ik liel) \m.ë
in oude
U
HOF
VAN
HOLLAND
S&siss
poolt Allen mee, het is voor A.p.c.
rfi"rm<-TTv,'r-f"'" <t 'TrtM •■para'*-
I'll'III >l«|l lil IMÜII111 ll '1L-; JSÉsSi
Samen: Want als televisie-trossen
blijven wij straks allen thuis.
Niemand zal het huis uitdrossen,
Iedereen kleeft aan de buis.
En al vinden wij het larie,
toch houdt iedereen zijn muil.
Tweeëntwintig januari
is de Tros een goeie zuil
De VARA, de kranten, alles wat aan ons dacht werd lof
toegezwaaid en waarom zal men dan geen lof toezwaaien
aan een medewerker, die niets maar dan ook niets teveel is.
De muzikale leiding, de composities, de repetities van de
zang noem maar op. Alles komt of kwam uit zijn handen.
Men zwaaide niet alleen, men zong ook (My darling
Clementine).
PEPERZEELTJE
T: Laat ons zingen nu een loflied
op een lid van A FC.
't Is een man, die nooit een sof ziet,
want het zit hem meestal mee.
P: Wat ie doet kan door de beugel
en hij doet nog al es wat.
Op de velden, aan de vleugel,
want hij is het niet gauw zat.
Samen: Peperzeeltje, goud in 't keeltje,
loopt al heel wat jaren mee.
Peperzeeltje eist zijn deeltje
in het werk bij AFC.
T: Soms denk ik: zeg man, bedaar es,
zeg nou ook een keertje nee.
Maar zo niet de commissaris
in 't bestuur van AFC.
P: Vrienden, nu nog eenmaal over.'
Zingt u allen net zo schor,
als die muzikale rover,
als die Peperzeelse Cor.
Samen: Peperzeeltje, goud in 't keeltje,
loopt al heel wat jaren mee.
Peperzeeltje eist zijn deeltje
in het werk bij AFC.
Behalve het bekende Carnavalslied „Vogeltje, wat zing je
vroeg" werd nog één lied gezongen en dat sloeg op de
„Zilveren Ploeg". (De leden die 25 jaar deel uitmaken van
AFC). De wijs is ontleend aan Champs Elysées of Water-
looplein.
KOM EENS KIJKEN
IN BODEGA
REMBRANDTSPLEIN 5
ZAAL BESCHIKBAAR VOOR
RECEPTIES, PARTIJEN, ENZ.
DIR. PIM BAKKER
O ZILVEREN PLOEG
T: Ze komen dikwijls bij elkaar
Met dikke buiken, weinig haar,
Een borreltje, een sterk verhaal
In manlijke taal
De dribbels van een Jaap van Nek
Het schot van Arie, lang niet gek,
De loeiers van Dick Disselkoen
En nooit geen gezoen!
Samen: O zilveren ploeg, o zilveren ploeg,
Vol weemoed en vol vrolijkheid
Vol praatjes en gezelligheid,
Zo plakkerig tot 's morgens vroeg
De zilveren ploeg.
P: De vrouwtjes zonder feestgedruis
Bewaken zoet het kille huis,
Eerst Adam Strange, dan Willem Duys
Maar slechts op de buis,
Hij huppelt daar in 't clubhuis rond
De dokter zegt: het is gezond
Hij moet een uitje op zijn tijd
De zenuwen kwijt
Samen: Refrein
T: Ze vormen saam een vriendenkring
P: Ze hebben veel herinnering
T: Een goed diner, een goed glas wijn
P: En altijd de gein,
T: Een speech, een lied, een simpel woord
P: Een mop die eerder werd gehoord
T: Wat geven wij voor 't jubilee?
P: Hè, ja, een tv
Samen: O zilveren ploeg, o zilveren ploeg,
Vol weemoed en vol vrolijkheid,
Vol praatjes en gezelligheid,
Zo plakkerig tot 's morgens vroeg
De zilveren ploeg
En zo kwamen we aan de onvermijdelijke slotregels, die
voor iedereen nog wel een kwartiertje hadden mogen uit
blijven:
En alle leden met elkaar
Veel heil en zegen in het nieuwe jaar
Daverend applaus en een dankwoord van voorzitter
Kappelhoff.
Of er nu werkelijk zo weinig in de geschenkenveloppen
zat heb ik niet durven vragen.
J. T. S.
Vert. J. G. DE VRIES, WETERINGSCHANS 59 AMSTERDAM, TEL. 235041