Mixed Pickles B L» ft. Ml m BequnstiGinQ van onze AÖveRteeRÖeRS, houöt öe schakel in stanö Voorste gelid. rinio Kleefstra heeft der traditie getrouw de cricketers en de cricketliefhebbers weer enige boeiende winter avonden bezorgd. Het winternummer van „Cricket" bracht zijn feilloos bijgehouden lijsten met de batting- en bowlinggemiddelden en de fieldingprestaties in de zomer van 1965. Natuurlijk kijk je eerst naar de mensen van je eigen club en dan blijkt weer zonneklaar, dat A.C.C. een uitstekend seizoen achter de rug heeft. In totaal staan 58 maal de namen van A.C.C.'ers op Kleefstra's lijsten en dat is de moeite waard, want je moet aardig wat ge presteerd hebben om vermeld te worden. Als batsman moet je zes of meer innings hebben gespeeld met een ge middelde van minstens 12 of minstens 100 runs hebben gescoord. De bowlers moeten minstens 15 wickets hebben ge nomen en als fielder of als wicketkeeper moet je minstens vijf slachtoffers hebben gemaakt. Met een „balletje slaan ben je er dus bepaald niet. De volijverige redactie van de Pitch" heeft de volledige cijfers van onze spelers al vrij spoedig na het seizoen gepubliceerd, dus die kunnen wij hier achterwege laten. Maar „Cricket" geeft alle gegevens van de vooraanstaande spelers in volgorde van prestaties en daarom willen wij toch enkele facts and figures" naar voren brengen. In de battingcijfers van de hoogste afdeling de eerste klasse A staat Joe Milner op de derde plaats (van de 62 spelers, die vermeld zijn). Hij scoorde in 6 innings 209 runs, bleef 1 maal not out, had een hoogste serie van 67 en een gemiddelde van 41.80. Alleen Bakker van V.O.C. (53) en Peter van Arkel van H.C.C. (48.41) staken hem de loef af. In totaal komen 10 A.C.C.'ers op de lijst voor, maar... geen enkele naam is vet gedrukt en dat wil dus zeggen, dat ook in het afgelopen seizoen geen enkele A.C.C.'er de eer werd waardig gekeurd in het Nederlands elftal uit te komen. Dat was vroeger wel eens anders, vrienden! Kan Wim Staats hiervoor geen slogan" verzinnen? De bowlerij was goed op dreef. Van de 29 gememoreerd en staan Van der Maas (28 wickets voor 381 runs) en Henk Van Weelde (19 wickets voor 265 runs) bij de eerste tien en wel op de 6de en de 7de plaats. En bij de 45 fielders troont F. A. Dukker op de 3de plaats met 20 „scalpen." (caught 12, stumped 8.) Uiteraard staan de spelers van ons kampioengeworden en gepromoveerde tweede elftal hoog genoteerd. Captain Hans Woudstra staat tweede op de battinglijst en bij de bowlerij is het nóg mooier voor A.C.C. Zowel de eerste als de tweede plaats worden door onze mensen bezet. D. Griebling kwam tot het prachtige gemiddelde van 6.65 (34 wickets voor 226 runs) en Wim van der Hurk deed daar met een gemiddelde van 8.38 (42 wickets voor 352 runs) weinig voor onder. Bij de fielders staat Max de Bruin op de derde plaats met 12 slachtoffers. Bij het derde elftal (Derde klasse C) heeft J. C. Lapierre de beste all-round prestatie geleverd. Hij is de „primus" inter pares" op de battinglijst met het gemiddelde van 36.80 (hoogste serie 71 not out) en nr. 3 bij de bowlers (15 wickets voor 105 runs). Dat de spelers van ons roemruchte vierde hoog genoteerd staan, zal niemand verbazen. A. Balk (22.75) en H. J. Oostra (19.25) noteren een vijfde en een zesde plaats bij de batsmen, B. Pil was bowler nr. 4 (17 wickets voor 120 runs) en H. J Oostra komen wij ook tegen bij de beste fielders. (6 slachtoffers) Ook bowler H. B. Roll kan op een fraai seizoen terugzien. (41 wickets voor 345 runs.) Ge kent de woorden uit ons clublied: ,,A1 word ik oud, mijn geest blijft fit". Dat geldt ook voor de lichamelijke conditie, want bij de veteranen komen wij de namen tegen van Piet Nauta en Harry Scheepstra (nog niet ,,stok maar echt niet meer „piep" onder de succesvolle batsmen. Ook ,,goold old" Dick de Baare wordt met ere genoemd: 134 runs in 4 innings met een hoogste serie van 56. En bij de fielders behoorde E. Pais tot degenen, die de meeste slachtoffers maakten nl. zes. Tijdens de lange winteravonden denkt men niet alleen aan het voorbij gegane seizoen maar ook aan het seizoen, dat komt. De Elftalcommissie zal het niet gemakkelijk krijgen gezien de promotie van ons tweede naar 1B, waar het de volgende tegentanders krijgt Excelsior, H.C.C. II, de Krekels, Rood en Wit II, S.C.H.C., Sparta en .R.A. Ons tweede dus tegen de tweede Haagse en het eerste elftal van V.R.A. Dat zouden destijds de oprichters zich ook niet hebben kunnen dromen.... Wij zullen maar afwachten en voorlopig ingenomen zijn met het feit dat A.C.C. het afgelopen seizoen over de gehele linie in de voorste gelederen stond. Afgelast. Het is weer bar en boos deze winter en wie de artikelen van de meteorologische medewerkers in de bladen leest komt tot de conclusie, dat ons toch al niet zo lekkere klimaat hoe langer hoe beroerder wordt. Herhaaldelijk maken de meteorologen melding van onaangename recordverbeteringen. Het is nog nooit zo koud geweest, het heeft nog nooit zo gestormd, het is nog nooit zo nat geweestEnfin, de voetballers kunnen er over mee praten; dit seizoen is vóór Kerstmis het amateur-programma viermaal integraal afgelast en dat is toch zelden of nooit gebeurd. De competitieleiding kreeg weer de nodige critiek te horen. Een competitieleider heeft net zo'n prettige taak als een gezagvoerder, die met zijn schip bij windkracht 9 hier op de kust in moeilijkheden komt. Als hij te vroeg om sleepboothulp seint dan zeggen ze: „U gooit ook maar met geld" en als hij tot het laatste nippertje wacht dan zeggen ze: ,,U hebt uw bemanning er aan gewaagd." Als de competieleiding te laat afgelast dan zeggen ze: „We hebben vergeefse reizen moeten maken" en als zij te vroeg is, dan zeggen ze: „Wéér een zondag naar de bliksem. Straks kunnen we weer in juli voetballen." Laten wij mild zijn. De competitieleiding gaat niet over één nacht ijs, maar wikt en weegt de binnenkomende rapporten over de toestand der terreinen en de weerberichten. Die zijn in dit onberekenbare klimaat ook niet altijd feilloos en zo kan de competitieleiding wel eens „miskleunen". Maar om een bekend gezegde aan te halen: „Schiet niet op de pianist. Hij doet zijn best!" Luie poolers. In de clubbladen van andere verenigingen bladerend komt men soms originele suggesties tegen. Uit het clubblad van Hercules blijkt dat de poolcommissie bij A.F.C. heus niet de enige is die niet erg tevreden is. Ook in Utrecht schijnen er tal van leden te zijn die denken dat zij met de storting van 1,50 voor hun club goed werk hebben gedaan, maar dat zijn uitsluitend administratiekosten. Er is dus niet alleen in A.F.C. een hoeveelheid „luie poolers". En nu heeft de poolcommissie van Hercules een zo originele ingeving gekregen, dat wij die hier gaarne publiceren. Die commissie schrijft dat het spelen in de voetbalpool toch een echte gok is en nu vragen zij aan luie poolers:

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1966 | | pagina 5