"DE VRIENDEN DIE ER VERKEREN"
lm m
De besprekingen gaan door. Tussen het moment dat deze
woorden op papier zijn gezet en ze worden gelezen, is al weer
over AFC's locatie in de 21e eeuw vergaderd. Fijn is het waar
te nemen, dat Amsterdam AFC de plaats gunt, die de club ver
dient. Dat AFC het volle begrip heeft voor de plannen van de
gemeente om langs de ringweg ruimte te creëren voor com
merciële bebouwing, maakt de gesprekssfeer tussen Amster
dam, deelraad en de voetbalclub alleen maar aangenamer,
soepeler en uiteindelijk constructiever.
Dat Amsterdam accepteert dat een club als AFC, met het oog
op de woonplaatsen van haar ledenbestand, niet naar een
plek ver aan de uiterste rand van de hoofdstad kan worden
'verbannen', wordt in onze club dankbaar aangehoord. Het is
de bedoeling van het AFC-bestuur, vertelde voorzitter Van der
Klaauw, de leden van de club regelmatig, als er nieuws valt te
vermelden, via deze rubriek op de hoogte te houden van de
stand van zaken rondom AFC's locatie-toekomst.
HANS DE BIE
JAN STEENSMA LEIDDE VOOR HET LAATST DE 'ONDEU
GENDE KINDEREN'
Met de maaltijd begin november van de Zilveren Ploeg kwam
een einde aan een tienjarig voorzitterschap van Jan
Steensma. Tien jaar lang leidde hij de vaak ordeloze massa
van oudere AFC-ers, die Ridder of Zilveren Ploeger zijn en
probeerde hij met zijn eigen humor de niet sporadisch lawaai
erige menigte in goede banen te leiden. Dat lukte hem dan
ook in de meeste gevallen. Je moet Jan Steensma heten om
het relativerende geduld te hebben om niet op een gegeven
moment de microfoon de zaal in te smijten, als dat ding het
weer eens niet doet. Je moet het gevoel voor betrekkelijkheid
bezitten van Jan Steensma om niet ten einde raad het licht uit
te doen en alle "harder, harder" roepende clubgenoten ver
der in het donker te laten eten. Je moet begiftigd zijn met de
humor van Jan Steensma om die soms flauwe grappen en op
merkingen van 'het stelletje ondeugende kinderen op school
reisje'. waar de etende en drinkende AFC-gemeenschap tij
dens de Zilveren Ploegbijeenkomst vaak op lijkt, met een
kwinkslag te beantwoorden. Tien jaar tafelpraeses van de Zil
veren Ploeg. Je moet het maar kunnen volhouden. Knap ge
daan, Jan!
"De kern van de continuïteit van de club is vanavond aanwe
zig", zei Jan Steensma aan het begin van de eetgebeurtenis.
Waarmee hij exact aangaf waarom het in feite ging. De Zilve
ren Ploeg iseigenlijkmeerdan een lollige avond. Het gaat hier
om een sociaal kader, waarin ook de aandacht en de zorg voor
de zieke en de ouder wordende AFC-er centraal staat. Lang
durig verhinderd zijn wegens ziekte, ongeval of ouderdom be
tekent voor de leiders van de Zilveren Ploeg, dat zij thuis of in
het ziekenhuis worden opgezocht. Vaak met bloemen en een
drankje. Om die reden sloop bedelknaap Hans Honsdrecht tij
dens de jaarmaaltijd langs de tafels om de AFC-ers geld af te
troggelen.
De nieuwe AFC-ridders (50 jaar lid) werden Hans Woudstra,
Rob Molenaar en Hans Galavazi. De nieuwe Zilveren Ploe
gers (25 jaar lid) werden Dick van der Klaauw, Gerard Trebert
en Piet Leijenaar. Het aantal Ridders steeg van 42 naar 45. Tra
ditioneel was het Johan de Bie die de gelukkigen de eretekens
opspeldde en als een soort ceremoniemeester de 'zaken ach
ter de coulissen' regelde. Hij wordt de nieuwe tafelpraeses
volgend jaar. Hopelijk dat Johan's debuut in november 1996
gepaard zal gaan met de terugkeer van iets meer stijl tijdens
het jaaretentje.
En waar was de fotograaf? Er zaten leuke platen in, die later
best historische waarde zouden kunnen krijgen. Ook bij de ,i
jaarvergadering ontbrak de man met de fotocamera op be- i j
langrijke ogenblikken. Zoals de overdracht van de voorzitters- J
hamer van Jan aan Dick en zoals de huldiging van jeugdkam
pioenen. AFC's geschiedenis gaat aan de fotocamera voorbij
Dat is spijtig. Je zult toch over 25 jaar de opdracht krijgen een
jubileumboek voor AFC te maken!
HANS DE BIE
AFC-documentaire nadert zijn voltooiing
Al het gehele jubileumjaar zijn ze op en om onze velden te vin- J
den: de filmploeg die bezig is met een documentaire over
AFC, bestemd voor televisie en koopvideo.
Hadden ze eerder grote profclubs als Barcelona en AC Milan
voor de camera, nu is het de beurt aan de honderdjarige AFC.
Juist bij een topamateurclub als AFC komen alle aspecten
aan de orde: het drama en de victorie, de techniek en het ple
zier, de historie, het heden en de toekomst. En niet te verge
ten: de humor.
Van de F-jes tot en met 'het eerste', van het kleine blessure
leed tot de grote jubileum-evenementen, van 1895 tot en met
1995. Trainers en ouders, spelers en "bobo's", het publiek en
de beroemdheden. Niets blijft onbelicht.
"De vrienden die er verkeren" (werktitel) is de video over de
100-jarig AFC, voor lid en niet-lid, voor voetballiefhebber en
buitenstaander. Gemaakt door Pieter Gosselaar en Hans ter
Burg, documentairemakers èn leiders van respectievelijk de
D6 en de C5.
Met onder andere Johan Cruyff, Schelte Patijn, Wim Kieft,
Jaap van Zweden, Leo Hom, Rokus Michelsen vele anderen.
Nadere informatie over deze AFC-video volgt.
G.J.N. SCHEEPENS
Douglaslaan 10
Knegsel, 6 november '95
Zeer Geacht Bestuur van AFC,
Heel hartelijk dank voor het toesturen van het 'Honderdjaren-
boek' van AFC. Als jongste zoon van J.F. Scheepens (Peet),
beschouw ik het 'Honderdjarenboek' als een kostbaar bezit.
Het roept bij mij goede herinneringen op, wanneer ik de vele
verhalen lees en gezichten op foto's herken van zovelen, die ik
op de Zuidelijke Wandelweg tegenkwam.
Graag mocht ik met mijn vader menig duel op de Zuidelijke
Wandelweg bijwonen, waar het AROL toernooi voor mij toch
altijd wel de hoofdschotel was.
Voor de bouw van het clubhuis op de Zuidelijke Wandelweg
waren donaties nodig. Men had het ontwerp van het clubhuis
op een kaart gedrukt en in kleine vakjes verdeeld. Voor elk
vakje was een geldbedrag vastgesteld en dat kon dan doorge
prikt worden.
Vader (Peet) had veel, zeer veel AFC-vrienden en die prikten
al gauw alle hokjes van mijn kaart in. De toenmalige penning
meester was er blij mee en beloonde mij met een AFC voetbal
tenue. Toen heb ik bij 'the good old' gevoetbald. Het 'AFC-
gevoel' had ik wel, maar voor het zelf voetballen had ik niet zo
veel affiniteit.
Vrij snel na de oorlog ben ik naar de tropen en later naar Cali-
fornië gegaan. Teruggekomen in Nederland kwam ik in Bra
bant terecht, zodat het wel en wee van AFC slechts op afstand
via familie (o.a. mijn broer Joop) en kennissen (o.a. Hans Gala
vazi) ter ore kwam.
7