Mixed Pickles
Bequnstiqinq van onze aöveRteeRöeRS, houöt öe schakel in stanö
10 jaar Polio-tournooien
Het zaad, ooit uitgestrooid door wijlen Jacques Kohier Jr., heeft rijke oogsten opgeleverd. Het was deze jongen die
toen hij door Polio getroffen werd op het idee kwam om jonge voetballertjes een tournooi te laten spelen waarvan de
opbrengst ten goede zou komen aan het Prinses Beatrix Polio Fonds (thans Prinses Beatrix Fonds). Het idee sloeg aan,
de „Koningin der Aarde" gaf alle medewerking en het eerste tournooi aan de Zuidelijke Wandelweg was een groot
succes. Ongeveer terzelfder tijd werden ook tournooien in Apeldoorn en Utrecht georganiseerd en contrarie tot onze
nationale hebbelijkheid vonden de jeugdcommissie van A.F.C., D.O.S., Robur et Velocitas en V.V.A. elkaar in loyale
samenwerking. Van ons was toen vooral Henk van Teunenbroe.c actief en nu er een boekje uitgekomen is ter gelegen
heid van het 10 jarig jubileum „Zwaluwen Jeugd Actie Polio" mogen wij wel even aanstippen dat Henk van Teunen-
broek al die jaren voor dit prachtige doel veel werk heeft verzet.
„Zwaluwen" die naam was al een begrip in de Nederlandse voetbalwereld en toen in 1960 door de organisatoren
van het Polio-tournooi aan het bestuur werd gevraagd of zij de naam van de „Zwaluwen" voor hun actie mochten ge
bruiken werd daar zonder aarzeling graag bevestigend op geantwoord. Een geste, waarvoor de mannen van de Polio-
tournooien Marius Koolhaas en Klaas van Rijswijk bijzonder erkentelijk zijn. De organisatie werd steeds omvangrijker
en de behoefte aan officiële erkenning steeds urgenter. Wijlen Lo Brunt, de onvergetelijke secretaris-penningmeester van
de K.N.V.B. ondernam de eerste stappen om de Polio tournooien geheel onder verantwoordelijkheid van de Algemene
Nederlandse Voetbalvereniging „De Zwaluwen" te brengen. Dit is op 22 februari 1964 door de algemene vergadering
bekrachtigd, zodat de leden van het tournooi-comité sindsdien door het bestuur van „De Zwaluwen" worden benoemd
en dit college door zijn dagelijks bestuur in het Comité is vertegenwoordigd.
Samenwerking
De onderlinge samenwerking, de ondervonden steun van de K.N.V.B., van zijn afdelingen en van een steeds groeiend
aantal verenigingen is voorbeeldig geweest. In heel Nederland werden en worden wedstrijden gespeeld en de finantiële
resultaten want daar gaat het tenslotte om zijn verbluffend. De negen officieële toeurnooien versterkten de kas van
het Prinses-Beatrix Fonds met 288.147.
De voorzitter van het Prinses Beatrix Fonds, mr. J. Klaasesz (Commissaris der Koningin in Zuid-Holland) heeft in het
jubileumboekje het bestuur een héél mooi compliment gemaakt: „Ik sprak van netto-opbrengst, maar ik wil er meteen
bij vertellen dat het verschil tussen netto en bruto bij deze toernooien nauwelijks van betekens is. De heren organisatoren
zien telkens weer kans met een uitzonderlijk kleine kostenmarge rond te komen. Alle hulde voor dit zuinige beleid!"
Het bestuur van het Comité bestaat thans uit elf leden. Voorzitter is G. Prent (Amstelveen), secretaris de centrale
figuur E. van 't Sant (Utrecht), penningmeester J. Icke (Utrecht). Leden zijn de heren Brokx (Oosterhout), Neuerburg
(den Haag), Pienter (Groningen), Rosenkötter (Apeldoorn), Dick van Rijn (Hilversum), van Rijswijk (den Haag), Van
Teunenbroek (Amsterdam) en Twisterling (Haarlem).
Steunverlening
Wat gebeurt er met het geld dat bij het Prinses-Beatrix Fonds binnenkomt? (Tussen haakjes: onze Kroonprinses doet
hier wel iets meer dan haar naam aan het fonds verlenen.)
Voor ons, sportmensen, is punt d. van het programma het belangrijkste. Daarin staat: „het verlenen van bijdragen om
voor lichamelijk gehandicapten ook mogelijkheden te scheppen voor sportbeoefening, vacantie en recreatie".
En U kunt hieraan ook iets doen. U kunt donateur worden van het Prinses-Beatrix Fonds of een gift-in-eens storten.
Het bedrag van die donatie kunt U zelf bepalen. POSTGIRO 969 ten name PRINSES BEATRIX FONDS, DEN HAAG.
Een ereplicht voor ons A.F.C.ers. Niet alleen om de prachtige doelstelling, maar omdat het Jacques Kohier was
dat hij dit succes niet heeft mogen beleven, wat zou hij gelukkig geweest zijn die de stoot tot al dit werk heeft gege
ven. Postgiro 969. Pakt U nu even Uw giroboekje voor U deze Schakel bij de al gelezen kranten legt. Morgen is er
weer zoveel anders dat de aandacht vraagt, morgen is U het misschien vergeten
Bescheidenheid
Met de bescheidenheid, die een sieraad van ons beroep is, schrijf ik over, hetgeen ik in september 1954, na de split
sing in de K.N.V.B. tussen amateurs en profs in de Pickles naar voren bracht.
„Er is nu een grens getrokken tussen eerste klassers en de overige voetbalclubs. Waarom? Nu betaling door de Bond
is aanvaard, moet iedere club het recht hebben zélf te beslissen of, en zo ja wat, ze willen betalen. Wij zien maar één
oplossing: Nu betaling van spelers ten principiële is aanvaard, moet iedere vereniging zich in eigen boezem beraden of
ze daartoe wil overgaan. De clubs geven die uitspraak door aan de Bond, die competities inricht voor clubs die willen
betalen en voor clubs die niet willen betalen.
Dan zal men verrassende dingen zien gebeuren. Dan kan het best gebeuren dat Lutjehorst-de Heuvel, uitkomende in
de derde klasse van de plaatselijke afdeling, opneming verzoekt in de betaalde competitie, omdat die jongens allemaal
werkzaam zijn op dezelfde fabriek, waarvan de directeur wel aardigheid in dat voetbal heeft en er best „een paar rug
gen" tegenaan wil gooien. En dan kan Lutjehorst-de Heuvel het nog ver brengen. Dan kan het best gebeuren dat een
zich „restlos" achter de vaan van het amateurisme scharend A.F.C. met haar sterke aantrekkingskracht op Amsterdam-
Zuid, in een zuivere amateurcompetitie een nieuwe periode van bloei en groei tegemoet gaat." Zó is het, zoals dat te
genwoordig heet.
