KLEIN KERSTVERHAAL Hoe lang was het nu geleden. Twintig jaar, hij was toen vijfentwintig en vol idealen. Hij dacht aan die mooie gelukkige tijd terug, toen hij in zijn moderne plastic-flat onder de nep-kerstboom zat. Vijfentwintig was hij geweest, jong en ambitieus, leider van het beste D-pupillenteam van Nederland. Jongetjes van zes waren zij, toen onbekend, nu wereldberoemd. Wat een spelertjes had hij in zijn team gehad en hoe had hij zijn stempel op hun spel kunnen drukken. En daarna, daarna was hij miskend. Via het huwelijk had hij nog getracht wat eigentijds geluk te vergaren, maar na de vierde, Fulvicia of hoe heette zij ook alweer, had hij ook dat maar opgegeven. Niet echter had hij het lidmaatschap van zijn club opgezegd, hoewel dat maar weinig gescheeld had, toen zij toetraden tot de rijen van de profclubs. Gelukkig was alles weer ten goede gekeerd op het moment, dat het volledige Nederlandse betaalde voetbal failliet was verklaard. Nu draaiden ze weer mee in de vierde klasse. Waren de jongens nog maar lid, zijn jongens, die zouden de club omhoog kunnen brengen. Ze waren nu zesentwintig en over de meesten las hij nog wel eens in de krant. Speciaal daarvoor kocht hij iedere week The American Soccer-review, want de meesten speelden nog steeds in de Verenigde Staten. Onwillekeurig liet hij ze de revue passeren: Johnny, dat kleine keepertje, was een hele grote geworden, speelde nu in Mexico, een beetje alternatief eigenlijk, voor Tacos Tequila. Rinaldo, toen een kleine slungel, was nu een aalgladde opkomende back, die een slordige miljoen bij de Notorious Milwaukees verdiende. Dan had je Herman, of heette hij anders, hij had niet zo vaak meegedaan. In ieder geval was het een rond kereltje, maar stevig, nu outputter van F.C. Moet, het kampioensteam van de Seychellen, met de befaamde coach Don Perignon. Hij dacht aan Leootje, een slim ventje, dure dollars verdienend in het emiritale team van Koeweit. En dan had je Henkie, hij had altijd een zwak gehad voor Henkie, omdat die de kleinste was. Hij kwam maar net boven het gras uit. Toch uitgegroeid tot 1.80 meter, thans Henk en uitkomend voor de Las Vegas Aces. En Dickie, toen niet één van de beste, maar nu schitterend in de Misjury Jets. Beremann, zijn voornaam wist hij niet meer, een pratertje, altijd pingelend, nu nog bij het befaamde clownsteam van Pingling and Ringling. Laat die maar schuiven. Kareltje was ook een pingelaartje, maar anders. Karei werd Charlie en ver dient zijn uitgebreide Chinese maaltijden bij de Tobacco Tomatoes uit Tampa. Hij nipte nog eens aan zijn glaasje vieux (was vroeger cognac) en zijn gedachten kwamen bij Gerrie, dat blonde dravertje. Gary, zoals hij nu heette, was één van de meest bereisde voetballers ter wereld, die nu zijn heil had gezocht bij de Vendome Vanquers uit Vermont. Nog zo'n blonde was Wil, een verdediger met een sterke afpaktechniek, die hij nog steeds demon streerde, maar nu bij de Milwaukee Chemistrians. Eén van de sterren was Japie, uiteraard, toen vijf jaar en met dispensatie de sterren van de hemel spelend. Jack speelde nu bij de Miami Milestones, een club waar het soccer een beetje op het tweede plan kwam. De langste was Gerrit geweest. Ook hij was door de Amerikanen weggekocht, maar had het als voetballer niet helemaal gemaakt, wel echter als basketballer. Als center van de Boston Reds was hij de eerste blanke dunker geweest. Nee niet allemaal hadden zij hun carrière bij het voetballen gemaakt. Daar had je nog Noudje en Nico, de twee Ennen. Noudje was een bekend fysioloog geworden. Zijn voetbal activiteiten reikten niet hoger dan Den lip 3. Nico was wel naar Amerika gegaan en was daar nu een briljant docent aan Harvard. Geen wonder, hij kon toen al zo goed praten en ging zelfs zaterdags naar school. Fijne jongens waren het geweest, waren ze er nog maar. En dan vergat hij er nog twee: Hans, een laatbloeier en Fredje, wat was daar ook weer mee Midden in zijn overpeinzingen, ging plotseling de bel. Niemand verwachtend, deed hij verbaasd open. Het was een besneeuwde telegrambesteller met, niet te geloven, een telegram. Hij gaf de man zijn laatste piek en maakte nerveus het telegram open. "Komen morgen terug, maak een plaatsje voor ons vrij, komen weer spelen voor onze coach, John, Rinaldo, Harry, Hank, Dick, Jack en de anderen". Tranen van vreugde en ontroering kon hij niet bedwingen. Na een flinke slok vieux (nog wel) pakte hij de telefoon en belde de secretaris. "Ja Toon, met mij, ik heb een nieuw team voor je". "Gelukkig kerstfeest". "ELK DOELPUNT GELD...T" Tijdens de Algem. Ledenvergadering van AFC op 23 juni j.l. heeft zich een lid gemeld, die de leuke geste van de oud-penning meester Jan Bosch - hij beheerde de financiën van 1933 - 1937 - direkt wilde overnemen. Wat was nl. deze leuke geste? Bij de behandeling van het financiële verslag memoreerde de penningmeester Otto van Rijn dat hij een extra bijdrage van Jan Bosch van f 55,- had ontvangen, zijnde f 1,~ per doelpunt voor alle door het Eerste Elftal van AFC in het afgelopen seizoen gescoorde doelpunten. Een nog grotere verrassing voor het Bestuur was de toezegging tijdens de Alg. Ledenvergadering, want in het seizoen 1977 - 1978 geeft een eerderbedoeld lid f 1- per doelpunt voor ieder competitie- of bekerdoelpunt vanaf het Eerste tot en met het laagste Pupillenelftal. Als wij dan bedenken dat er in het vorige seizoen meer dan 1600 doelpunten werden gezet, dan zult u begrijpen dat dit lekker kan aantikken en een zeer welkome bijdrage voor de Clubkas zal gaan betekenen. Maarwellicht zijn er meer leden, die AFC op deze wijze financiëel willen steunen. Met een kwartje of een dubbeltje per doelpunt zijn wij ook al best tevreden. Men kan ook zijn inzet beperken tot bv. alleen de doelpunten van de KNVB elftallen te honoreren dan wel alleen de Junioren - of alleen de Pu pi I lenelf ta llen er bij te betrekken. Er zijn allerlei moge lijkheden te bedenken. Het Bestuur weet aan het eind van het seizoen zeer zeker een goede bestemming voor de op deze wijze ontvangen bedragen te vinden. Doet u ook mee? Uw penningmeesters Otto van Rijn en Marcel Kosters noteren U gaarne als deelnemer aan de aktie: "Elk doel pun t geldt". VISIOEN Nadat ik Herman Kuiphof had weggedrukt bleef ik nog even wezenloos staren naar het donkere bolle oog, dat zojuist een aantal beelden over me uitgestort had, die me deden denken aan de woorden van een kennelijk profeties persoon (z'n naam 3

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1977 | | pagina 3