Mixed Pickles BeGunstioinci van onze aöveRteeRöeRS, houöt öe schakel in stanö Samengaan? ~T|e „Pickle" inzake het streven van de semiprofclubs om hun derde elftallen te laten spelen in de competities der eerste elftallen van de amateurclubs, heeft enige reacties tengevolge gehad. Voorzitter van Dalen van „Sportclub Enschede" heeft in het clubblad het betrokken stuk afgedrukt en van een kort commentaar voorzien. Hij legt er de nadruk op, dat „hij voorstander is van de Vermenging in het belang van de spelers zelf" en verheugt er zich over, dat wij niet gesproken hebben over „geestelijke infectie", waarmede hij doelt op de redenering, dat de amateurs wel eens „prof" zou den willen worden, als hun eerste elftal zou spelen tegen het derde van de semi-profs. Neen, inderdaad hebben wij daaraan niet gedacht, want dat zouden wij voor beide groepen beledigend vinden. Wij zijn wel van mening, dat de voorgestelde vermenging gebaseerd is op het eigen belang van de semi-profclubs en niet op het belang van de spelers, maar van Dalen „is a honourable man" en als hij dit stelt, dan aanvaarden wij dit. Wel mogen wij de degen kruisen met de voorzitter van Ajax tevens donateur van A.F.C. die in het „Ajax-Nieuws" het volgende schrijft; ,J\len meent dat in deze elftallen meestal het derde) alle adspirant-profvoetballers samenscholen. Hoewel deze theorie bij ons zeker niet geheel opgaat, en wij in ons derde elftal grotendeels spelers hebben, die misschien nooit voor een con tract in aanmerking komen, zou ik deze gedachte wel willen volgen, ware het niet, dat hetzelfde ook geldt voor onze jeugdelftallen. Maar nu in gemoede, geachte confrères, hoeveel van uw spelers zouden bij u morgen niet weglopen, als zij bij een semi-profclub een kans op een contract maakten! Misschien zou u, bij een eerlijke opgave, de schrik om het hart slaan, bij zoveel prof-aanhangers in uw heilige amateurstaat. Wel geeft men toe, dat het spelpeil omhoog zou gaan, dat men meer publiek zou trekken en dat het een eerlijke beloning zou zijn voor elftallen als b.v. Ajax 3, dat wel regelmatig kampioen mag worden, maar niet kan promoveren. Toch wil men niet. Men voert allerlei motieven aan, zonder het enige ware motief te vermelden, n.l. de angst spelers te verliezen, die het wel leuk zouden vinden om in Ajax, Blauw Wit of Feijenoord 1 amateurs te spelen. Angst, een slechte raadgever, mijne heren, en niet geheel eerlijk tegenover de semi-profs, die toch altijd bereid zijn de kassen van de K.N.V.B., de plaat selijke bonden en andere sporten in vertegenwoordigende ploegen te versterken, zeker niet het minst ook in uw belang. Overigens, zou de toto, waarvan in het bijzonder de amateurs zoveel profijt trekken, ooit mogelijk geweest zijn, zonder ons huidige topvoetbalt Het bovenstaande is mijn eerlijke opinie, die ik als half prof en half amateur voetballeider, tevens ondersteunend lid van een grote amateurvereniging, objectief meen te mogen stellen." Het is wel zeer opvallend, dat onze vriend James Melchers het ook al heeft over „de angst" bij de amateurs. Ik spreek nog wel eens bekende figuren uit de amateurwereld ik denk aan mensen als van Houten, van Rijswijk, Neuerburg en om te zeggen: „Wat zijn dat nu een zenuwlijders geworden" nee, echt niet. Dit steeds weer hameren van de semi-profs op de „angst" van de amateurs doet ons denken aan jongens, die in een vechtpartijtje verwikkeld worden en door een luidkeels „je dürreft niet, je dürreft niet" het bange kloppen van hun eigen hartje trachten te overschreeuwen Die „angst", die Melchers ons nu weer in de schoenen schuift, is overigens een andere „angst" als anderen ons in de schoenen schuiven. Nu zijn we dus weer „bang", dat onze spelers „het wel leuk zouden vinden om in Ajax, Blauw Wit of Feijenoord I Amateurs te spelen". Maar je kan toch niet tegelijkertijd bang zijn, dat je spelers prof willen worden en dat ze in een andere club amateur willen blijven! Ik zie het zo: Er zijn jongelui, die voetbal willen spelen voor hun genoegen en er zijn jongelui, die bijverdienste (straks onafwendbaar: hun inkomen) willen verdienen aan het voetbalspel. Dit is hun eigen goede recht en daar heeft m.i. „angst" van de zijde der clubbesturen eigenlijk niets mee te maken. v Typisch. Wel typisch is, dat hetgeen Melchers schrijft, in wezen hetzelfde is als wat de vooruitziende Van Rijswijk van H.B.S. deswegen fel aangevallen schreef: „Op de duur krijgen wij full professionalisme en dan zullen die clubs hun amateur staart moeten afhakken". Want Melchers en zijn medestanders zien nu dus al twee clubs inplaats van één club. De ama teurclub niet het derde elftal als top en de semiprofclub, bestaande uit eerste en tweede elftal. Maar dat zal in de practijk onmogelijk blijken te zijn. Voor iedere club, hoe haar status ook moge zijn, is het eerste elftal de „hoofd ploeg". Zet men nu naast die „hoofdploeg" nóg een hoofdploeg, dan krijgt men een splitsing, die niet houdbaar is. Want Ajax III is in wezen niet de top van de amateurs, maar het natuurlijke reservoir voor semi-prof Ajax II en Ajax I. Dat er volgens Melchers thans weinig spelers in Ajax III rondlopen, die voor een „contract" in aanmer king komen, doet principieel niets ter zake. Evenmin doet het. ter zake, of er bij de amateurs heel wat zouden zijn, die prof zouden willen worden. Dit hangt n.l. af van twee factoren, die in wezen onvergelijkbaar zijn: capaciteiten en in stelling. Daarom is het Sorry James ook zo kinderachtig om te horen over „Uw heilige amateurstaat". Als wij die woorden „amateur" en „professional" nu eens in goed Nederlands vertalen, dan lezen wij „liefhebber" en „beroeps man" en dan wordt dat „heilige liefhebber" wel erg gek. Heeft U ooit beroepstoneelspelers horen honen over de hon derden die bijv. in personeelsverenigingen het liefhebberij-toneelspel beoefenen en daar ook wel eens tot prestaties kwa men, waaraan menig beroepsgezelschap een voorbeeld kon nemen? Finantieel. De zinsnede over het finantiële aspect in het betoog van Melchers heb ik niet alleen gelezen, maar ook herlezen en ik kom er niet uit. Misschien is er een regel weggevallen, want de zin „dat de semi-profs toch altijd bereid zijn de kassen van de K.N.V.B., de plaatselijke bonden en andere sporten in vertegenwoordigende ploegen te versterken" is volslagen onbe grijpelijk. En wat de voetbalpool te maken heeft met bijvoorbeeld de mogelijkheid om Ajax III tegen A.F.C. I te laten spelen, ontgaat mij helemaal. Beste James, het zal de deelnemers in een voetbalpool een zorg zijn, of ze op Ajax—Feijenoord spelen of op Zeeburgia 7—V.V.A. 7. Als ze maar voor een kwartje de kans hebben op anderhalve ton! Halfweg. Met de laatste alinea van Melchers heeft hij meteen de tragiek aangeduid van de leiders van clubs als Ajax, Feijenoord, Sportclub Enschede enz. „Ik ben half prof. en half amateur". En dat beste James kan in de toekomst niet. Je zult moeten kiezen of delen. Of werkgever zijn, die te maken heeft met werknemers of leider zijn van een vriendenclub, die de voetbalsport voor haar persoonlijke ontspanning beoefent. Een andere oplossing is er niet. Je hebt mij na Ajax—Fortuna (tussen haakjes: wat hebben jullie een prachtige ploeg en mag ik je van harte het kam pioenschap van de Ere-Divisie toewensen) geattendeerd op jouw artikel en mij beloofd, dat je in het Ajax-Nieuws zal repliceren op mijn antwoord. Stuur een copie naar mijn redacteur Steensma, want ik ben overtuigd, dat hij bereid zal zijn jouw repliek je bent ook lid van A.F.C. volledig in onze „Schakel" te publiceren. J. W. 3

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1959 | | pagina 5