Mixed Pickles poolt allen mee, het is voor a.p.c I Aardrijkskunde. Veisen houdt dacht ik het record van voetbalhersens. Daar heeft men destijds de „Telstar"-fusie bedacht en die fusie is zo een daverend succes gebleken, dat het eigenlijkonbegrijpelijk is dat Z.F.C./K.F.C., P.E.C./Zwolse Boys, 't Gooi/ Hilversum, Sportclub Enschedé/ Enschedésche Boys, S.V.V./Hermes DV.S. etc. dit voorbeeld niet hebben gevolgd. In Velsen/IJmuiden plukt men de vruchten van hun gedurfde initiatief. Telstar naar de Ere-divisie semi-profs, Storm vogels kampioen vierde klas amateurs en promotie naar de derde klasse. Dat liegt er niet bepaald om. En nu heeft men daar weer iets nieuws bedacht. In Velsen is het plan gerezen om Nederland een geografische voetbalcentra-indeling te geven en in die centra (zeg 25) één sterke profclub op te bouwen. Men vindt n.l. de geo grafische indeling van de semi-prof clubs ongezond en onlogisch. Is dit zo? Indien men de kaart van Nederland neemt en daarop de semi-prof clubs aangeeft, dan krijgt men het volgende beeld: In Groningen zijn 3 semi-prof clubs, in Friesland 2, in Drente 1, in Overijsel 7, in Gelderland 5, in Utrecht 4. in Noord-Holland 14, in Zuid-Holland 11, in Zeeland 0, in Brabant 11 en in Limburg 6. Typisch is, dat de Westelijke suprematie door de provincie naar het rijk der fabelen verwezen hier toch duidelijk uit blijkt. In het Westen zijn n.l. 29 semi-prof clubs gevestigd, in het Zuiden 17, in het Oosten 12 en in het Noorden 6. Maar ze zitten wel als kikkers op een kluitje. In de driehoek Amsterdam-Haarlem-Alkmaar-Amsterdam (ongeveer 100 vierkante K.M.) bestaan (of trachten te bestaan) 11 semi-prof clubs, in Rotterdam en omgeving 7, in Zuid-Limburg 5. Daarom lijkt het gedurfde plan uit Velsen helemaal niet zo gek. Men moet het zien in de vorm van bijvoorbeeld de stedelijke orchesten. Verschillende grote steden hebben hun eigen orchest, dat flinke steun geniet van de gemeente lijke overheid. Waarom zouden de grote steden dan geen eigen voetbalclub hebben, gesubsidieerd uit de gemeentekas? Naast het U.S.O. (het Utrechts Stedelijk Orkest), de U.S.V. (de Utrechtse Stedelijke Voetbalclub). Als ge er dieper over doordenkt, is het helemaal niet zo gek. Spelregels. Wirn Staats heeft verleden jaar toch maar een prachtprimeur gehad, toen hij verontrust door het teruglopen van de publieke belangstelling wijziging van de spelregels bepleitte. Want nu staat dit vraagstuk in de publieke be langstelling, gestimuleerd door de artikelen van Geudeker. De hele zaak komt hierop neer, dat men de voetbalwedstrijden aantrekkelijker voor het publiek meent te kunnen maken door het maken van doelpunten te vergemakkelijken of hoger te belonen. Ik heb toch het gevoel, dat zowel Wim Staats als Kick Geudeker de zaak van de verkeerde hoek uit benaderen. Feit is dat bij het betaalde voetbal de belangstelling daalt. Nederland-Zweden (35.000) en Blauw Wit-Ajax (11.000) toch twee historische „krakers" waren weer tekenen aan de wand. Maar schuilt dat nu alleen in de lage score.' De mooiste wedstrijden, die ik in Nederland heb gezien hadden beide een 0-1 tot resultaat en wel Nederland-Oostenrijk in december 1933 (tegen het „Wunderteam" van Hugo Meisl) en Nederland-Engeland in mei 1935, de historische wedstrijd van Bertus Caldenhove. Ik kan mij die wedstrijden nog levendig voor de geest halen, maar van de een paar jaar later gespeelde wedstrijd Holland—België 80 kan ik mij niets meer herinneren. Gelukkig althans naar mijn idee vindt de suggestie om de buitenspelregel op te heffen weinig bijval. Dit lijkt mij net zo erg als dat men bij cricket de l.b.w. regel zou opheffen om het maken van runs te vergemakkelijken. Meer weerklank vindt het plan om voor een ruime overwinning extra winstpunten toe te kennen, zodat de voorstaande ploeg de wedstrijd niet gaat „bevriezen" maar „doorgaat". Dit is zeker aantrekkelijk maar het plan heeft één maar dan ook levensgrote - fout: Het is dan mogelijk, dat een ploeg, die ongeslagen is, geen kampioen wordt, omdat haar overwinningen erg krap waren en het lijkt toch wel radicaal tegen de opzet van de competitie als de kans zou be staan, dat een ongeslagen team geen kampioen zou worden. Ik vrees, dat deze plannen min of meer een „Kurieren am Symptom" zijn en dat de wezenlijke oorzaak van het teruglopen der publieke belangstelling elders gezocht moet worden. Er wordt geklaagd dat te veel bestuurderen van semi-prof clubs nog de oude amateur-mentaliteit hebben en te weinig zakelijk denken. Dat kan waar zijn, maar hoe zit het met de mentaliteit van de semi-prof spelers? Zijn zij zich eigenlijk wel bewust van hun grote verantwoordelijk heid tegenover het publiek? Herhaaldelijk leest men, dat een ploeg „lusteloos" speelde of „ongeïnteresseerd". Wat dacht U, dat er zou gebeuren als Toon Hermans of Wim Kan, Caro van Eijk of Paul Steenbergen, het Concertge bouworkest of Snip en Snap „ongeïnteresseerd" en „lusteloos" zouden spelen? De schouwburgen en de concertzalen zouden nog leger blijven dan nu de voetbaltribunes. Ze moeten het spel niet veranderen - ze moeten de spelers veranderen! Fusies. Aangezien waarschijnlijk weinig A.F.C.-ers het in Den Haag verschijnende dagblad „Het Vaderland" lezen, nemen wij hierover hetgeen dit blad schrijft over de fusie-besprekingen. Bijzonder moeizaam gaat het met de fusieplannen van verscheidene semiprofclubs, die als zodanig nagenoeg geen reden van bestaan (financieel gezien) meer hebben. In Utrecht is geconfereerd, in Groningen is geconfereerd, in Tilburg is geconfereerd. D.O.S., Elinkwijk en Velox: mislukt. G.V.A.V. en Be Quick: mislukt. Willem II en N.O.A.D.: uitgesteld dus mislukt. In Arnhem is het gelukt, maar het is duidelijk, dat dit de uitzondering is, die de bekende regel bevestigd Op de fusieplannen in Groningen willen we even terugkomen. Men was daar vergevorderd, maar Be Quick wil alleen maar terug naar de rijen der amateurs indien het niet in de vierde, maar in de tweede of eerste klas wordt ingedeeld. In Tilburg heerst trouwens een soortgelijke stemming bij de overblijvende amateurafdelingen van Willem II en N.O.A.D. Be Quick redeneert nu de K.N.V.B. uiteraard geen beslissing daaromtrent kan geven aldus: we stellen de fusieplannen uit; volgend jaar zijn er vast meer clubs, die de rijen der amateurs moeten opzoeken en met elkaar zullen we dan wel de toegang tol de eerste klas forceren. Zo slaat het er niet, maar daar komt het op neer. We zouden tegen zo'n standpunt toch wel krachtig stelling willen nemen. Gesteld, dat die inderdaad straks „krepcren- de" clubs allemaal in de hoogste regionen van de amateurcompetitie moesten worden opgenomen. Dat zou een mooie 2

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1964 | | pagina 2