Het 36ste A.R.O.L.-bekertoernooi
Bequnstiqmq van onze aöveRteeRÓeRS, houöt öe schakel in stanö
5
ten opgesteld om ons het leed van
het vertrek zoveel doenlijk te ver
zachten. Ter verduidelijking van deze
geste zij nog vermeld, dat dit perso
neel vrijwel uitsluitend tot het zwak
ke geslacht behoorde.
Een beetje weemoedig trokken we
naar St. Cast, waar we weer op de
gebruikelijke manier werden ontvan
gen, ter afwisseling echter met witte
wijn in plaats van Port, hetgeen bij
het warme weer wel zo goed was.
Hier werden we ondergebracht in het
majestueuse hotel „Ar-Vro", schit
terend gelegen aan de Cóte d'Eme-
raude. Het was werkelijk een ideaal
oord, al misten we enigszins de
amicale sfeer van St. Brieuc. Toch
waren er nog latertjes en het was de
volgende dag dan ook moeilijk allen
tijdig in de bus te krijgen voor de
lange rit naar Parijs. Dank zij het
fenomenale rijden van Gerrit kwamen
we daar nog voor zessen aan, zodat
de nieuwelingen op het spitsuur een
klein idee kregen van de enorme
drukte in deze wereldstad. Na een
spoed-etentje bezochten we een voor
stelling in Mayol, waar ons een der
gelijke overdaad aan vrouwelijk
schoon werd voorgeschoteld, dat we
ons niet kunnen voorstellen, dat er
nog zo iets als een Franse haute
couture bestaat. Na de voorstelling
werden nog diverse exploratietochten
in Montmartre ondernomen, met het
gevolg dat er van uitslapen niet veel
is gekomen, want we moesten vroeg
op voor de definitieve aftocht. Zo za
ten we 's morgens uitgemonmarteld
weer in de bus, in de richting van de
Franse grens, reden nog vlak langs
de- EXPO en voor we het wisten wa
ren we weer op Hollands grondge
bied.
Het was een uitnemend idee van
de voorzitter om als afscheid nog een
reünie te houden in het restaurant
„Den Hout" in Den Haag. Speciaal
memoreer ik nog de uitstekende
speech van aanvoerder Boskamp,
waarbij hij de dank van alle spelers
uitbracht aan voorzitter Kappelhoff
voor de vele moeite en zorgen, die
deze zich voor de toer getroost had,
en hem namens de spelers als sou
venir een Bretonse bloempot aanbood.
Na een pittige slotrede van de voor
zitter werd toen de thuisreis aan
vaard.
Ik meen namens alle deelnemers te
spreken, indien ik hier nogmaals aan
Henk Kappelhoff mijn grote dank
uitspreek voor alles wat hij op deze
onvergetelijke A.F.C.-toer voor ons
heeft gedaan. Alles was feilloos ge
organiseerd, geen wanklank werd
vernomen, in één woord het was
„af". Tenslotte nog een woord van
hulde aan onze chauffeur Gerrit,
die zich direct in het A.F.C.-milieu
thuis voelde en die ook wel met ge
noegen aan deze trip zal terugden
ken.
W.
Groot was de vreugde van de A.F.C.
toen rechtsbuiten Van Dam met
een meesterlijke kopbal de zege in de
finale tegen D.W.V. veilig stelde.
Springend en juichend begaf men
zich na het laatste fluitsignaal van
Scheidsrechter Kramer, naar de voor
de overdekte opgestelde microfoon,
alwaar voorzitter Kappelhoff al ge
reed stond om de prijzen uit te rei
ken.
Dat hij dit deze keer met grotere
voldoening dan andere jaren deed, is
zonder meer duidelijk.
Bezoek.
Ons tournooi trok redelijke belang
stelling van het publiek. De bedekte
hemel deed menigeen kennelijk Zand-
voort op de tweede plaats schuiven.
We verheugden ons in de bijzon
dere interesse welke van bonds- en
gemeenteweg werd betoond. Op de
eerste dag mochten we de Heer
Schroder, voorzitter van de K.N.V.B.,
begroeten en op de tweede dag gaven
de Heren Brunt en Egberts acte de
présence.
Mr. Van Hall, Amsterdams eerste
burger, woonde de finale bij en hij
smaakte het genoegen de organisa
trice te zien winnen.
Niet van Buuten.
Het is steeds onze gewoonte ge
weest om de captain van het win
nende team naar zijn indrukken te
vragen. Onder het kopje „Van Buu
ten" boden we U dat artikel dan aan.
Deze keer hoeft dat niet, want het
is onze eigen Henne, die gaat vertel
len, wat hij ervan denkt.
„Eindelijk is het na 16 jaar wach
ten weer gelukt de A.R.O\L.-beker
voor één jaar in eigen prijzenkast te
houden. Dit fraaie resultaat krijgt
nog meer reliëf, wanneer men weet,
dat achtereenvolgens drie eerste klas
amateurclubs t.w. U.V.V., Z.A.C.* en
D.W.V. werden uitgeschakeld.
De eerste wedstrijd tegen U.V.V.
leverde ons een verdiende zege op,
nadat wij gedurende de hele wedstrijd
in de meerderheid waren geweest.
Ons elftal speelde boven verwachting
(voor de meeste onzer was dit de
vierde wedstrijd binnen één week)
aantrekkelijk, snel voetbal en alleen
de laatste twintig minuten, toen de
vermoeidheid verschillende A.F.C.-ers
toch parten ging spelen, daalde het
tempo aanzienlijk en slaagde U.V.V.
er nog bijna in de stand op gelijke
voet te brengen. De rust ging in met
een veilige 20 voorsprong door
twee goals van Tonnie Beekman,
waarvan de eerste een „beauty" na
een fraaie combinatie met Henk v. d.
Bergh. Tien minuten voor het einde
verkleinde de Utrechtse rechtsbinnen
de achterstand en zoals boven werd
vermeld moesten wij alle zeilen bij
zetten om de voorsprong te hand
haven. (Beste speler aan onze kant;
Cees Bouwens.)
De tweede dag moesten wij de strijd
aanbinden met Z.A.C. voor een plaats
in de finale.
Deze harde wedstrijd werd ontsierd
door nare incidenten, waaraan enige
spelers aan beide kanten schuld had
den.
Na tien minuten namen wij door
Rolf Leeser met 10 de leiding.
Z.A.C. wilde hier echter niet in be
rusten, kwam gevaarlijk opzetten en
door snel positie-wisselen werd her
haaldelijk verwarring in onze achter
hoede gesticht. Wij mochten dan ook
niet over pech klagen, toen de rust
inging met een kostbare 10 voor
sprong.
Na de thee had onze verdediging
beter vat op het rappe spel der
Z.A.C. voorwaartsen en enigszins on
verwachts en tegen de verhouding
in, deponeerde de Z.A.C. rechtsbinnen
Bisschop (die zich zowel pedaal als
oraal tijdens deze wedstrijd zeer ver
dienstelijk maakte) uit een vrije trap
de gelijkmaker achter Hubert.
Zo kwam het einde met een 11
stand en strafschoppen moesten de
beslissing brengen. Uit dit duel tra
den wij zegevierend te voorschijn,
dank zij de ideale combinatie van
keeper-schutter.
En zo belandden wij in de finale
tegen een D.W.V., dat even tevoren
Robur et Velocitas met 71 verplet
terd had en sterk favoriet startte.
Via een gelukkige goal van Henk
v. d. Bergh namen we de leiding. De
D.W.V.-ers lieten de moed zakken en
er werd slordig geplaatst en slecht
gecombineerd; de ploeg was geen
schaduw meer van het elftal, dat een
uur tevoren zo'n voortreffelijke in
druk had achtergelaten. Zodoende
konden wij nog voor de rust door
twee doelpunten respectievelijk van
Harrie Smit en Henk van Dam, de
stand tot 30 opvoeren. De tweede
helft was nog slechts een formaliteit
en na een 30 zege kon een dolge
lukkige voorzitter, onder goedkeu
rende blikken van burgemeester Mr.
G. van Hall, de beker aan onderge
tekende uitreiken.
Tot laat in de nacht was vervol
gens het feestgeruis in en rondom
ons clubhuis hoorbaar.
Op het ogenblik, dat ik dit schrijf,
hebben wij de eerste competitiewed
strijd tegen O.V.V.O. met 2—0 ver
loren.
Mijne Heren, wjj laten ons hoofd niet
hangen, maar herstellen ons zo spoe
dig mogelijk. Dat is dan afgespro
ken! H. BOSKAMP.
Resultaten.
Ten behoeve van de geschiedschrij
ving volgen hier nog even de resul
taten: H.F.C.—D.W.V. 1—4, Zeebur-
giaRobur et Velocitas 13, Z.A.C.
H.B.S. 2—0, U.V.V.—A.F.C. 1—2,
D.W.V.—Robur 7—1, Z.A.C.—A.F.C.
11 (A.F.C. w.n.s.) D.W.V.A.F.C.
03 J- T. S.