Sdhaket Sleteima Setuice Meer gekakel in De Schakel v/h JAN SUURBEEK In de laatste A.F.C.-Schakel heeft mijn vriend Rien Bal de stoute opmerking ge waagd dat „Willem Staats óók al droog ligt". Dit in verband met de schaarse vruchtjes, welke de laatste tijd uit mijn, bijna een halve eeuw oude, Schakel-pen zouden vloeien. Ik mag wellicht deze onvolprezen jour nalist hierop enkele nuttige antwoorden geven, gepaard aan enige vrije vragen omtrent mijn veronderstelde graad van „droogliggen". Eerst dan enkele citaten. Ene Boileau zegt: „Wie zich niet kan beperken, kan niet schrijven". Kijk, Rinus, voortbordu rende op je smeekbede onze leden tot schrijven te krijgen, mogen we alsdan ge trouw vaststellen, dat er van de 1500 le den zich pakweg 1475 ergens niet kunnen beperken. Moge het dan bij som migen een beperking van clubliefde zijn, edoch, wanneer ik dan wel eens de om zetcijfers van onze sociëteit hoor, dan klopt er van datgene, wat Boileau zo ly risch beweert, bij A.F.C. geen ene barst van! Althans op gebied van smikkelen, dorst en feestvieren. Voortgaande op de citaten zegt dan ene Smollett ik ken de man helaas niet persoonlijk, doch dat kan geen be zwaar zijn hem hier te citeren „Schrij ven om den brode is het slechtste middel tegen hongerlijden". En bij dit citaat denk ik met enig mededogen aan jou, aan Jan Cottaar, aan Ir. van EmmeneS, aan Anton Witkamp en zo velen. Doch ook deze uitspraak houdt geen enkele grond, want zie ik jou b.v. met de je eigen zwier en smaakvol gekleed, uit een bepaald niet goedkope limousine stap pen, zie ik mijn vriend Jan Cottaar als welgedaan figuur en in een perfecte snit bij biljartwedstrijden zitten, dan houdt ook dit citaat geen steek. Om nu verder te gaan: persoonlijk voel ik mij geen moment opdrogen. Mogelijk een korte stonde, liggend op een bergje in Zwitserland, mij koesterend in een wel aandoend bergzonnetje. Doch dat is maar kort. Ik zit graag, wel te verstaan niet in de bajes, doch eenvoudig op een stoel in onze soos. Kun je dan, in gezelschap van gezonde en dorstige mede-leden gewagen van „droogzitten"? Neen natuurlijk. Wij, A.F.C.-ers zijn onomstotelijk „natte zit- ters". Dat was mijn eerste vraag. Maar nog een vraag, omdat je met het woordje „ook" er kennelijk om vraagt wie er dan nog meer droogliggen in A.F.C. Bij spannende wedstrijden van ons eer ste elftal staat het klamme zweet in mijn handen. En ik weet zelfs, ofschoon ik de naam niet mag noemen, dat er een A.F.C.-er is geweest, die van de spanning het in zijn broek deed. Maar nu keren wij, met je toestem ming, terug op je „smeekbede" om copie. Het is een heel oud veriiaal. Die bede is veel meer gedaan. Om eens schrijvers van de Schakel te noemen, zo van mijn leeftijd, soms ouder of wat jonger, dan weet ik met zekerheid vast te stellen, dat die er waren en er nog steeds zijn. Joop Wijnand is de meest getrouwe en geregelde scribent. Lezenswaardig en steeds up-to-date. „Kakie Brand" doet af en toe met zotte kolder een flinke duit in het zakje. En Jan Steensma doet mij een weinig aan Henri Knrp denken. Het be droefde mannetje b.v. Wie, oh wie? of those wedding bells. Een fijne, trouwe medewerker. Jij en Frank Reddering motten wel! Dat is geen steek onder water, want een „droogligger" steekt niet graag onder wa ter. Doch, weetje, Rien, er zijn nog wel heus notoire scribenten, die een vlotte pen bezitten. Een pen met geest. Wat zou je zeggen van Arie Waayer of van good old Arie Mets? Voortreffelijke schrijvers. En dan „aangetrouwde"? Wat een opfrissende clubhumor! Onmisbaar. Of zou het in het hedendaagse A.F.C., H.B.S., U.D., H.V.V., Quick (H) e.d. zó zijn, dat de humor, de slappe kout, de levendige geest wat aan het minderen is? Is het de ernst des tijds, die verdorring en oppervlakkigheid bewerkstelligt? Is het mogelijk, omdat alles je wordt aan gedragen in de huidige wereld met knop jes, electronica en computers. Met film in huis, met roltrappen en automatisch opengaande deuren? Is het? Is het? Tja, wat is het? Zou het niet zó zijn, dat 50 roem en stuk meer belangstelling opwekt dan een gezellige borreltafel? Je behoeft niet al- PRINSENSTRAAT 25 - AMSTERDAM C. TELEFOON 6 54 04-24 72 72 SCHRIJFMACHINES ADLER - OLYMP1A - HERMES TELMACHINES ADDO-X - WALTHER - FACIT Redacteur: Rien Bal Cronenburg 88 Amsterdam tel. 020-429230 Administrateur: J. J. Lonnee Stadionkade 127 Amsterdam tel. 020-795579 Kerstnummer Inleveren kopij uiterlijk 10 december bij Rien Bal, Cronenburg 88, Amster dam. Tel. 020-429230. tijd te borrelen. Maar óók niet altijd te klaverjassen. Doch die eens zo befaamde borreltafel van A.F.C., waar je met wat mensen „een klootje" maakte, waar nie mand zich gedrongen voelde om een rondje van 56 stuks te geven, waar ieder een iets dronk, wat zijn portemonnaie hem toestond, aan die borreltafel was soms één enkel gesprek, één sappige op merking vaak voldoende een hele emmer met „stuff" te pakken. Waar je voldoen de aan had om een halve of een hele pagina van ons befaamde clubblad mee te vullen. Die gelegenheid is praktisch exit! De club is reuze groot geworden, ge woon veranderd. „Schaf" op clubavond aan de piano met er omheen lachende, drinkende en zingende clubleden. Dat be staat niet meer. Dat is van Achttientach tig, zeggen thans velen. Maar als er tegenwoordig twintig tafels op de clubavond staan zijn er dertien bezet door verwoede kaarters en zeven door commissies. Dat is echt geen ver wijt, doch de zuivere realiteit. En on danks deze grondige wijzigingen en op vattingen heeft A.F.C. een veelbeteke nend en vooraanstaand clubleven. Max de Bruin, Hans Woudstra en Jan Steensma hebben een edele poging ge waagd op deze clubavond een zgn. „Praattafel', ontleend aan de onsterfelijke meneer de Uil, te organiseren. Het ging waarlijk éven heel leuk, doch het zakte als een oliebol op 1 januari in elkaar. Ofschoon 2 januari mij nog sterker voor komt.

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1972 | | pagina 11