Sjoerd Jens, de voetballende dokter van AFC: 'Mooi dat we bij AFC met stropdassen lopen' AMSTERDAM - Na een profcarrière met omzwervingen in het buitenland kwam Ron van Es dit seizoen naar, wat volgens de 32- jarige speler, 'de mooiste club van Amsterdam' is. "AFC pakt mij," zegt Ron ('Ronnie') van Es. Hij staat op een stoepje voor de kleedkamers en kijkt over het lege veld. "Het is de sfeer eromheen. Anders dan in een stadion staan de mensen hier dicht langs de kant dus je leert de vaste supporters kennen." En die vaste suppor ters kennen Van Es inmiddels ook. "Sterk, balvast en iemand met spelinzicht. Bovendien een aardige vent," melden 'ze' op het dijkje achter het doel van AFC. De oudprof van onder meer Telstar en Haarlem laat deze middag tegen Hollandia met hier en daar een passje binnendoor en winnende kopduels af en toe zijn goede vorm van de laatste tijd zien. Een doel punt blijft echter uit. "Het mocht niet zo zijn," zegt hij. Toch maakte Van Es sinds zijn eerste wedstrijd begin oktober al vier doelpunten in vijf wedstrijden. "Een bliksemstart," zegt trainer Cor ten Bosch. Hij vindt de spits een versterking voor de voorhoede. "Dat is duidelijk," zegt hij. "Hij is een goed aanspeelpunt en heeft veel ervaring. Maar ook buiten het veld is hij op een goede manier aanwezig, een prettige jongen in de omgang." Van Es stond vier jaar geleden ook al op het punt om bij AFC te gaan spelen maar hij koos na Portugal (Rio Ave) op het laatste moment toch voor een nieuw buitenlands avontuur, ditmaal in Griekenland (Panthrakikos, Doxa Dramas) en later Cyprus (A.E. Pafos). Een beslissing waarvan hij nooit spijt heeft gehad. "Ik ben er juist trots op dat ik in vier verschillende landen heb gespeeld." Door het goede gevoel dat de spits naar eigen zeggen altijd bij AFC heeft gehad én contacten van vroeger, kwam hij alsnog bij de club in Amsterdam- Zuid terecht. "Ik heb altijd al gezegd dat dit mijn laatste club zou worden," zegt Van Es. "Het is wel een mooie bijkomstigheid natuur lijk dat ze vorig seizoen gepromoveerd zijn naar de topklasse, maar het had voor mij niet uitgemaakt." Aanvoerder Lutzen Brink had nog niet van Van Es gehoord, voordat hij bij AFC kwam. "Maar, wat dan nog als iemand profvoetballer is geweest," zegt Brink. "Als het een onaardig persoon is, is dat nog vervelender. Gelukkig kun je met Ron gezellig een biertje drinken." Een beetje onder de indruk van de ervaringen van zijn teamgenoot is hij wel. "Ik zou zelf ook wel meer van de wereld willen zien, dus ik vind het leuk om het daar met hem over te hebben," zegt Brink. Van Es, geboren in IJmuiden, vindt het prima om weer terug te zijn. "Fijn om mijn familie en vrienden weer dicht in de buurt te hebben," zegt hij. Bovendien is hij in Nederland aan een nieuwe uitdaging begonnen, namelijk een baan bij de zaakwaarnemer die hem als prof speler ook heeft begeleid. Hij helpt onder meer mee bij het scouten van jeugdspelers en vliegt nog geregeld heen en weer naar het zuiden van Europa om zaken te doen in de landen waar hij zelf als speler actief is geweest. Dan komt het nog wel eens voor dat hij een training mist, of twee, zoals afgelopen week. "Maar trainingen missen, bete kent ook inhalen," zegt hij, "want ik wil zeker nog een aantal jaren meedraaien hier. Ik heb mijn plekje gevonden." 15 december 2010 89e jaargang nr. 5 Gepubliceerd op 3 november 2010 in Voetbal International Sjoerd Jens in actie Behalve de spelers en de technische staf zit bij AFC niemand te wach ten op de Topklasse. De reizen zijn ver en de wedstrijden tegen de beste zondagamateurs van Nederland trekken niet meer publiek ter wijl er wel meer kosten worden gemaakt. Maar de Amsterdammers draaien inmiddels bovenin mee en ze hebben in Sjoerd Jens (28) de topscorer van de Zondagtopklasse. 'Ons publiek loopt niet warm voor Ouick '20.' Tekst: Marco Timmer Het was meer voor de vorm dat Sjoerd Jens piloot wilde worden. Het was een kortstondig en stil verzet tegen de traditie die de familie Jens al ruim een eeuw in zijn greep houdt. Begonnen door de overgrootva der van de voetballer van AFC die als zendeling maar vooral als arts naar Nederlands-Indië ging. Zijn opa en zijn vader werden eveneens dokter. Jens probeerde het nog even anderhalf jaar op de faculteit Lucht- en Ruimtevaarttechniek, maar wist dat er geen ontsnappen aan was. Jens studeerde daarom eerst Biomedische Wetenschappen en deed daarna de verkorte studie Geneeskunde. 'Ik weet eigenlijk niet waarom ik me er even tegen heb willen verzetten; zegt Jens. 'Kennelijk moest ik er op deze manier achterkomen dat arts toch een heel mooi beroep is. Bovendien vind ik het ook wel wat hebben, ik ben de vierde generatie van de familie Jens die dokter is. Een paar weken geleden ben ik afgestudeerd en ik voer nu gesprekken met het AMC in Amsterdam voor een promotieplek op de afdeling Interven tieradiologie. Dat is een heel mooie techniek waarmee een grote operatie, die toch voor veel schade zorgt aan het lichaam, kan worden vermeden. Met kleine instrumenten en met behulp van scans worden dan real time ingrepen uitgevoerd. Zo kun je heel gericht op de goede plaats opereren. Het is de bedoeling dat ik eerst vier jaar onderzoek doe. Als Jens die promotieplek krijgt heeft hij de win-winsituatie die hij zo graag wil. Alleen op die plaats kan hij zijn werk combineren met het voetballen bij AFC. Als arts op een normale afdeling heeft hij onre gelmatige werktijden, zijn de diensten langer en is het geestelijk zwaarder. De spits wil bij AFC nog vier jaar op topamateurniveau blijven voetballen. 'En dat kan eigenlijk niet als praktiserend arts; zegt Jens. 'Ik heb tijdens mijn studie al gemerkt dat het met het voetballen een stuk minder wordt als ik het druk heb. Dan kost het energie, terwijl het me juist energie moet geven.

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 2010 | | pagina 20