Kaarten-Henkie
Hoe vermoord ik mijn club
pooLt Allen mee, het is voor A.f.e.
Ik begrijp niet, dat jullie nou zó tuk
erop zijn om helemaal naar Eindho
ven te gaan en daar P.S.V. tegen Zurich
te zien spelen," zei Arie Mets tegen Henk
Kappelhoff.
En toen moet Henk, althans volgens de
besliste verklaring van Arie hebben geant
woord: „Nou, ja, man, wij gaan daar ook
niet naar toe voor die voetbalmatch. We
willen wel eens graag onder vrienden een
heerlijk etentje verorberen met een ge
past neutje vooraf."
„O," moet toen Arie, althans volgens de
besliste verklaring van onze clubvoorzit
ter, hebben gezegd.
Enfin, en toen was dan DE dag daar
Er was ergens een verwarmde en toch ook
wel weer een wat verwarrende start. In
een bovenhuis op de Rooseveltlaan, waar
een A.F.C.-bohémien tegenwoordig pleegt
te wonen.
Onze chauffeur Cor van Peperzeel dronk
cola. Hij reed er dan ook naar. Ene
Waayer schonk warmertjes-ups. Wij wis
selden intussen wat „bon mots". Dat doen
wij altoos als wij in de buurt van die héél,
héél kleine glaasjes vertoeven.
„Neem wat bon mots mee voor onder
weg," adviseerde Kappelhoff. ,,Je kunt
nooit weten, hoe ze nog van pas komen."
Arie droeg de zak met mots en Cor
meende dat er tijd in overvloed was om,
ergens heel ver in een heel ander stads
deel, zijn vehikel met gas te laten vul
len.
„Het is toch geen ballon?" zei ik. En
toen startte onze „Boesman van materiaal'.
In de auto, op de Utrechtweg, zaten wij
al uit te rekenen waar wij copieus zouden
gaan dineren. Wat wij o.a. zouden gaan
eten. En wij vonden het zo mieters, dat
wij er dit keer nu eens alle tijd voor
hadden. Henk Kapelhoff dacht over zwe
zerik, zacht en geurig gebakken, gegar
neerd door wat aantrekkelijke groenten.
Cor wilde een frans gerecht, doch sukkel
de wat met de uitspraak ervan. Arie en
ik, achterin de wagen gedoken, zweefden
tussen dunne en dikke sauzen, in
welke sauzen wij in onze gedachten talloze
champignons zagen drijven. Arie zag er
wel 80. Maar Arie was dan ook in net be
zit van een pocketbottle met verwarmende
inhoud. Toen dit ding bijna leeg was,
bood hij mij grondsop aan.
„Je slurpt," zei Cor van Peperzeel. Doch
dit was nu pure kinne sinne.
En toen, goede vrienden van de Scha
kel, toen gebeurde HET.
Het zal ergens bij Maarsen of zo ge
weest zijn. Toen zag ik het „nekkie van
Henk" plotseling bloedrood worden Ik
vermoedde al iets, doch zei echter niets.
Ik stootte Arie aan, terwijl Henk, toon
beeld van menselijke ellende, naar iets
zocht, dat hij toch meende te veronder
stellen in zijn pak te hebben gestoken.
„Moeder Maria," lispelde Arie zacht.
„Hij zal toch niet.
„De kaartjesII" jammerde ik
„hebben vergeten??" snotterde Arie de
zin af.
„Stop eens, Cor, hier even langs de
weg," stotterde Henk. „Ik geloof verd.
dat ik de kaartjes voor P.S.V. niet bij
mij heb."
Het werd stil in de auto. Verderop
zong een merel. Een koe in de wei keek
ons stom aan. Terwijl die koe niet eens
de stomste was, althans in zijn onmiddel
lijke omgeving.
Wij gingen terug naar Mokum. Enkelen
onzer spraken een wijle met onze lieve
heer. Maar ja, tenslotte is Henk de voor
zitter, de man met de brains. En voor
een royement wegens wangedrag voelden
Cor, Arie en ik niet veel.
„Het had zo mooi kunnen zijn; gebak
ken aardappeltjes met chateau briand"
zei een van ons zachtkens.
En juist toen Henk, teruggekeerd naar
de Beethovenstraat ons kwam opbalen bij
Smits broodjeswinkel, zei de juffrouw:
„Dat is dan 4 ballen gehakt, 4 broodjes
half om en vier broodjes speciaal, dat is
samen achtguldenvijfenzestig."
Het was nog inclusief ook. Wij hebben
ons diner in een eenvoudige loodgieters
auto geconsumeerd, zonder kandelabres.
In de rust van P.S.V.-Zürich aten wij
ieder een reep chocolade. Van de honger
vermoedelijk, al zou het wel een kostelijke
foto geweest zijn: vier A.F.C.'ers op een
tribune, allen kluivende aan een repie.
En toch hebben wij, met dit alles, ons
vertrouwen in het organisatie-talent van
onze voorzitter, nog niet verloren
Onbegrijpelijk, zult u zeggen, wanneer u
dan nog even zijn laatste „stunt" wilt ho
ren
Henk had dus tenslotte 4 kaartjes.
Twee waren uitnodigingen en die, zei hij,
waren genummerd. Die andere twee wa
ren echter NIET genummerd, zodat de
genen, die deze twee kaartjes hadden,
nogal vroeg naar het Stadion moesten.
Hij maakte vier lootjes. Op twee loot
jes stond een U en op die twee anderen
een T. Wat dat nu precies inhield, is nog
steeds een mysterie voor de overigen.
Cor en ik trokken de genummerde tic
kets. Arie en Henk zouden de Philipstein-
pel vroegtijdig „nemen".
En wat bleek tenslotte? Wij zaten met
zijn vieren NAAST elkaar op GENUM
MERDE plaatsen met GENUMMERDE
plaatsbewijzen.
Organisatie is alles. Het is vaak onbe
grijpelijk, dat A.F.C. nog zo best loopt.
JHR. VAN ROSSEM DE GAULIN
We houden in A.F.C. niet van fitten.
En toch hebben we er een, die er niet
genoeg van krijgt! Wie? Cor van Peperzeel,
Erkend Fitter, nog wel wettelijk!
In het Engelse tijdschrift „Justitia" ver
scheen onlangs een stukje, getiteld
„How to kill an organisation" (hoe dood
ik een organisatie). Dit stukje nemen wij
hieronder over, niet met de bedoeling om
propaganda voor dit „om zeep brengen"
te maken doch aanradend het tegenover
gestelde te doen.
1. Kom niet naar de vergaderingen.
2. Maar als u komt, kom dan te laat.
3. Neem nooit een bestuursfunctie aan;
het is immers veel gemakkelijker kri
tiek uit te oefenen dan zelf wat te
doen.
4. Als de voorzitter u vraagt uw me
ning te geven over de een of andere
belangrijke kwestie, zeg hem dan dat
u er geen mening over hebt; vertel
echter na de vergadering wel aan een
ieder hoe de zaken gedaan behoren te
worden.
5. Doe niets meer dan volstrekt nood
zakelijk is, wanneer andere leden hun
mouwen opstropen en gewillig hun
krachten geven om de zaken vooruit
te helpen, b.v. bij het organiseren
van een wedstrijd, roep dan dat de
vereniging door een kliekje bestuurd
wordt.
6. Wacht zolang als mogelijk met 't be
talen van uw contributie. Stem altijd
en onder alle omstandigheden tegen
contributieverhoging.
7. Als u geen kwitantie aangeboden
wordt voor uw contributie, betaal
dan niet. Krijgt u een kwitantie aan
geboden, zeg dan dat het daarop
voorkomende bedrag niet juist is en
bedank als lid.
8. Als u kans ziet diensten te genieten
zonder lid van de vereniging te zijn,
word dan vooral geen lid.
9. Wees het eens met alles wat er op de
vergadering wordt gezegd en wees het
niet eens ermee buiten de vergade
ring.
10. Wanneer de voorzitter u vraagt een
zaak, die nog in behandeling is, als
strikt geheim te beschouwen, vertel
uw vrienden hierover in strikt ver
trouwen.
Dit zijn de tien geboden voor het om
zeep brengen van de vereniging. Het zijn
ditmaal tien geboden waaraan men zich
niet moet houden.
Voor ons aller „GOED GENOEG" zou
den wij er nog enkele geboden aan toe
willen voegen en wel deze:
Zet uw auto liefst naast het hoofdveld,
althans binnen de verboden zone.
Breek zoveel mogelijk biljartkeu's en
leg de krijtjes met „blauw omlaag".
Maak het zo laat mogelijk voor de exploi
tant.
Ga wat intrappen in het doelgebied, dat
fleurt de grasmat wat op.
Laat papieren, dozen en flesjes vooral
op de velden liggen.
Lees nooit de mededelingen, voorschrif
ten en verzoeken van de leiders.
Stoei niet thuis, maar in onze sociëteit.
Smijt uitgebreid met bierviltjes.
Jhr. van Rossenr de Gaulin
6