1 les k JAMES MEYER Makkers, staakt Uu/ wild geraas! TELEFOON 721833 KEUKEN ArULLOLAAN 109 Een gezellig drankje en een verzorgde maaltijd gebruikt U het beste in uw eigen sociëteit BequnstiGinG van onze AövepteeRöeRS, houör, öe schakel in stanö Hoor. wie klopt daar kinderen? of Wanneer men iets wil opmerken over de sanering van het beroepsvoetbal in het bijzonder over de terugkeer van de tweede klas semiprofs naar 't amateurisme dan bevindt men zich al gauw in het mistige moerassige niemandsland, dat ligt tussen de terugkeer van de verloren zoon en de thuiskomst van de gevallen doch ter. Van beide klassieke binnenhuistafe reeltjes krijgt deze rentree, wat mee: respectievelijk het wantrouwen, misschien zelfs de nijd van de thuisgebeleven broers (i.e. de eerste klas amateurs) en het ver wijt van de, tot vergeving neigende, moe der (i.e. het amateurvoetbal als zodanig). Hoe zijn nu de feiten? De KNVB wenst het semiprofvoetbal te saneren en wil daartoe beginnen met het uitdunnen van de, al te, weelderige haardos der 2e klas semiprofs. De betrokken clubs werden drie mogelijkheden voor de oplossing van dit vraagstuk aangeboden: a Een Telstarfusie aangaan; b Een complete fusie aangaan; c Terug naar de amateurs en wel naar de eerste klas amateurs. Het lagere beroepsvoetbal geeft echter de voorkeur aan de stinkde wonde van de zachte heelmeester, boven de korte steek a la Brutus. Dit blijkt duidelijk uit de laat ste ontwikkelingen: 1. De plannen van de saneringscommissie worden niet of nauwelijks serieus geno men. Sommige clubs reageerden helemaal niet op de voorstellen, terwijl anderen te kennen gaven „gewoon" verder te wil len spelen in het beroepsvoetbal. 2. Het grootmoedige aanbod van de amateurs om het deurtje van de eerste klas open te zetten, als blijk van goede wil om tot een oplossing te komen, wordt minachtend terzijde geschoven (behalve door Leeuwarden). 3. De weinige clubs, die met hun fusie overwegingen nog enige blijk van gezond verstand gaven, kwamen echter, door war rig onderhandelen, niet uit boven het peil van een ruzie onder knikkerende kleuters. Kortom: de sanering is in het slop (nauwe steeg) geraakt. Nu is een nauwe steeg niet altijd doodlopend, maar als „Big Brother" Nijs (sectie amateurvoet bal) zich terugtrekt uit de reorganisatie commissie, dan is dat toch een bevestiging van de algemene verwachting, dat het tijdstip niet ver meer zal zijn waarop de gehele saneringscommissie de bal in de tribune zal trappen. Laat ons nu terugkeren naar het uit gangspunt: de event, terugkeer van de se miprofs naar het amateurvoetbal. Stel dat cr 12 clubs (de commissie spreekt over minstens 12) bij de eerste klas amateurs worden ingedeeld, dan betekent dat een stijging van het aantal clubs tot 84. Men kan zich voorstellen, dat de, toch al niet hooggeschatte, eerste klas amateurstatus hierdoor zal worden aangetast, om over de terugslag op de lagere afdelingen maar niet eens te spreken. Het ontstaan van het beroepsvoetbal heeft het begrip „le klas amateurs" inder tijd al aardig in waarde doen dalen. Nu zouden we dan, door de zieke toe stand waarin het profvoetbal is geraakt, nog eens een tik op het heufd moeten incasseren. Dit lijkt, zacht gezegd, onrede lijk. Er werd meegedeeld, dat men de vorming van een hoofdklas of eredivisie der amateurs (12 clubs) overweegt Hoewel het probleem van de devaluatie der eerste klassers op deze wijze niet is op gelost, maar wel verschoven wordt naar een ander niveau, blijft ook de onplezie rige situatie waarin 72-12=60 huidige le klassers worden gebracht: in wezen degra deren zij n.l. naar de 2e klas! Voor die 12 hoofdklassers zit er trou wens ook nog menig addertje tussen de doelpalen; denkt u b.v. maar aan een retourtje Amsterdam-Delfzijl enz. I Konklusie: öf wanneer de eerste klas amateurs wordt uitgebreid tot 84 èf wanneer een hoofd klas wordt ingesteld: in beide gevallen on dervinden de eerste klas en (via de terug slag) het gehele amateurvoetbal veel last van deze terugkeer. In aanmerking geno- gebr. plieger Heerlen, Amsterdam men, dat de „struggle for life" bij de amateurs (mede onder invloed van het beroepsvoetbal) bepaald niet zachtzinniger is geworden, dient het amateurvoetbal toelatingseisen te stellen, wanneer de 12 ongeluksapostelen aan de poort kloppen. Uit lijfsbehoud én uit solidariteit met de zwakke broeders is het ongewenst om deze 12 clubs, met klaroengeschal en het strooien van rozenbladeren, aan de voor deur te verwelkomen. Daar komt bo vendien bij dat veel van deze clubs (vlgs. de heer Nijs): „doodsbenauwd schijnen te zijn voor het amateurvoetbal" en het als een zware straf beschouwen om naar onze regionen te moeten terugkeren (heer de Vries van SVV: „niemand heeft het recht ons naar de amateurs terug te sturen"). Uit bovenstaande is, hopelijk, voldoen de duidelijk dat er zeker geen aanleiding bestaat voor een welwillende houding van de amateurs t.a.v. de terugkeer der semi profs. Die aanleiding was er vóór het tot stand komen der saneringsplannen niet en nu, na de hooghartige en van iedere werke lijkheidszin gespeende uitlatingen der be trokken beroepsvoetbalclubs, is zij er he lemaal niet meer. Tot nu toe ontving men de amateur teams van profclubs via het achterdeurtje van het amateurvoetbal (4e klas)! Hét lijkt geen slecht idee om daaraan vast te blijven houden. Daarbij kan men nog vaststellen, dat het buitengewoon stimule rend zal werken bij de fusieonderhande lingen (die zo stroef verlopen), wanneer de „dreiging" van de vierde klas ama teurs de onderhandelaars in het gelaat grijnst Tenslotte zal het beroepsvoetbal het allerbest gediend zijn met de fusies en de amateurs zullen deze twaalf bittere bekers graag aan zich voorbij laten gaan Toon van Tien Prospectus wordt U gaarne op aanvraag toegezonden R. H. Rozenbroek echtgenote^ 9

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1964 | | pagina 9