halus lamp
ha-ha slot
Succesrijk Honkbalseizoen 1958
1L ft&zae&t
toch ook altijd
de clubavonden
Als U reeds een
gebruikt,
koopt U dan
ook een
Bequnstiqinq van onze aöveRteeRöeRS, houöt öe schakel in stanö
Ook de kinderen.
Het zal U, vooral in dit honkballoze
tijdperk, opvallen, temidden van ge
dichten van B. S. Ie Marché en de Mixed
Pickles, in de A.F.C.-Schakel een artikel
over honkballen aan te treffen.
Eerlijk gezegd, trof het mij aangenaam,
toen Uw redakteur mij verzocht met
1000 woorden de resultaten van de
A.B.C.-negentallen van het afgelopen sei
zoen de revue te laten passeren. Waar
mee hij ook één der kinderen de kans
gaf haar woordje te doen. Is A.F.C. niet,
zoals een goede moeder betaamt, nieuws
gierig naar de prestaties van haar kin
deren? Het blijkt gelukkig van wel.
Traditie.
Gewoontegetrouw startte A.B.C. haar
24ste levensjaar met het toernooi om de
„Hans Volkers-trophee". Een traditie, die
door geheel honkbalminnend Nederland
op prijs wordt gesteld, immers dit toer
nooi wordt als één der voornaamste honk
balevenementen van ons land beschouwd.
O.V.V.O., met de nationale werper Ur-
banus, sleepte na enkele spannende wed
strijden de hoogste prijs in de wacht en
kreeg de Hans Volkers-trophee een jaar
in haar prijzenkast.
Wisselvallig.
Opmerkelijk is het, dat de wisselvallig
heid de A.B.C.-ers van het eerste negen
tal weer parten heeft gespeeld. Want
de eerste wedstrijd tegen T.Y.B.B. won
nen zij overtuigend, de tweede tegen
H. C. K. gaf een negatief resultaat. De
door een moessonachtige regenbui ge
staakte en later afgelaste wedstrijd tegen
W.V.H.E.D.W. bewees weer, dat het heus
zo slecht niet ging. De balans vermeldt
verder: een gelijkspel tegen het zwakkere
Kennemerland, een niet verwachte over
winning op Blauwwit, een verdiende
nederlaag tegen Ajax, een zege op het
veramerikaanste U.V.V. en een débacle
tegen H.C.K.
Vervolgens bonden wij Kennemerland
met 11—0 aan onze bescheiden zegekar,
moesten wij ondanks goed verweer tegen
Ajax voor de tweede keer het loodje
leggen, werden wij in de returnwedstrijd
tegen U.V.V. geheel overspeeld en deel
den wij de punten met W.V.H.E.D.W.
(1—1). Tenslotte stonden wij in ons derde
treffen tegen W.V.H.E.D.W. de textiel-
mannen hun kampioenschap niet meer
in de weg, bezorgden wij het Haarlemse
T.Y.B.B. de tweede nederlaag en lieten
wij in onze laatste wedstrijd tegen Blauw
wit de winstpunten op het Stadionplein.
Met als resultaat een vijfde plaats met
12 punten.
W erpersprobleem
Het tweede team, de laatste jaren het
zorgenkindje van de negentalcommissie,
schijnt een voorkeur te bezitten voor be
nauwde en krappe overwinningen.
Overwinningen als 11—10, 9—7, 13—12
en 7—6, resp. op T.I.W. 3, De Spartaan
2, D.S.S. en Quick, spreken voor zich zelf.
Weliswaar was dit team dikwijls gehan
dicapt door het gemis aan een goede
werper, doch ook de geringe slagpresta
ties kunnen als één der oorzaken van
deze matige resultaten genoemd worden.
Tot degradatie is het gelukkig niet ge
komen, want het veel zwakkere T.I.W. 3
verdween uit de tweede klasse.
Geen wensdroom.
Het derde team heeft lange tijd over
goede papieren beschikt voor het kam
pioenschap van haar afdeling. Doch ook
hier waren werpersproblemen debet aan
het niet in vervulling gaan van deze
wensdroom. Van de tien gespeelde wed
strijden beëindigden wij er zes met de
volle winst, terwijl wij in de overige vier
duels drie keer in de latere kampioen
De Meer 2 de meerderen moesten erken
nen. Een eervolle tweede plaats vormde
een beloning voor dit laagste doch zo
enthousiaste negental.
Vooruitgang.
Over de prestaties van onze junioren
mogen wij ondanks de zes nederlagen
uit zes wedstrijden toch niet geheel on
tevreden zijn. Naarmate het seizoen vor
derde, was er in hun spelpeil een duide
lijke vooruitgang te bespeuren en onge
twijfeld zullen zij het volgend seizoen
meer van zich doen spreken. Bovendien
hebben zij in de Jeugdtoernooien van
R.C.H., H.C.K. en D.E.C. een behoorlijk
figuur geslagen. Speciaal voor de jongste
A.F.C.-ers voegen wij hieraan toe, dat
A.B.C. het komende seizoen met twee
negentallen voor de competitie wil in
schrijven. Desnoods met drie teams, als
het met de toevoer van jeugdleden uit
A.F.C. een beetje wil.
Beloning.
Prognoses maken voor het volgend
seizoen lijkt ons nogal riskant. Meestal
pakt het anders uit dan voorspeld is.
In de afdeling van A.B.C. 1 zien wij
twee nieuwe tegenstanders, die eigenlijk
toch weer oude bekenden van ons zijn.
Ten eerste De Volewijkers, dat de plaats
inneemt van het naar de Hoofdklasse
gepromoveerde W.V.H.E.D.W. en op de
tweede piaats Sportclub Haarlem, die
na een éénjarig verblijf in de Overgangs
klasse te sterk voor die klasse bleek en
ten koste van T.Y.B.B.B. weer een trede
hoger op de honkballadder komt. De
overigen, Ajax, H.C.K., Kennemerland,
Blauw-Wit, U.V.V. en A.B.C. zullen on
getwijfeld voor een attractief seizoen
zorgdragen. Vooral omdat misschien voor
hen de kans bestaat weer in de Hoofd
klasse te komen.
Reorganisatie?
Om het competitie-systeem aantrekke
lijker te maken heeft het Bondsbestuur
van de K.N.H.B. zich tot de verenigingen
gewend met het voorstel om met ingang
van 1960 twee hoofdklassen van elk zes
clubs te vormen, die 20 wedstrijden zullen
spelen. Het gevolg hiervan is, dat de
verenigingen gedurende vijf weken elkaar
tweemaal per weekend zullen ontmoeten.
De hoofdklasse zal in dit geval bestaan
uit de reeds bestaande acht hoofdklassers
vermeerderd met de vier eersteklassers,
die aan het einde van seizoen 1959 op
de bovenste vier plaatsen zullen eindi
gen. Wij zullen dit reorganisatieplan niet
uitvoerig bespreken, doch zijn benieuwd,
welke houding de verenigingen ten op
zichte van dit bondsvoorstel zullen in
nemen. Mocht het echter doorgang vin
den dan zullen de eerste klassers zich
zeker tot het uiterste inspannen om deze
kans te benutten. Wij en ongetwijfeld U
ook, hopen dat A.B.C. dit ook zal doen.
Daarvoor heeft zij echter ook de steun
nodig van U, A.F.C.-ers. Uw aanmoedi
gingen tijdens de wedstrijden zullen er
toe bijdragen, dat de A.B.C.-ers al hun
krachten zullen geven om tot de vier
gelukkigen te behoren. Wij hopen U de
komende zomer dus niet op het honk-
balveld te missen. HANS DE BIE.