"Hee, zijn we wakker?!"
"Jaardiner, ook Haar diner"
20 januari 2016 94e jaargang nr. 6
Degradatiespook
In 1982 was Kottmann zeer belangrijk. Hij was het tenslotte die er
voor zorgde dat AFC niet degradeerde. In eerste instantie leek hij de
schlemiel van de wedstrijd te worden. In het degradatieduel tegen
EDO met een 0-1 achterstand vlak voor tijd leek het gebeurd. Er was
geen redden meer aan. Maar in de eindfase van de wedstrijd werd
Kottmann alsnog de grote man bij The Reds toen hij de gelijkmaker
binnen werkte 1-1.
Kottmann voorkwam daarmee dat AFC zou degraderen naar de Eerste
Klasse. Vlak voor zijn goal miste hij echter een penalty. Daar ging
het één en ander aan vooraf. Henk Bijlsma en de keeper van EDO
waren zwaar geblesseerd en moesten behandeld worden. Dat moment
had er alles mee te maken dat Kottmann de penalty niet kon verzilve
ren.
Kottmann: "De blessurebehandeling van Henk en de keeper duurde
vrij lang. Normaal had ik er geen probleem mee om een penalty te
benutten. Maar het duurde en duurde maar. En dan ga je toch naden
ken als ik maar niet mis want dan is AFC gedegradeerd!! Uiteindelijk
maakte ik dan toch de gelijkmaker in de extra tijd van 5 minuten. Wat
er toen na de wedstrijd gebeurde met de supporters was niet te be
schrijven. Zoveel emoties en zoveel vreugde bij de vele meegereisde
supporters. Die momenten staan mij nog steeds voor ogen en zal ik
ook nooit vergeten".
Als het aan Kottmann ligt loopt hij nog wel even rond op sportpark
Goed Genoeg. Een functie die op zijn lijf is geschreven bij zijn club
AFC.
Column 28 december 2015 van Michael Parsser
Ik behoor tot het type amateurvoetballer dat niet tegen zijn verlies
kan. Het type dat elke training, elke wedstrijd van een team uitko
mend in de reserve 3e klasse, net even te serieus neemt. Geforceerde
aanwijzingen, geforceerde kreten na een ietwat te laat ingezette tac
kle: "Hee AFC, zijn we wakker?!"
Vroeger (lees: 1 seizoen geleden) was het nog extremer. Een avond
voor de wedstrijd lag ik op tijd in bed, ik stond vroeg op om mij goed
voor te bereiden op de wedstrijd. Sterker nog, mijn teamgenoten die
wèl van een stapavond hadden genoten keek ik hoofdschuddend
aan. Elke training, elke wedstrijd vocht ik, schreeuwde ik, ging ik
voorop in de strijd. Ik acteerde een type Jantje Wouters, maar ik
mocht nog niets eens de veters strikken van Yaya Sanogo, hoewel....
Dat misschien nog nèt wel!
Ik nam het woord, had mij thuis uitvoerig voorbereid, las de opstel
ling plechtig voor, ik besprak de standaard situaties met mijn teamge
noten die nog half dronken voor zich uit zaten te staren en ik had het,
als klap op de vuurpijl, over onze valse spits. Nee, Gerard Joling was
niet onze teamgenoot, maar ik had bedacht dat tegen deze grote,
statische centrale verdedigers van pakweg Sporting Martinus, een
zwervende spits ons weleens de overwinning zou kunnen bezorgen.
Mijn zelfbenoemd tactisch meesterbrein maakte overuren en sloeg
door.
Het was allemaal teveel, eigenlijk veel te veel, maar dit alles was wel
met 1 doel: willen winnen, elke training, elk spelletje, elke wedstrijd,
geen genoeg nemen met een tweede plaats, altijd maar eerste willen
worden!
3 weken geleden keek ik naar een nostalgische wedstrijd, Celtic -
Ajax. Europese grootmachten van weleer die gretig op zoek zijn naar
een klein Europees succesje. De wedstrijd was niet om aan te zien.
Het voetbal van de AFC zaterdag 1 bevat meer automatismen dan
beider ploegen die avond lieten zien. Maar toch, Ajax won. Op het
laatste moment, onverdiend en ietwat gelukkig. Helaas voor het team
en de meegereisde supporters won Fenerbahfe van Molde en was
Ajax zo goed als uitgeschakeld. Toch vonden de Ajax spelers en de
supporters ter plaatse dit reden tot een spontaan feestje na afloop van
de wedstrijd, want hè uitgeschakeld of niet, Ajax won toch?!
Ik schaar dit feestje in het rijtje van twee andere misplaatste voetbal
feestjes van de afgelopen jaren. Het Nederlands elftal werd groots
onthaald na een tweede plaats tijdens het WK 2010 in Zuid-Afrika.
Een bezoekje aan de koningin, vervoerd worden per legerhelikopter,
een huldiging en een rondvaart door de Amsterdamse grachten die
deed denken aan de rondvaart na het behalen van ècht succes in 1988.
Feyenoord deed het ook, in de drang naar een klein succesje, dan
maar vieren dat je tweede geworden bent.
Onbegrijpelijk! Een tweede plaats! Hebben ze het allemaal wel goed
begrepen?! Je wordt tweede, dat is niks toch?!
Het Nederlands voetbal moet oppassen dat het in de drang naar een
klein succesjes en dito feestje, dan maar schaamteloze uitschakelingen
of tweede plaatsen gaat vieren, want anders wordt de neergang van
het Nederlands voetbal wel heel dramatisch en triest.
Wellicht tijd dat er in, het van de buitenwereld vervreemde, voetbal
wereldje plaats moet komen voor de amateurspeler waarbij het ook
allemaal nèt even teveel is, die het allemaal nèt even te serieus neemt,
maar wel op het juiste moment het woord neemt, nèt voor er weer een
misplaatst feestje kan losbarsten en roept: "Hee, zijn we wakker?!"
Column van 15 januari 2016 door Nicky Hekster
Tegen de tijd dat u deze column leest bent u wellicht uitgenodigd
voor het AFC Jaardiner, heeft u dat net achter de rug, of u weet hele
maal niet wat het Jaardiner eigenlijk is. Welnu, indien het laatste het
geval is, dit betreft een jaarlijks terugkerend herenevenement ter ere
van de dies natalis van onze club (18 januari 1895, de bijeenkomst
wordt dan ook elk jaar op 17 of 18 januari gehouden) van grofweg
150 mensen, voor het leeuwendeel AFC'ers, maar ook vele genodig
den afkomstig van de AFC-vriendelijke bedrijven.
Deelnemen aan het Jaardiner gaat niet zomaar. Het is op invitatie en
dat slechts wanneer u uw sporen bij AFC hebt verdiend, bijv. als
eerste-elftal speler, erelid, lid van verdienste, ridder, zilveren ploeger,
Henne Boskamp Nobelprijswinnaar, maar ook als voorzitter van de
Reds, voorzitter van dochter ACC, of wanneer men anderszins com
missielid of functionaris is. Kortom, iedereen die in het heden of
verleden iets voor de club heeft betekend of gepresteerd, wordt uitge
nodigd. Een elitair gezelschap, het crème de la crème van de club,
gehuld in smoking, dat onder leiding van de tafelpraeses, vrolijk
brassend en slempend, speechend en keuvelend de avonduren laat
wegtikken, waarbij men elkaar met De Club feliciteert en er uit volle
borst het clublied wordt gezongen.
Om kort te gaan, een pracht van een traditie, die voortkomt uit het
AFC Reünistendiner en in de verte appelleert aan het corporale ka
rakter dat onze club nu eenmaal vanaf haar oprichting draagt. Immers,
toen Pim Mulier het voetbal 150 jaar geleden in Nederland introdu
ceerde, was hij op jeugdige leeftijd geïnspireerd door het football, een
sport die vooral aan Engelse universiteiten en kostscholen werd beoe
fend, en per definitie voorbehouden was aan de upper class van de
toenmalige samenleving. En studenten waren het die zich de sport
eigen maakten, dispuutsleden, die sinds jaar en dag galadiners, jaardi
ners (in de zin van studiejaar en niet verjaardag) e.d. op hun pro
gramma hadden staan. Veel van de destijds opgerichte voetbalclubs
hebben dan ook namen ontleend aan de Griekse of Romeinse mytho
logie. Maar vanwege de Engelse oorsprong van het voetbal heten wij
gewoon de Amsterdamsche Football Club (en dus geen AVC), maar
is onze kantine nogal altijd een sociëteit en wordt onze vereniging
gezien als de meest bekakte voetbalclub van Amsterdam, met allerlei
tradities, waarvan het Jaardiner er dus één is. Het zij zo.
Parallel, doorgaans op dezelfde datum en tijdstip, wordt er tevens een
Jaardiner voor dames georganiseerd. Niet dat er een relationele bijec-
tie bestaat tussen de heren die aanzitten aan het Jaardiner en de dames
aan hun Jaardiner, nee, voor de dames is dit toch van een andere orde.
Geen selectie op basis van verdiensten, in sommige gevallen zelfs
geen band met AFC. Prima, alles goed en wel, maar wat dit betreft
gedraagt onze club zich nog orthodoxer dan de Joodse traditie, waar
bij de mannen van de vrouwen in de synagoge gescheiden zijn, maar
tenminste wel op dezelfde locatie aanwezig. Bij AFC zijn wij hemels
breed 2.5 kilometer van elkaar verwijderd, zoeken de dames asiel in
het Hiltonopvangcentrum aan de Apollolaan, terwijl de heren zich
vermeien in het Amsterdam Hotel American aan het Leidseplein.
Tradities zijn er ook om doorbroken te worden en aan te passen aan
de tand des tijds. Zo werd in 2014 het vrouwen- en meisjesvoetbal bij
AFC met groot succes geïntroduceerd. Een ander voorbeeld: al een
paar jaar voeren wij in dit land de Zwarte Pietdiscussie, handelend
over een eeuwenoude traditie, die volgens slechts enkelen bijgesteld
dient te worden. Uw schrijver zal niemand de zwarte piet toespelen,
19