefjes te zien groeien, is de laatste paar jaar opwindender dan de
gemiddelde thuiswedstrijd van Ajax-1.
Wat doe je dan, als Ajacied in barre tijden? Je zoekt een uitwijkclub,
een club waar het voetbal nog fris van de lever is, de sfeer nog knus
en de kans op ontgoocheling en chagrijn wat kleiner. Een club waar je
af en toe heen gaat om het geloof op te poken dat voetbal nog altijd
onweerstaanbaar leuk kan zijn.
Mijn uitwijkclub? Ik heb er drie.
De eerste is FC Volendam, omdat het vanaf mijn voordeur de makke
lijkst bereikbare profclub na Ajax is, omdat ze proberen leuk voetbal
te spelen, omdat ik er wat mensen ken en omdat de kroegen op de
Dijk dichtbij zijn.
Nummer twee: Telstar, de leukste cultclub van Nederland, de bvo met
de meeste zelfspot en het leukste supportershome. Grappig: bij Ajax
word ik chagrijnig van slecht voetbal, bij Telstar geniet ik ervan.
En nummer drie, u voelt hem aankomen: AFC, omdat het elftal zulk
lekker voetbal speelt, omdat het zo'n prachtige oude club is, omdat er
een clubhuis staat waar je niet meer weg wilt en omdat er in dat club
huis een drankje geschonken wordt waar je geen genoeg van krijgt,
maar ook geen kater. Het AFC'ertje dus.
Een jaar of acht terugkwam ik vrij regelmatig bij AFC, maar de laatste
jaren week ik vaker uit naar Volendam en IJmuiden. Waarom weet ik
niet precies. Toen ik op zondag 29 november 2015 binnenliep op
Goed Genoeg, voor de thuiswedstrijd tegen VVSB, realiseerde ik me
in elk geval dat het mijn eerste AFC-bezoekje in jaren was.
Die middag schoot AFC met stip terug naar de eerste plaats van mijn
lijstje uitwijkclubs. Lekker aanvallen. Geestdrift. Tempo. AFC -
VVSB was een voetbalgevecht zoals je dat in de Amsterdam Arena
bijna nooit meer ziet: alle registers open en gaan voor die overwin
ning, die er ook kwam, na een 0-1 achterstand. Wat een genot om
naar voetballers te kijken die niet bang zijn om de bal te verliezen.
Het was guur op Goed Genoeg. Een stormachtige wind joeg tussen de
kantoorgebouwen van de Zuidas door, diagonaal over het veld. Af en
toe striemden regenvlagen in mijn gezicht. Ook dat hebben we niet, in
de Arena, en ik vond het heerlijk: hoe Spartaanser, hoe beter - en
daarna lekker gloeien in het clubhuis.
Ik zal mijn uitwijkclub nodig hebben, de komende maanden, want het
is weer eens afzien in de Amsterdam Arena. Als de kampioensvlag
ergens in Amsterdam uitgaat dit seizoen, zal het op Goed Genoeg
zijn. Niet in de Arena.
Mocht u me de komende tijd zien rondscharrelen op Goed Genoeg,
dan weet u dat u van doen heeft met een gekneusde Ajacied, voor wie
AFC een heilzaam kuuroord is, een plek om op krachten te komen in
een pure voetbalsetting. Een bemoedigend, troostend schouderklopje
wordt op prijs gesteld. Een AFC'ertje trouwens ook.
Column 8 februari 2016 van Rob Duis
Alles, ja Alles heeft uiteindelijk met MENTALITEIT te maken.
Hoe leren wij onze kinderen wat het verschil is tussen een "goede"
mentaliteit en een "slechte" mentaliteit. Dat is geen eenvoudige zaak!
Onze maatschappij heeft "WINNEN", de "BESTE" zijn, er "ALLES"
voor over hebben, niet "OPGEVEN" en tot het "UITERSTE" gaan, in
het vaandel.
De Olympische gedachte: "Deelnemen is belangrijker dan WINNEN"
heeft plaats moeten maken voor: "Alleen GOUD telt!" En daar zijn
wij als NATIE ook nog ziekelijk trots op.
Hoe leren wij onze voetballertjes, dat zij een wedstrijd alleen kunnen
winnen als er een ander team te vinden is, welke het risico neemt de
wedstrijd te VERLIEZEN.
Hoe kunnen wij sporters aan het verstand brengen dat je voor een
spel, een wedstrijd een tegenstander nodigt hebt, die jouw elftal de
mogelijkheid biedt om te WINNEN.
De VERLIEZER zou in een Gouden Koets geplaatst moeten worden?
Waarom?
Omdat juist de VERLIEZER jou als WINNAAR de mogelijkheid
biedt om te juichen en de beker en/of de TITEL te veroveren.
De VERLIEZER verdient veel meer RESPECT, dan wij in het alge
meen in de huidige prestatie-maatschappij gewend zijn te geven.
Bij een prijsuitreiking is het de normaalste zaak dat het applaus eerst
klinkt voor de derde prijs, vervolgens voor de tweede prijs en uitein
delijk het applaus voor de WINNAAR. Gelukkig is dat tenminste nog
bewaard gebleven.
De verliezers feliciteren de winnaar. Dat is sportief en dat wordt van
de verliezer verwacht. Daar is niets mis mee maar
"De VERLIEZER" hoor je ook te bedanken voor de fijne
WEDSTRIJD!"
robertduis1936@gmail.com
Deze keer voor het eerst een column van oud 1e elftalspeler (1966-82)
Kees Gehring, tevens o.a. ex-bestuurslid (1985-2010), AFC- erelid
(1995) en drager van de Gouden Speld van de KNVB (2010)
In de Voetbal International van enkele weken geleden stond een
interessante column van Marco van Basten.
"Messi is een wonderkind die nooit de gedegen opleiding heeft gehad
waar wij in Nederland altijd zo stoer over doen aldus Van Basten.
Gewoon met de bal op straat, dat is de beste opleiding", vervolgde
de voormalig Europees Speler van het Jaar. Nu is met name in de
grote steden van ons land straatvoetbal anno 2016 natuurlijk nauwe
lijks mogelijk, maar waar ligt de kracht van het Nederlandse voetbal
op dit gebied? Die ligt bij het gigantische netwerk van de meer dan
3.000 amateurvoetbalclubs die Nederland rijk is; deze infrastructuur
van zo veel clubs op zo'n kleine oppervlakte als Nederland is onge
kend in de rest van de wereld!
Onze AFC is al 121 jaar zo'n amateurclub, uit volle overtuiging. Bij
de invoering van het betaald voetbal in 1954 was het een bewuste en
achteraf bezien juiste keuze van AFC om daar niet aan mee te doen.
Anno 2016 is AFC met ca. 80 jeugdteams (w.o. sinds 2014 meisjes
voetbal) en ca. 30 seniorenelftallen groter dan ooit, sportief succesvol
(in 2014 voor het eerst in de lange geschiedenis Kampioen van Ne
derland) en financieel kerngezond.
Bij AFC werken de jeugdspelers van de circa 80 jeugdteams 2/3
trainingen per week af en spelen ieder weekend hun wedstrijden tegen
andere amateurs, maar de prestaties van de junioren A1, B-1, C-1 en
D1 van AFC zorgen al vele jaren achtereen voor de hoogst gekwalifi-
9