De mannen (2)
Goede genoegens
Theo
I'm ?--.-t
U heeft het zich waarschijnlijk niet
gerealiseerd, u bent het zich zelfs hele
maal niet bewust geweest, maar 13 janu
ari j.l. om precies 10 minuten over 10
was een historisch moment in het be
staan der AFC. Wat gebeurde er dan
precies, dat hoognodig in de annalen van
deze voetbalclub vermeld dient te wor
den?
Ik moet eerlijk bekennen, dat als ik
weer aan dit moment terugdenk, mijn
handen zo beginnen te trillen, dat ik
nauwelijks verder schrijven kan. Maar ik
verman mezelf en zal proberen een juiste
volgorde van de gebeurtenissen te geven.
Het was de (vriendschappelijke) wed
strijd van onze mannen (de reeds terecht
beroemde B2) tegen de B2 van Amstel
veen. Na de eerste competitie uiteraard
winnend te hebben afgesloten (57 voor en
0 tegen!) moest er voor de start van de
tweede competitie een oefenwedstrijd ge
speeld worden om het oude, vertrouwde
wedstrijdritme weer op te pakken. Niet
vermoedend, dat er zulke dramatische
gebeurtenissen zouden volgen (alhoewel,
voordat ik van huis ging die ochtend zei
ik nog tegen mijn vrouw, dat ik zo'n
onbestemd gevoel had, net alsof er iets
heel geks zou gaan gebeuren) begonnen
de mannen hun geliefkoosde systeem te
spelen. De keeper weer hangend tegen de
paal, onderwijl converserend met enkele
nieuwe vriendinnetjes; de gehele achter
hoede, nu samen met de linksback stil
dromend op het rustige gedeelte; de mid
denlinie de voorhoede van veel ballen
voorziend en tenslotte de voorhoede be
zig het doelgemiddelde opvijzelend, daar
de leider (en dat ben ik zoals bekend)
enige premies op het doelsaldo had ge
steld.
En opeens gebeurde het!
De bal kwam zowaar over het midden,
een zeer actieve Amstelveenspupil dorst
de bal langs de geheel in rust verkerende
linksback mee te nemen, en ja toen, de
ontroering wordt mij bijna te machtig:
HIJ SCHOOT OP ONZE GOAL
Het eerste schot ooit op onze keeper
afgevuurd; wij waren helemaal vergeten,
waarvoor hij er ook al weer stond; het
was zo iets alsof je een auto een jaar
voor de deur had laten staan en als je
hem dan opduwt, dat hij 't toch nog
doet, je houdt het niet voor mogelijk,
maar het ding rijdt weer en je weet op
eens weer waarvoor hij dient: hij moet
rijden en niet stilstaan; welnu deze ge
voelens besprongen ons bij dit schot.
We hebben een voetbalelftal, we heb
ben een keeper en daarop kan geschoten
worden en dan is die keeper er om de
bal tegen te houden.
We waren het eigenlijk geheel ver
geten; maar als u denkt, dat onze kee
per dat ook had vergeten dan heeft u
het mis.
Maandenlang had hij tandenknarsend
moeten toezien hoe de bal reeds ver
voor de middenlijn in eigen bezit kwam.
Zelfs die ene gememoreerde keer terug
spelen had weinig van die gevoelens
kunnen temperen. En nu was dan einde
lijk zijn grote moment aangebroken. Hij
verontschuldigde zich hoffelijk bij zijn
vriendinnen en dook sierlijk (en dat vond
ik persoonlijk overdreven) naar de bal,
die hij uiteraard klemvast (hoeveel we
ken had hij voor dit moment niet ge
traind?) in zijn armen drukte.
We juichten hem toe en dat hadden
we niet moeten doen; zodra de jongen,
die geschoten had op de hoogte ge
bracht werd van wat hij had gedaan,
barstte deze in snikken uit. „Hierna zal
ik nooit meer een bal aanraken", zei hij.
Wat is na deze top nog mogelijk? „Ik
kan nu beter op mijn hoogtepunt stop
pen"; „hierna zal alles alleen maar min
der zijn".
Momenteel heeft Amstelveen toch be
sloten om door het inschakelen van de
bekende psycholoog Dr. Onbetaalbaar
deze jongen toch tot een balspel te kun
nen bewegen. Overigens heeft deze dok
ter mij reeds medegedeeld, dat dit verre
weg het moeilijkste probleem uit zijn ge
hele carrière is geweest.
Rest mij u nog te vertellen, dat de
eerste competitiewedstrijd in een 2-0
overwinning eindigde. Ook nu kwam de
tegenpartij weer niet over de middenlijn.
Echter, dat door de hiervoor beschreven
gebeurtenis iets stuk is bij de mannen is
duidelijk. De tweede wedstrijd tegen Ri
valen B2 eindigde in een 0-0 uitslag.
De keeper was ziek deze keer
C. Tromp
Dat er bij AFC nog iets anders ge
schiedt dan voetballen mag de stille
kracht betekenen van onze enorm ge
groeide vereniging.
De vele briefschrijvers helaas kan
ik ze niet allemaal persoonlijk beant
woorden die mij verzochten uit te leg
gen waardoor ons erelid Arie Mets zulke
dikke lippen vertoont, kan ik tot hun
geruststelling mededelen, dat dit met een
overvloedig gebruik van alcohol niets
van doen heeft.
Neen, het komt, omdat er bij speciale
gelegenheden zo ontieglijk veel mensen
aan zijn lippen hangen. Dat gebeurt
hoofdzakelijk bij de prijsuitreiking na
onze immer zo genoeglijke biljart-
matches. Bij de laatste, tegen de zo ge
vreesde Amsterdamse Sportjournalisten
was het voornamelijk Kappelhoff, die
zwaar lag te hangen.
Onze steeds weerkerende biljartevene
menten, die een minimum aan organisa
tie en onkosten betekenen en dan zijn
die onkosten nog voor onze eigen reke
ning mogen zich verheugen in een
langzaam, doch stellige groeiende be
langstelling.
Het zijn de avonden, dat de lever ge
schud wordt, de dorst overmatig gelest,
de honger gestild en de portemonnaie
een deuk ondergaat. Dat was weer eens
het geval op 20 december. Het begon
alles al weer zo magistraal toen de
maitres des billards zich schaarden bij
de tafels, waar later zo een verwoede,
meedogenloze strijd op zou gaan plaats
vinden.
De wijze, waarop Rien Bal een ballade
eigenlijk meer een biljartballade
bracht aan die goede, oude en zo sym
pathieke Jan de Vries (Volkskrant) was
van professionele klasse. Jan de Vries
werd tot Ridder van de Gouden Keu ge
slagen met de daarbij behorende ver
sierselen. Een onverwachte huldiging,
die Jan de Vries, de man, die eertijds
de biljartreports tot lyrische hoogte
bracht, terecht toe kwam.
Het was voor de talrijke aanwezigen
zalig om dat mee te mogen maken. Zo
als gezegd werd er zeer venijnig strijd
geleverd. In het kort de meest markante
feiten: Jan Nefkens (150 caramboles in
9 beurten!) liet onze vaderlandse televi-
siebiljartman Ben de Graaf vaak al te
lang op zijn stoeltje zitten.
Dan was er de magistrale vergissing
van Martin Duinker, overigens een goed
en eerlijk mens, waar Rien Bal zwaar de
klos van werd. Met brandewijn en bier
werd daarna veel goedgemaakt, ofschoon
er toch bij Rien Bal iets is blijven han
gen, dat hem niet lekker zit.
Dan was er Jan Blankers, die als een
jonge god het ivoor streelde. Met het
fluwelen achterhandje en het nijdige keu
topje. Uit de lyriek van dezelfde De
Vries. Met zijn eigen, beroemde Fanny
Blankers-Koen. Wanneer je vandaag in
Albion vertoeft, vragen oudere mensen
nog steeds: „And how is Fenny Blen-
kers-Koon?"
Tenslotte Jan van de Pol, die zo ge
trouw onze „perstribune" eer aandoet.
Die had de meeste lol van zijn leven. Hij
is tenslotte goed thuisgekomen, al waren
de prognoses somber.
Al met al eens iets over onze biljar-
terij. U moet beslist eens komen suppor-
ten.
Jhr. van Rossem de Gaulin
Arte zei nog: Kom, Henk, laat nou
eens een keertje los. Maar de volhar
dendheid van onze ere-voorzitter moge
bekend zijn. Hij week dus niet van Arie's
lippen.
Theo v. Embden, onze kersverse nobel-
prijswinnaar, wil langs deze weg al zijn
AFC-vrienden, die door stoffelijke en
geestelijke bijdragen van hun belangstel
ling deden blijken, hartelijk dank zeggen.
3