Van de brug
IRHnHBi
No. 6
©it is de Schakeldie komt binden,
©e oude club aan d'oude vrinden.
36e Jaargang
Redacteur: J.Tj. Steensma, 2e v.d. Helststraat 50. Amsterdam, telefoon 718567
Administrateur: O.J. v.d. Heul. Gerrit v.d. Veenstraat 118, tel. 714194
TypografieDrukkerij Joh. Nleijer Zoon, Kanaalstraat 132, Telefoon 80/ 10, Amsterdam-W.
Januari 1958
Lou Woudstra f
Op 28 december
1957 trof onze
club en haar bestuur
een zware slag
door het plotseling
verscheiden van
onze penningmees
ter Lou Woudstra.
Nóg is het moei
lijk ons te realise
ren dat deze vitale
figuur, voor wie geen werk of moeite
teveel en voor zijn beide clubs, A.F.C.
en A.C.C., geen opoffering te groot
was, voor goed van ons is heengegaan.
Lou was een alom aanwezige figuur,
wiens vriendelijkheid, objectiviteit en
rustige, weloverwogen adviezen wij
node zullen missen. Ons diep medege
voel gaat uit naar Miep Woudstra en
haar zoons. Mogen zij troost putten
uit de wetenschap, dat Lou een zeer
geziene figuur was, wiens nagedach
tenis wij in hoge ere zullen houden.
Ons hart is vol van dankbaarheid voor
het vele dat Lou voor A.F.C. heeft ge
daan. Hij ruste in vrede.
'De competitie.
Het eerste elftal sloot het jaar
slecht af door een nederlaag tegen
Schoten. Tegen Baarn uit, (altijd een
lastige wedstrijd, maar zo denkt
Baarn er vermoedelijk ook over) werd
een op zichzelf verdienstelijk gelijk
spel behaald, maar om kampioen te
worden zal vooral de voorhoede toch
heel wat beter voor de dag moeten
komen. Nu waren wij die dag onge
lukkig, dus wij wachten maar af wat
1958 ons verder brengen zal.
Het tweede gaat door op de goede
weg der overwinningen, waaronder
zelfs eclatante. Jongens, blijft zo aan
pakken, iedere wedstrijd weer de tan
den op elkaar, nooit versagen en het
nooit te gemakkelijk opvatten, dan
zie ik het verdere verloop van deze
competitie met vertrouwen tegemoet.
Het derde, gesterkt door het voor
beeld van het tweede, blijft ook zeer
goede resultaten behalen en is nog
lang niet kansloos. Indien alle krach
ten worden ingespannen, is ook dit
elftal een ernstige gegadigde voor de
eerste plaats.
Door de goede resultaten van de
eerste drie elftallen, dreigt de aan
dacht voor het vierde wat te verslap
pen. Ons zorgenkind heeft de kans om
degradatie te ontlopen echter nog vol
ledig in eigen hand. Vooruit jongens,
toont wat je waard bent en vecht voor
het behoud van je elftal voor de
K.N.V.B.
De nieuwjaarswens.
Tengevolge van Lou's overlijden
vond onze nieuwjaarsreceptie uiter
aard geen doorgang. Nu kwamen op
17 januari, de A.F.C.-oudejaarsavond,
Thomasvaer en Pieternel de nieuwe
schepping van Jaap Cohen voor het
voetlicht brengen. Het werd wederom
een enorm succes, waarvoor we auteur,
artisten en Cor Peperzeel als pianist,
dank en hulde brengen. Jan Snelle-
man was bereid in te vallen voor Wil
lem v. d. Marei en hij deed het op een
wijze, die het beste doet verwachten
voor zijn toekomstige carrière. En
wat te zeggen van Tonny Cohen?
Alleen maar dat ze een schat van een
Pieternel is en blijft.
Het jaardiner
met vijfenvijftig deelnemers vormde
het eerste hoogtepunt van het nieuwe
A.F.C.-jaar. Mogen er nog vele vol
gen! De avond en de gehele sfeer van
onze club werd misschien het beste
getypeerd door een der deelnemers
van de laatste jaren die op mijn vraag
hoe hij de avond vond, antwoordde:
„geweldig, ik heb alleen maar spijt
dat ik niet dertig jaar eerder lid van
A.F.C. ben geworden."
Ons 63ste levensjaar.
Werpen we een blik terug, dan kun
nen we constateren dat het 63ste
levensjaar van de A.F.C. moeilijk be
gon. Met inspanning van alle krach
ten mocht het tenslotte gelukken alle
elftallen voor degradatie te behoeden.
Voor mijn gevoel werd eind 1956 een
dieptepunt bereikt, waarna geleidelijk
verbetering viel te bespeuren. En zie,
dat het anders kan bewijst het nieuwe
seizoen. Er is een andere geest in
spelers en functionarissen gevaren, er
komt weer zelfvertrouwen en daar
door wordt het weer een genoegen iets
voor onze mooie club te doen. En nu,
bij het begin van ons 64ste levensjaar,
moeten wij ons bewust zijn, dat het
een eer is lid te zijn van A.F.C. en
dat het een voorrecht is haar te mo
gen dienen. Mag ik deze woorden als
devies aangeven voor het jaar dat
komen gaat?
(vervolg pag. 4, le kol.)
TZ,