MIXED PICKLES
ingelegd door Pim Adriaansz
EINDE SEIZOEN
Het voetbalseizoen 1989/1990 zit er op en gewoontegetrouw blikt Pickelaar dan, wat
ons eerste elftal betreft, even terug.
De derde plaats op de ranglijst mag er zijn, ook al hebben wij met zijn allen stiekem
op iets meer gehoopt.
Waar kwamen de 36 punten van AFC vandaan? Daarvoor naar een summier overzicht, uit
gaande van de eindstand in hoofdklasse A.
1.
Elinkwi.ik
26
38
54
-
24
1
1
2
2.
DWV
26
37
43
-
20
1
1
2
3.
AFC
26
36
51
-
26
-
-
-
4.
ADO '20
26
31
44
-
25
0
0
0
5.
WFC
26
29
45
-
38
1
2
3
6.
Blauw Wit
26
26
37
-
32
2
2
4
7.
RCH
26
26
33
-
34
1
2
3
8.
Papendrecht
26
26
25
-
33
2
2
4
9.
DCV
26
25
35
-
41
1
2
3
10.
Wilhelmus
26
22
33
-
32
2
0
2
11.
DHC
26
22
33
-
48
2
1
3
12.
RVC
26
16
28
-
62
2
1
3
13.
EDO
26
15
21
-
43
2
2
4
14.
Stormvogels
26
15
28
-
52
1
2
3
364
364
510
510
18
18
36
Uit het bovenstaande vloeien de volgende opmerkingen voort:
de krachtmetingen met mede-titelpretendenten Elinkwijk en DWV leverden vier
gelijke spelen op;
uit het bovenste deel van de ranglijst vergaarde AFC 14 punten en uit het
onderste deel 22 punten;
zowel 'thuis' als 'uit' werden 18 punten behaald, hetgeen zou kunnen wijzen
op teloorgang van terreinvoordeel door de slechte conditie van ons hoofdveld.
HANDEL
Omdat ons hoofdveld al op maandag 23 april 'om ging' moest er een vervangend veld
gezocht worden voor de laatste thuiswedstrijd op 6 mei j.l. tegen Papendrecht.
Dat 'thuisveld' is - u weet het - op Ookmeer gevonden dankzij de loyale medewerking
van DCG.
Maar voor het zover was had Sal van Gelder eerst telefonisch contact gehad met
Olympisch Stadion-directeur Otto Roffel over het bijveld, dat voldoet aan de eisen
van de KNVB.
Wat dat ging kosten, was uiteraard de vraag.
Otto noemde zijn prijs van f. }.000,==.
Waarop Sal reageerde met: "ik wil het niet kopen maar huren"....
CITAAT
Niets scherpt de pijl van het sarcasme zozeer als de beleefdheid, die hem polijst;
geen verwijt is te vergelijken met dat, wat wij in een glimlach kleden en met een
buiging aanbieden.
(Lord Philip D.S. Chesterfield).