de dijk, om daarna rechtsaf te gaan, het kleine houten brug getje over en dan had je het veld. Niemand kende nog de naam van de club, ze was al zolang ter ziele. Wanneer je de naam noemde kreeg je alleen bij oude mensen een blik van herkenning. Je had er mooie wedstrijden gespeeld, als jongetje van elf, twaalf jaar. De zon scheen altijd. Hij lach te. Dat kon natuurlijk niet, in dit klimaat. Er was geen trai ner, die was te duur. Eentje van het eerste bemoeide zich met de jeugd. Drie senioren, één junioren en twee adspiran- ten elftallen; dat was je club. Hij volgde het pad langs het water, de hoge rietkraag. Daarachter had het keetje gestaan. Twee kleedkamers en in het midden een hok, dat voor kan tine werd versleten. Je kreeg er limonade uit kogelflesjes en slierten drop. Een flesje kostte vijftien cent en je kreeg drie slierten voor één cent. Wassen deed je in de sloot met zinken bordjes. De bal was erg groot en zwaar en het was beter dat je niet kopte. Vooral als je de veter op je hoofd kreeg kon je minutenlang over de pijnlijke plek wrijven. Corners gingen altijd op de helft. Het gras was te hoog en vaak zat een groot gedeelte onder de gele paardenbloemen. Alleen rondom het doelgebied was het kaal. De mazen van het net waren onverantwoordelijk groot. Hij herinnerde zich een wedstrijd van het derde, die een monsteroverwin ning behaalde: 30-0. Er werd toen veel via het zijnet ge scoord. Het bruggetje was er nog, even later stond hij oog in oog met een komplete wildernis. Het vroegere speelveld was overwoekerd door struikgewas en gebruikt als illegale vuil stortplaats. De tand des tijds, dacht hij en glimlachte. Daar moest het keetje geweest zijn, met zijn voet trapte hij in de grond. Na enige pogingen kwam een stukje fundament te voorschijn. Hij trok de kraag van zijn jas omhoog, het begon te regenen. Donkere wolken pakten zich samen boven zijn hoofd en opeens zag hij zijn oude voorzitter staan. Een gezellige dikke man met een bolhoed op, een sigaar tussen de lippen en de handen in een duffelse jekker. Hij was niet verbaasd toen hij vriendelijk werd toegesproken. "Hoe is het nou met je, jongen? Voetbal je nog?" Hij schudde het hoofd en zei triest: "De geest wil wel, maar de botten weigeren. Ik heb het lang genoeg gedaan". "Ja, dat geloof ik. Je was enthousiast genoeg, vroeger. Ik kan me herinneren dat je eens een half elftal omspeelde en toen met je hak scoorde". Hij trok een paar keer aan zijn sigaar en vroeg: "Wat kom je hier eigenlijk doen?" Hij haalde zijn schouders op en zei: "Ik ben verdwaald, ik was in de buurt. Dingen van vroeger houden je bezig, van daar. En wat doet u hier?" De voorzitter had ook zijn kraag opgezet, de bolhoed wat dieper in de ogen getrokken en antwoordde: "Je hebt me opgeroepen, je had een beter tijdstip kunnen kiezen". Hij huiverde. "Opgeroepen, wat bedoelt u?" Hij knikte in de richting van het stukje fundament en zei: "Met je voet, een voetballer eigen zou ik zo zeggen. Vertel eens, is er veel ver anderd in die jaren?" "Het ligt er aan wat u bedoelt. De spelregels zijn hetzelfde, de uitvoering is anders. Vooral dat laatste heeft veel verandering ondergaan". "Vertel eens, je maakt me nieuwsgierig". "Een kleine dertig jaar hebben we betaald voetbal. Er viel niet aan te ontko men. Het buitenland ging ons voor, dat weet u nog wel. De Engelsen "Jaja. die hebben altijd voor geld gespeeld". "Het spel is er niet fraaier op geworden. Enkele bijdehandte trainers hebben ingenieuze systemen bedacht waardoor je met zo min mogelijk doelpunten kunt verliezen. Trainers zijn boek houders geworden. Ze tellen, delen, trekken wortel, alles gericht op het resultaat. De club met de beste boekhouder staat bovenaan. De lol is er af, de spontaniteit vermoord. Plezier in het spel kennen ze niet". "Wordt iedereen dan be taald, zijn er geen amateurs?" "Gelukkig wel, alhoewel de invloed toch merkbaar is. Jon gens zien die anderen elke week spelen op de tv. Er blijft altijd iets hangen". "Wat is dat tv?" "Het oog van de wereld", zei hij. "ledereen heeft tegen woordig een scherm thuis staan. Door op een knop te druk ken kan je bepaalde gebeurtenissen volgen, terwijl je in je stoel zit. Voetbalwedstrijden, bijvoorbeeld. Alles wat daar gebeurt, ook de slechte dingen, worden geïmiteerd. De jeugd wil graag voor vol worden aangezien, dat weet u. Er wordt vaak gemeen gespeeld, spelers moedwillig onderuit gehaald. Het gaat om geld. Een speler die doorgebroken is, moet neergelegd worden. Je komt aan de knip van je kolle ga's als je het niet doet". "En wordt daar niet tegen opgetreden?" "Jawel, maar dat is flauwe kul. Zo'n speler krijgt een kaart en hij mag rustig verder voetballen. Dan heb je nog de sup porters, dat is een verhaal apart. Bij een beetje wedstrijd is een gehele politiemacht op de been. Cellen worden gereser veerd voor de relschoppers; mensen die aan de weg wonen waarlangs een supporterslegioen voorbijtrekt, worden ge waarschuwd binnen te blijven. Elke week is het knokken ge blazen. Ze moeten hun agressie kwijt zeggen de heren psy chologen. Er komen steeds minder mensen naar de stadions. Elke club krijgt subsidie, anders redden ze het niet". Uit de opgestoken kraag was alleen maar de sigaar zicht baar. "Wil je me een plezier doen?" vroeg hij. Zijn stem was nauwelijks hoorbaar door het hemelgeweld. "Natuurlijk. Ik heb altijd de grootste bewondering voor u gehad". "Wrijf dan nog een keer met je zool over dat stukje steen. Ik wens je sterkte met jullie voetbal. Ik ga weer, dag!" Hij voldeed aan het verzoek en trapte andermaal een paar keer in de grond. Daarna keerde hij zijn oude speelveld de rug toe. De regen striemde zijn gezicht. De avond begon te vallen, toen hij via de soppige grond terugkeerde naar het pad langs het water. Charlie dochter van Michel en Tanja Rieder Namens geheel AFC van harte gelukgewenst. Geboren Jody Het Bestuur wenst alle AFC-ers PRETTIGE KERSTDAGEN EEN VOORSPOEDIG 1983 en Het Bestuur geeft met leedwezen kennis van het over lijden van de heer Wij betuigen de naaste familie onze innige deelneming. in leven donateur van onze vereniging. A.S. Groen

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1982 | | pagina 3