rr
poelt al Len mee, het is voor a.f.c.
Samen
O, wat een club,
O, o, o, wat een club!
Ik heb rust noch duur als de avond valt,
In mijn binnenst' de kreet verzaamlen schalt,
Al roept 't verstand gebiedend: halt!
O, wat een club,
P. O, o, o, wat een club!
T. 'k Neem mijn dorst als een kostbaar klei
nood mee
Want die is toch ontbeerlijk bij A.F.C.
Samen
Ja, zo, zo, zo, is onze club!
P. Drink een drup
T. Op die club
Samen
Daar's een prettige sfeer en een plaats voor
warming up!
Waar een iedereen zich goed amuseert
En je verder dan weer een weekje teert!
O, jongens, jongens wat een club!
Na applaus neemt Piet het vierde op de korrel!
P. Het vierde zat weer in de knel;
Hier zijn de naakte feiten:
Wij wonnen AafceeV.V.A.
Dus V.V.A. ging pleite.
T. Er werd op 't clubhuis feest gevierd
Een feest met nog wat franje:
Niet enkel met een borreltje,
Maar deftig; met champagne!
P. De bottertocht, in eer hersteld,
Is nog niet goed op toeren!
De botter mocht de laatste keer
Maar zestien man meevoeren!
T. Op onze jaarvergadering, mutaties in 't
bestuur,
Twee flinke kerels traden af,
Zoiets is altijd zuur!
Maar onze mensen aan de top
Weten we steeds te eren.
Al is er vaak en veel critiek,
Er 's meer nog te waarderen!
P. Lid van verdienst' werd Max de Bruin
Gerard van Nigtevegt
Werd erelid en iedereen
Verheugde dat oprecht!
T. Ook de E.C. leed weer verlies:
Ton Glas en Hannema
Die stonden graag hun plaatsen af.
Dus toch, hè Ton? Ja, ja!
P. Har Scheepstra en H. Weverink
Wensen we veel succes!
Cor Kerker, onze trouwe pal,
Die blijft maar op de bres!
Zou nu dit driemanschap het doen?
Al wil 'k het niet verhelen
d' E.C. mag heel belangrijk zijn,
De jongens moeten spelen!
T. 't Seizoen begon ook weer dit jaar
Wat A.F.C. die dag zou doen?
Met onze Arolbeker
Verliezen hoor, ja zeker!
P. Het was weer een sportief genot
Daar op ons knus terrein,
Alle bekenden bij elkaar,
Ik mag er dolgraag zijn!
T. En je maakt er een dagje van
De tijd die vliegt vanzelf!
Je komt gewoonlijk vroeg op 't veld
En zo is 't 's avonds elf!
P. De tweede dag
T. De tweede dag!
Samen
O, jé, die tweede dag!
P. Dat was een dag van vreugde
Maar het slot was rouwbeklag!
't Begin was weer genoegelijk,
Er werd niet slecht gespeeld
En 'k heb me bij die wedstrijden
Geen ogenblik verveeld!
T. En in de pauze, Nelleke,
Wat heb je toen aanschouwd?
P. Die judo demonstratie
Maakt mij wel wat benauwd!
Ze gooiden en ze struikelden
Ze gaven 'm van jetje
Ik dacht: daar komen dooien van
't Ging mij boven mijn petje!
Geef je bij voetbal een duwtje maar,
Dan wordt er al gefloten!
En daar word je gevierendeeld
En snijden ze j' in moten!
T. De mens is ondoorgrondelijk;
Dus hou je er maar buiten
Want anders zou je in de sport
Op heel veel onrecht stuiten!
Het was natuurlijk niet aan de aandacht van
Pieternelleke ontgaan, dat de „good old" H.F.C.
de A.R.O.L.-beker mee naar huis kon nemen, niet
dan nadat in het clubhuis nog gezellig gepraat
was.
's Avonds trof ons de enorme slag van het
afbranden onzer overdekte tribune.
Vanzelfsprekend passeren de omstandigheden
bij en rondom deze brand nog eens de revue en
met het hierna volgende lied steelt het gezel
schap alle harten.
O, OUWE OVERDEKTE
Wijze: Lied van de Westertoren.
I
P. We zitten met de brokken
Door die verwenste brand;
Nu kunnen we niet zitten
In overdekt verband!