Sr SHurrat Spirgri In de tijd Jaardiner 1975 Kattegat 4 - Amsterdam Gezellig dineren in een romantische Oud hollandse sfeer. Ook voor recepties-promotiesparties en besloten diners. Wat me in dit jubileumjaar blijft be zighouden is het feit dat pas 620 jaar nadat Floris V de toenmalige Samkal- den (heette 'ie niet Keizer?) het recht gaf de plek om de dam stad te noemen, ene Schepens het idee kreeg in clubverband achter de bal aan te gaan rennen. Ge makkelijk zie ik Meester Hendrik Persijn (Kees Brusse) een tot bal gepromoveer de prop papier, omwikkeld door enigh getouw, hoog houden aan de wallekant van het nog niet gedempte Rokin, van voetje op knie vice versa. Ook het put- voetbal, gespeeld door Haringkakers en Pakhuismeestern, zie ik duidelijk voor me. Vertel me namelijk niet dat de boys uit de 13e of 14e eeuw geen benen en voeten hadden. De steegjes van toen gil den gewoon om een partijtje sneltrap- pen. Via de muur kan je de bal dat fijne wegsluipende effekt meegeven; elke lief hebber krijgt daar het water van in de mond. Met het materiaal was het een beetje behelpen. Geen plastieke wonder- vijfjes, maar zo'n balletje van Persijn kan, na een paar regenbuitjes (die had den ze ook in die tijd) lekker aangekneed worden. Aan ruimte geen gebrek. Een poldertje droogmalen en je had een kom- pleks van hier tot ginder. Bovendien had men in die tijd veel kontakt met de Hanze-steden: voetbal op internationaal niveau lag voor het grijpen. Pas 6 eeuwen later krijgt iemand, toe vallig onze oprichter, een brain-wave om georganiseerd achter het leder te jagen. Al die tijd moeten de mensen het ge woon te druk hebben gehad met de sur vival of the fittest. (Darwin onderkende dat begrip het eerst, vandaar dat het spel in Engeland is uitgevonden). Op een paar plekjes na, Noord- en Zuidpool, de Mount Everest, de Grand Canyon, voetbalt thans de gehele wereld. Nu zijn we tweede geworden maar als die Persijn niet zo fanatiek met z'n gul den reiers aan het rommelen was ge weest, een beetje meer oog voor z'n werknemers had gehad, aktieve rekrea- tie, weet je welhad Duitsland goed de pot opgegaan, vorig jaar. Hoe zal het over 700 jaar zijn? B.v. de achterkleinzoon in de zoveelste macht van Jan van Dijk. Nog steeds in het roodzwarte baaitje of heeft de achter kleinzoon in de zoveelste macht van Sal de kleuren inmiddels veranderd? Een baaitje, geheel bestaand uit één sinteties nummer? Of in 't geheel geen baaitje maar het lichaam bespoten met een plastieke laag, die zelfs onder de ge meenste tekkel volledige bescherming biedt? Als het groeitempo konstant blijft: in 1895 zeg 15 leden, na 80 jaar 1500, dan zitten we in 2675 met een dikke 13.000 leden. Een vrij brede basis. Je mag dan wel in de hoofdklasse spelen. De achter kleinzoon etc. van Jan zal traditiege trouw het laatste elftal opzoeken: het 711e. Het is even wennen aan dit soort getallen maar voor de mensen, die dan leven heel normaal. Een wedstrijd D.C.G. 512A.F.C. 488 kan een rede lijke match in de onderafdeling worden. De pil kan deze cijfers misschien iets drukken maar de populariteit van onze vereniging staat wel borg voor verdere expansie. De kinderen van 2675 zullen niets ende niemendal weten van ons 80-jarig bestaan; noch iets over het 700-jarig ju bileum van onze stad. Mogelijk komen we nog een keertje terug, samen met Meester Persijn (als die ook opgeroepen wordt) en dan buigen we ons gezamen lijk over de plannen om onze leden weer eens een daverende musical te brengen t.g.v. onze 780ste verjaardag. We zul len dan wel uit moeten wijken naar een wat grotere behuizing want in het club huis gaat 't niet meer. Maar dat zijn zorgen voor later. Charlie A.F.C. 80 Ja, de Reds tachtig. En we wilden het met velen meemaken. Met ruim 140 mannen zaten we aan. Ze kwamen van heinde en verre. In mijn buurt bespeur de ik plaatsen van herkomst als daar zijn Almelo, Caracas, Amstelveen, Zand- voort en noem verder maar op. 140 mannen. Vroeger mochten we niet met meer dan 110 aanwezig zijn. Veranderd zeker. En de wijziging gaf geen bezwaar. We zaten echt niet als haren op een hond. Om kwart over acht floot de tafelpre sident voor de eerste keer en na nog wat „driehoeraatjes" zaten we om half negen echt klaar om te beginnen. Bij het in kijken van het menu, zonder nog te we ten, wat de verschillende namen eigen lijk voorstelden, viel al direct, althans mij, iets op. Echt mannendiner. De helft van de gangen droeg meisjesnamen. „Sauce Véronique", „Cocktail Caroli ne". Anders dan bij de dames. Soep A.B.C., Cocktail A.C.C. etc. Achteraf bleek dat én de meisjes én de jongens lekker hadden gesmuld. Welkom Zoals gezegd, om half negen heette voorzitter Glas (van de tafel) ons allen welkom met aparte vermelding van on ze eregasten Jo van Marie en Richard Huberts. Besturen van dochters, Vene- zolanen, Dusseldorpers en iedereen, die hij nog meer zag en het aparte vermel den waard vond. En wij aan de soep. Bij ons aan tafel geen geruzie over de wijn. Er zat een „Oostenrijker" aan tafel en die besliste. Achteraf moesten we toch ons eigen aandeel betalen. En toen nam Dio Hermens het woord of liever hij zal het wel gekregen hebben. Na de positie van onze club uitvoerig te heb ben belicht en de vaste standpunten, welke wij ten opzichte van bepaalde ontwikkelingen in onze bond hebben, nog eens te hebben aangegeven kwam hij aan het gedeelte van zijn speech, waar elk jaar onze belangstelling ten zeerste naar uitgaat. Wie krijgt een lintje? Wel nu, dit jaar, in het licht van ons 16de lustrum, was het een bui van linten. Frans Haubrich, Nobelprijs vooral voor zijn werk als chef van de totocommis sie; Cor Quint, Thieme ten Oosten, Pim Adriaansz, Bob Wildeboer en Rob Duys, leden van verdienste; Arie Waayer, Jan van Dijk en Fred van Soomeren, erele den. Willy Brusse en Piet Ouderland kregen een geschenk. (Alhoewel ik het van Piet niet zeker meer weet. We had den kalm aan gedaan voor het diner, maar toch kunnen we alle aantekenin gen niet meer lezen). Door deze veel heid van onderscheidingen kregen niet alle aanwezigen de gelegenheid om de vereerden te complimenteren. Vanaf hier dan nog eens aan allen: Hartelijk gelukgewenst. Op tafel Nog eens. Niet al mijn steno is terug te brengen, maar ik meen hier toch te zien staan, dat Arie Waayer op tafel heeft gedanst. Misschien is er niets van waar. Maar U en ik zien het hem toch maken in onze verbeelding. Geweldig. Jo van Marle stak een speech af, die er zijn mocht en onze captain van de eerste elftallers deed ons de dagen van onze meest oraal begaafden als Henne Boskamp en Kees Bouwens in herinne ring roepen. Bas, onze bewondering. Adje en Cor Al deze hoogtepunten werden op een bepaald moment onderbroken door het optreden van Ad Gehring met Cor van Peperzeel aan de piano. Alle liedjes, of althans een groot deel ervan, welke Ad zo in de loop der jaren tijdens de Nieuw jaarsreünies had gezongen kregen een reprise. En hoe. Ad stond weer helemaal achter zichzelf en overtrof zich dan ook misschien daardoor wei. U kent ze nog wel. „De vrouw van een voetballèr", „De mannetjes langs de lij-lij-ijn" etc. etc. Minutenlange ovatie was hun deel. En toen kwam er na het Clublied een einde aan deze geweldige avond en moesten we weer terug naar dat gedeel te van het clubhuis, waar zich de bar bevindt. Anderen gingen naar die ge deelten van ons goede 700-jarige Mo- kum, waar zich bars bevinden, maar al len met de gedachte: „A.F.C., veel suc ces en, wat dit feest betreft, tot volgend jaar". j. t. S. 2 minuten van Centraal Station) Telefoon 020 - 24 65 89 Gevestigd in een historisch Hendrick de Keyser pand anno 1614. (zondags gesloten) Op aanvraag bezorging van kond-buffet op uw kantoor of thuis. 2

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1975 | | pagina 2