Mixed Pickles (vervolg) „Hausse" en „baisse" In de amateursector maken sommige clubs een hausse of een baisse mee, die net als op de Beurs nu en dan onbegrijpelijk zijn. Er zijn dit seizoen successen geboekt en teleurstellingen doorgeslikt, die verbazing wekken. Wat de successen aangaat zijn die van H.V.V. zéér begrijpelijk. Aan het slappe gedoe is daar een einde gekomen, een nieuwe voorzitter en een nieuwe trainer pakten de zaak pittig aan, stelden training verplicht en gingen er niet mee accoord, dat de spelers uit de hoogste ploegen enige weken naar de wintersport gingen. Of hier blijven of naar lagere elftallen, er waren nu genoeg degradaties geweest. Het resultaat is de moeite waard; zowel het eerste als het tweede van H.V.V. werd kampioen en de eens beroemde club aan de Hogenhoucklaan komt volgend jaar tenminste in de derde klasse uit; dus in ieder geval betekent dat promotie! In het Noorden zijn van de „oudjes" twee promoties te melden, waarvan één promotie bijzonder de aandacht trekt en wel van W.V.V. Winschoten (1896) een club, waarmee A.F.C. in de periode 1905-1910 zeer bevriend was. De Oost- Groningers zagen een paar daverende spelers (o.a. Mulder) naar het beroepsvoetbal gaan en het eerste elftal werd zo verzwakt, dat het van de eerste in de derde klas terecht kwam. Maar W.V.V. wist terug te komen, is nu kampioen in Noord 2e klasse B en is dus volgend jaar eerste klasser. En dan „good old" Frisia (1883). Evenals het even oude H.V.V. kampioen geworden in de vierde klasse en dan te bedenken dat de Friezen, toen zij eerste klasser waren, nog in de A.R.O.L. uitkwamen dus volgend jaar derde klasser. De „dritte im Bunde", het Groningse Be Quick (1887), dat met W.V.V. en Frisia de eerste Noordelijke eerste klas competitie vormde, had een moeilijk jaar. Het lijkt wel of de eens roemruchte withemden de reactie van hun mislukte semi-profjaren niet goed kunnen wegwerken. Zij brachten het in de 2e klasse A tot 19 punten, maar dat lukte Friesland en Harlingen ook, dus er waren beslissingswedstrijden nodig om uit te maken wie naar de derde klasse moet. Onbegrijpelijk is het falen van sommige clubs die een reputatie van je welste hadden. Alcmaria Victrix (what s in a name?) onderaan de vierde klas; onze oude „erfvijand" V.V.A. op het nippertje net niet gedegradeerd naar de afdeling. Van de clubs waartegen wij na de splitsing in de eerste klas uitkwamen degradeert Purmersteyn naar de derde, B.V.C. naar de vierde en Hillegom, waartegen wij in april '67 in de uitwedstrijd met 10 wonnen en toen kampioen werden, doet het nog beroerder en behaalde in de vierde klas 17 punten, waardoor de „bollenjongens", zoals ze op de Am sterdamse velden werden genoemd, met G.D.A. en Concordia den Haag moesten uitmaken wie naar de Afdeling de gradeert. Hoe zijn zulke inzinkingen mogelijk? Hoe komt het, dat een spectaculaire verhuizing, enthousiast bewerkt door het bestuur van de club en die^ goede steun kreeg van de pers, soms niets uitwerkt en tenslotte tot resultaat heeft, dat het eerste als een mislukte pudding in elkaar zakt? Ik denk aan H.B.S. dat van het toen aftandse Houtrust naar het prachtig gelegen Craayenhout verhuisde, toen degradeerde naar de derde klasse en dit jaar bijna naar de vierde. Na 10 wedstrijden 12 punten, in de volgende twaalf wedstrijden 5 punten met nederlagen als 04 en 16. Of is verhuizing naar een betere tent soms juist niet goed? Ajax bleef door dik en dun trouw aan „de Meer". D.W.S. ooit in de Spaarndammerbuurt zó populair als het zelden een club overkomen is, maar die daar een accomodatie had die op zijn zachtst gezegd niet bijzonder was ging naar het Olympisch Stadion met zijn grote tribunes en ruime restaurants. En dan denk je aan krantenverslagen, waarin uit voerig werd beschreven hoe verbazingwekkend het was dat de bewoners van Kattenburg niet bepaald een riante woonwijk die naar de Bijlmer gegaan waren, zich niet gelukkig voelden. Ze waren „de gezelligheid (dat typisch- Hollandse element) kwijt. Kon D.W.S. wél bij „Tante Corrie" in de Spaarndammerstraat (weet je nog, Arie Mets?) geestelijk „bijladen" en niet in het Stadion-restaurant? Hoe moet je als clubbestuurder „vooruitzien"? In ons vak be staat een tamelijk eigenwijs gezegde: „Journalism is intelligent anticipation Dat geldt kennelijk nog sterker voor be stuursleden van voetbalclubs. „Buldersoos" Wat? Is U nog niet in de „Buldersoos" geweest, dat verrukkelijke clubhuis van A.C.C.? Heeft U nog niet een wed strijd van A.C.C. bijgewoond op het „Twentsche Bank" veld, even voorbij de Kalfjeslaan, rechts af ^n dan linksaf via de Tooroplaan een wandeling, waarvoor andere mensen helemaal gaan naar de Veluwe of zo? Degene, die dit schrijft was er tégen begrijpt U wel, tégen en als hij tégen is, dan is hij tégen dat A.C.C. ons aller Goed Genoeg ging verlaten. Spaar hem de motieven, het felle dispuut met Wim Staats deze man had tóch gelijk En hij had helemaal gelijk, toen hij probeerde, van het Haarlemmermeerstation naar A.C.C. te komen. Dat kon nu alleen maar met een Maarse Kroon-bus. Ellendig. De eerste mooie zondag met een soort publiek, nou ja, om va^ te kenzovoort. En die bus kon niet opschieten, de hele Amstelveenseweg lag in puin. „Wat heb ik je gezegd?" tegen zijn vrouw. „Waarom moesten die eigenwijze jongens nou van Goed Genoeg? Dat is de eerste keer en de laatste keer dat ik naar die Buldersoos van Wim Staats ga. Ik bulder nou al" En dan loop je tenslotte langs dat 1910-laantje naar A.C.C. en je moppert over Pinokké of zo iets, „dat „snert-hockey, meid, ze zijn toch A.F.C." en dan bén je daar. Je komt alle mogelijke vrienden, vriendinnen, kennissen en kennisjes tegen'. Frans Henrichs weet zich te herinneren, dat je twintig jaar geleden idioot opsprong, omdat A.C.C. kampioen werd in Schiedam en je zoon zegt vergoelijkend: „Nou ja, hij is een voetballer, hij kan er óók niet zoveel aan doen". En Lydia Henrichs is even charmant en hartelijk als ze een paar jaar geleden was. En Wally van Weelde slaat uit hartelijkheid je gammele linkerarm in elkaar en zegt: „Ha, Oom Joop, een biertje? Gerrie Stallmann houdt zich kranig en staat met een sigaret rustig barkeeper te zijn. De zon straalt en Wim Staats laat je dat clubgebouw zien. „Eigen werk zo'n beetje; getimmerd, geschilderd, moet jullie eens kijken'. Je kunt het niet meer jammer vinden, dat A.C.C. Goed Genoeg verliet. A.F.C. werd te groot en A.C.C. werd te groot. Huil nou maar niet een betere oplos sing was niet denkbaar. Als U geen auto hebt, dan moet U wel met die rot-bus langs die rot-Amstelveenseweg naar die rot-Kalf]eslaan en dan rechtsaf en linksaf En dan en dan! is U bij A.C.Cgewoon een aards paradijs. Wie vóór middernacht weg gaat is een haastige zenuw-lijer.

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1972 | | pagina 7