DEBUUT
Een vriendelijk telefoontje van Gerard Trebert: of Pickelaar voor AFC - Papendrecht
wilde bijspringen door de radiokamer op het DCG-veld te bemannen.
Naar de vleiende argumenten van onze perschef om juist hém aan te zoeken luisterde
Pickelaar al niet meer, want het was overduidelijk: Gerard zat gewoon erg omhoog en
benaderde dwingend de eerste de beste oen - Pickelaar dus - die er in zou trappen.
Pickelaar stemde dus toe, maar om zijn habitus toch een beetje gestalte te geven
stelde hij enige voorwaarden:
- alleen indien het een eenmalige aanbieding betrof,
- alsdan slechts tegen grof geld en
- mits support van een bekwaam radioloog, want van techniek heeft Pickelaar de
ballen verstand.
Gerard Trebert, al lang blij dat hij van een netelig probleem af was, weersprak niets.
En zo zat Pickelaar zondags al om 12,30 uur op de werkplek: een riante, bloedhete
broeikas, waarvan één wand geheel bekleed bleek te zijn met geavanceerde radiotechniek
vol draaiknoppen, tiptoetsen en een woud vol schuiven. Hij keek er ontmoedigd naar en
besefte, dat het avontuur danig uit de hand liep.
Maar weldra kwam de toegezegde hoog gekwalificeerde DCG-techneut in het beeld. Een
aardige man, die vond dat hij weinig had uit te leggen. Overal waren aanwijzingen
opgeplakt, zodat het allemaal kinderlijk eenvoudig was.
Pickelaar - slim - beaamde dat en volstond met het verzoek om alle knoppen, toetsen en
schuiven gemakshalve even in de juiste stand te plaatsen. Zelf zou hij dan wel het
'aan/uit'-knopje op de microfoon virtuoos bedienen.
Aldus geschiedde. Maar om 14,30 uur, toen AFC-ers, Papendrechters en het arbitrage
trio het veld op draafden, betrad een doortastende barkeeper Pickelaars radiokamer
met de mededeling dat er aan de bar dringend behoefte was aan een moppie muziek.
En met één vloeiende beweging veegde hij alle schuiven opzij en plugde wat stekertjes
bij. De gevolgen waren desastreus: in het interieur brak spontaan een muzikale pleuris
uit, waarin Pickelaar volledig onderging.
Daarna is er op de rand van handgemeen in de radiokamer even iets uitgepraat.
Toen Pickelaar de situatie ten slotte weer onder controle had zond hij zijn welkomst
woorden alsnog het zwerk in. De wedstrijd was toen al een minuut aan de gang.
Alle begin is moeilijk
BOELE
De leden van de 'Vereniging van Edelstieren der Stamboekclub AFC' waren op 1 mei j.l.
weer aktief. De stieren stormden de weide in en kruisten de horens.
De inzet was niet langer meer de legendarische 'Edelfokbokaalmaar een zwaar sculp
tuur van 'DE STIER'.
De financiering daarvan leek aanvankelijk wat problematisch, maar opperstier Rein
Minor had die tóch voor elkaar gekregen.
Dertien bullen (Wouter Amesz, Theo van Emden, Kees Gehring, Dio Hermens, Peter v.d.
Heydt, Willem de Jong, Henk Kappelhoff, Cor Kerker, Rein Minor, Piet van Ruyven,
Frans Spoel, Jaap Wildschut en Pickelaar) mitsgaders vier bullenvrienden (Rein Akker
man, Johan de Bie, Jan van Dijk en Otto van Rijn) streden in Tennispark Buitenveldert
met een Australisch balspel - de naam ervan is Pickelaar inmiddels weer ontschoten -
om de nieuwe Boele-trofee.
Rein Minor zelf was de trotse winnaar. Hij werd afgunstig gefeliciteerd door Pickelaar
en Peter v.d. Heydt, die tweede en derde werden.
De uitreiking vond aansluitend plaats tijdens het 'Stierendiner' in 'La Belle Auberge'
te Amstelveen. Jaap Wildschut kreeg de helse opdracht de oude edelfokbokaal te vereeu
wigen op linnen.
Niet minder dan acht bullen en twee bullenvrienden voerden het woord aan tafel!
Sterk was het verhaal van Henk Kappelhoff, die eens in een alcoholfuik het initiatief
wilde behouden en de politie-agent op een wonder wees: muziek uit Hilversum kon hij in
Amsterdam in zijn auto horen! De agent wist ook een wonder: alcohol uit Schiedam kon
hij in Amsterdam ruiken