Waar gebeurd
VLEKAVIA
Aan alle AFC-'ers
Om te beginnen is er één bij die con
stant alles kwijt is, vergeten heeft of
niet meegenomen. Zijn vader heeft nu
al enkele zaterdagochtenden een grote
kans op het krijgen van een bekeuring
wegens het overschrijden van de snel
heidslimiet gelopen hetgeen zijn hart
niet ten goede is gekomen
Een ander zag kans om tijdens zijn
reservebeurt het inderdaad nogal dik uit
ziende kroos van een sloot achter een
veld op het Sloter sportpark voor een
vaste vloerbedekking aan te zien met als
gevolg, dat ik hem geheel groen aan
zijn ouders moest afleveren. Maar ver
der voetballen we leuk
C. Tromp
Hoe lang is het nou geleden?
Een week of wat
Waar?
Nou hier, hè waar we zitten. In
het stadion. Ik mag altijd het koffertje
dragen van Barry. Dat dragen van kof
fertjes gaat terug tot m'n diensttijd, ik
was toen 3e munitiedrager van een mi-
trailleurpeleton. Als je nagaat dat er ook
nog een vierde drager was, begrijpt u
wel dat je een koffertje aan me kunt
toe vertrouwen. Barry pikte me uit 72
sollicitanten, dat is al weer 4 jaar ge
leden. Maar ik dwaal af, het gaat om
die zondag. Barry, hij ziet er een beetje
verwilderd uit, is een doodgoeie jongen
Jan Pieterszoon Coen sticht Bata
via. Voor zijn verdiensten schenkt
Holland hem "VLEK".
Sinds 1550 gestookt volgens
hetzelfde oude recept.
Een zeer voordelige merkjenever.
ANNO
en hij staat erop dat ik z'n koffertje tot
in de kleedkamer meenemen. Ik ben de
enige van alle koffertjesdragers; de rest
komt tot de drempel of moet zelfs bui
ten het stadion blijven.
Nou, ik moet u zeggen er hing niet
zo'n fijn sfeertje tussen de jongens. Je
zou zeggen, er broeide iets. Ruudje
begon z'n das los te knopen en Aadje
frommelde langdurig aan z'n veters. Ik
was op m'n vaste plekje gaan zitten,
dicht bij de deur. Van Santen stond z'n
haar te kammen voor de spiegel, Cor
liep met de handen op de rug heen en
weer, af en toe sluiks naar Fadrhonc
kijkend. Na een paar minuten schraap
te deze moeizaam z'n keel en richtte
zich tot Pietje.
„Pietje", zei hij, „Pietjewat jij
denken vanmiddag der Robbie?" Het
kwam er op z'n bekende manier uit
maar wel erg krampachtig. Pietje trok
wit weg, z'n mond één smalle streep,
dan haalde hij een paar keer diep adem
en schreeuwde; „Wat der Robbie?" Fa
drhonc maakte een afwerend gebaar, hij
dacht misschien dat Pietje hem zou be
springen en sputterde: „Nou ja ik
dacht, jij misschien im zweite helft
Piet, bitte
Nou ja, toen had je de poppetjes aan
het dansen, hè. „Wat bitte", gilde Pietje.
„Ben je besode Binnen de kortste
keren was het één grote chaos. Van
Santen en Cor worstelden met Pietje,
die hysteries op een kastdeur stond te
bonken, waar de dokter zich onmiddel
lijk in verschanst had.
Maar goed, dit wordt veel te lang, u
hoeft me echt niet op te jutten met dat
handje, ik begrijp best dat we maar een
minuut of zes, zeven hebben.
Kortom: Robbie verklaarde zich soli
dair met Pietje en toen vroeg ik of ik ze
misschien uit de impasse kon helpen. In
mijn club sta ik ook linksbuiten, welis
waar in het elfde, maar af en toe weet
ik toch wel eens een balletje voor te
krijgen. De eerste die tot bedaren kwam
was Johan, de captain. Aan zoiets her
ken je ogenblikkelijk de aanvoerder.
Z'n verhitte gezicht sprong te voorschijn
uit een melée van armen en benen en
hij vroeg: „Wat is dat nou, impasse?
Kan je dat eten?" Ik probeerde hem
duidelijk te maken, dat ik wel eens ge
voetbald had en per slot droeg ik toch
al vier jaar het koffertje van Barry. Bij
die laatste opmerking kroop hij uit de
mensenkluw en knikte nadenkend. „Jaja,
Charlie dat is al weer vier jaar. Ik
dacht, dat we het wel eens konden pro
beren. Barry is altijd erg goed over je te
spreken. Komop, verkleed je maar."
Zo liep ik een paar minuten voor half
drie dit veld op, terwijl de speaker de
opstellingen bekend maakte. Dat ik een
beetje kalend ben en in het middenrif
niet over de vereiste proporties beschik,
werd slechts op de staantribune, vak TT,
met een afkeurend boe-geroepje afge
daan. Dat viel me erg mee, ook de nogal
Engels klinkende naam kwam goed
over. Natuurlijk ben je zenuwachtig, als
je op je 44ste je eerste interland moet
spelen.
Goed, de bal gaat rollen en, let op,
nou komt het. Eerst een beetje gehak
ketak op het middenveld, uiteraard met
de nodige overtredingen, zo'n stuk of
vijf binnen twee minuten, en dan krijg
ik de bal aangespeeld door Gerrie.
„Maak er es wat van", roept ie me nog
toe. De beste jongen wist kennelijk niet
dat ik dergelijke adviezen ook in m'n
eigen elftal meekrijg. Nico, Paultje en
Japie, ze kennen het resultaat van dit
soort aanmoedigingen.
Eerst probeert v. Himst het met een
sliding. Ik haal de bal ietsje terug met
de voet: v. Himst op de sintelbaan. Ver
volgens komt Van den Daele snuivend op
me af en ik tik de bal door z'n benen,
om hierna met een dubbele schaarbewe
ging Thissen en Dewalque achter me te
laten. Het stadion begrijpt dat hier iets
unieks gaat gebeuren. Semmeling voelt
dit ook aan, komt me met een noodgang
achterop en probeert me in de rug te
springen. Gelukkig is het een klein man
netje en ik hef even iets het achterwerk.
Semmeling stort kreunend ter aarde;
Kazakof gebaart doorspelen. Voordeel-
regel. Lambert, m'n kollega-linksbuiten,
doet een laatste vertwijfelde poging om
me de weg naar het doel te versperren.
Een forse jongen, die Lambert. Ik wip
de bal speels tegen hem op en al kop
pend tegen de robuuste borstkas, voeg
ik hem toe: „Leuk wedstrijdje, hè,
Raoul?" Hij slikt een paar keer moeilijk
en loopt dan verdwaasd terug naar z'n
eigen linkervleugel.
Dan sta ik oog in oog met Piot. Zoals
zovele malen zal hij met een tijger
sprong de bal van mijn voeten plukken.
De sprong komt, een schitterende
sprong. Maar net als z'n vingers het leer
lijken te raken, wip ik de bal over zijn
handen heen, dribbel vervolgens de
laatste meter tot de doellijn, ga languit
in het gras liggen en kop de bal in het
net.
Waar gebeurd?
Nou èh
Charlie
De overstelpend vele blijken van mede
leven en deelneming, die ik tijdens de
ziekte en het overlijden van mijn lieve
man mocht ondervinden, waren en zijn
voor ons een waarachtige steun.
Daar het mij onmogelijk is, U allen
persoonlijk te benaderen, wil ik op deze
wijze mijn diepgevoelde dank overbren
gen.
Vooral ook dank aan zijn geliefd
A.F.C., voor hetgeen zijn Club, zijn
vrienden gedurende meer dan 45 jaar
voor hem geweest zijn.
Mede uit naam van
Björn en Ronald
Lotte Nesenberend.