mers geëindigd in een één-één gelijkspel en toen waren wij al len vermoeid van een lang en slopend seizoen. Dit jaar waren wij daarentegen al begin augustus in training gegaan en voel den wij ons verplicht 'Orlando 94' recht te zetten. Daarbij kwam dat het veld dusdanig kort geschoren was dat dit ons natuurlijke technische spel beter ten goede zou komen dan het stugge Belgische spel. De Klinkaert deed haar naam eer aan. De club ooit ontstaan als sportvereniging van een fabriek die bakstenen maakt, hield haar strafschopgebied herme tisch dichtgemetseld en gokte op de counter in deze twee keer 20 minuten durende strijd. Een foute taktiek zoals zij later ook zouden toegeven. Door het vele balbezit kwamen wij steeds beter in ons spel en nadat Nick van Rossum in de vijftiende mi nuut eindelijk weer eens doel trof was de zuiderbuurse muur geslecht. Het was meer aan de coulantie dan aan de zuiver heid van AFC te danken dat de score uiteindelijk op 2-0 (doel punt Hugo Koers) bleef steken. Onze eerste toernooipunten (drie stuks tegenwoordig) waren een feit. We hadden de smaak te pakken, de Belgen smaakten prima. Onze overwinning op het sterk geachte team van de Klinkaert snelde ons vooruit, ondanks de lichte regenval waren de tribu nes druk bezet. Onze tegenstanders, Flut (spreek uit: vluut) waren ook flut (spreek uit: vlut). Dit werd nog eens geaccen tueerd door het feit dat zowel Hugo Koers (2x zelfs) als Nick van Rossum het Belgische gaas konden vinden. Opvallend in deze wedstrijd was dat de-vier-vijf-gecombineerde-links- rechts-diagonaal-as van het veld ijzersterk opereerde. Deze trilogie, bestaande uit JorisJack Bryant en Alfons Selier, wist veel meer ruimte en kansen te creëren dan de uitslag doet vermoeden. Dat de spitsen dit verspelen van kansen afdeden met dat halen we in de finale wel in", was voor de overige spe lers echter voldoende argumentatie om hen het voordeel van de twijfel te gunnen. Wat konden ze ook anders met iemand achter de hand? Ook opvallend was dat Peter van de Dungen jr. na vier eerdere fantastische afstandsschoten, nu via een waanzinnig lullich (leest iets netter) afstandsschampertje de stand nog naar 4-0 tilde. Na twee wedstrijden (toch tachtig minuten) waren we echt wel aan een hapje eten toe. Zoals het de bourgondische Belg be taamt hadden zij dit verwachten konden we ook dit jaar weer rekenen op een door de Klinkaert geschonken lunchWe kon den kiezen uit een tosti of een uitsmijter. Kiezen schreef ik. Als ze in België iets geleerd hebben op deze dag dan is het wel dat ze Nederlanders nooit moeten laten kiezen. Zelfs in de sta tistiek wisten ze nog niet dat er zoveel etensvormen met kaas, ham, eieren en brood te verzinnen zijn, tussen een kale tosti en een uitgebreide uitsmijter. Met ham, zonder ham, met kaas, zonder kaas, met eieren, zonder eieren, met ham en kaas, zonder hem en kaas, met brood, zonder brood, met ei wit, zonder eiwit, met hele dooier, met stukke dooier, zonder dooier, met zonder dooier.... De finale? Het werd al even aangehaald, maar inderdaad, on ze zes punten waren voldoende om niet afhankelijk te worden van de andere uitslagen. We hadden de finale bereikt en dien den daarin aan te treden tegen de winnaar van de andere pou le. Het nietige Braxgata, gedoodverfd laatste in alle vorige edi ties van het toernooi, was, tegen alle verwachtingen in, als eerste geëindigd. Dat dit team volledig uit hockeyers bestond mocht bij ons de pret niet drukken. Het debacle finis van vorig jaar moest rechtgezet worden en wij waren dan ook, ondanks onze gevarieerde lunch, hongeriger dan ooit. Het massaal toegestroomde publiek was, hoe kan het ook anders, volledig voor het Belgische Braxgata. Pas nadat wij op een 2-0 voor sprong waren gekomen, door een wonderschone lob van Al fons, een attente reactie van Nick maar voornamelijk door bij vlagen weergaloos voetbal, begon dit iets te veranderen. We kregen steeds meer applaus en onze ondervoeters realiseer den zich dat Luc Nilis het nog best zwaar kan krijgen in de Ne derlandse competitie bij zijn provinsiekluppie. Dat Braxgata vlak na rust nog tot 2-1 kon terugkomen was een combinatie van een onachtzaamheid in onze defensie en een staaltje van microchirurgie van de Braxgata-spits. Nadat de bal namelijk eerst half geraakt werd door een onzer verdedigers (aan na men heb ik niets, rugnummers moet ik hebben) wist de Belgi sche Torjager de op de doellijn geposteerde en zeer sterk spe lende Arie Olree, in slechts twee keer te verschalken; ons eer ste tegendoelpunt. Snel maakten Nick, Hugo en Jack (bijna twee keer) het karwei vervolgens af en redde Braxgata nogmaals de eer. Koel ont ving de vier-vijf-combinatie het applaus na deze 5-2 overwin ning en sommigen deden zelfs alsof ze het verwacht hadden. Dit herstelde de haat/liefde-verhouding met het Zuiden weer tot op het niveau waarop het hoort te zijn. Na het douchen arriveerde eindelijk onze elfde speler; Edwin Ludwig had het schilderwerk in zijn nieuwe huis in Bloemen- daal even aan de kant gelegd en was overgekomen voor het 'avondwerk'. Hij trof het, want na een lekker biertje kon hij met een mee-aanzitten aan een werkelijk fantastisch diner en meedoen met de daar opvolgende traditionele feestavond. De muziek werd tussentijds onderbroken voor de prijsuitrei king. Na alle zwaar aangeslagen Belgische teams mocht Nick, als aanvoerder, namens AFC de beker in ontvangst ne men. In een korte toespraak van twintig minuten werden de wedstrijdleiding, de scheidsrechters en de mensen achter de bar bedankt. Een extra bedankje kregen de spelersvrouwen van het Klinkaert-team, die het diner zo voortreffelijk verzorgd hadden. Een kritische noot (nood) werd gericht aan de Belgi sche spelers. Zij moeten volgend jaar niet alleen hun vrouw maar ook hun zus(sen) en eventueel die van hun vrouw, mee nemen om de 'ollandse' ploeg aan het werk te zien. Nadat Nick een extra prijsuitreiking had verzorgd voor de bes te speler van het toernooi (Arne van Eik. Toevallig van AFC?) bedankte hij nogmaals alle aanwezigen. Hij deed dit in de vorm van een door het AFC-team, aan iedere aanwezige, aan geboden drankje. Het drankje werd voorafgegaan door het AFC-vier-vijf-teamlied ('Hij mag er zijn'). Alle vooroordelen werden weer eens bevestigd toen bleek dat meer dan de helft van de Belgen de tekst niet kon volgen. Om twaalf uur 's avonds verlieten wij de feestavond om ons, na een korte tussenstop in het Zeemanshuis (onze slaapplats die nacht), in het nachtleven van Antwerpen te storten. Na een kleine omleiding kwamen wij bij de Groote Kerk en doken wij het café 'De veurlaatste' ('De voorlaatste', red.) in. Ook voor ons was het het veurlaatste café, want om 4 uur moesten wij, ingehaald door de sluitingstijd, verkassen. Edwin, moe van een dag werken natuurlijk, viel prompt op een kruk van het laatste café in slaap. Door het splitsen van de groep was niet precies bij te houden hoe het iedereen verging en overtroffen de verhalen elkaar 's morgens (half elf was de afgesproken vertrektijd naar AFC). Details zijn dan ook alleen bij de betrokkenen zelf te halen. Aardig was wel dat Bart de Ridderen Peter een aardige oplos sing hadden gevonden voor het vroege ontbijt (vóór half tien in de eetzaal); zij kwamen pas om 7 uur bij het Zeemanshuis te rug, net toen de deuren van de ontbijtzaal open gingen. Pas na het ontbijt bezochten zij vervolgens hun bed. De aankomst bij AFC betekende het einde van een stimule rend dagje België. Uit de spijtige reacties van de thuisblij vers/verhinderden bleek duidelijk dat de combinatie vier- 8

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1994 | | pagina 8