hALus-Ump hA-hA slot Wat iedere A.F.C.-er behoort te u/eten Drukkerij Joh. Meijer Zoon een een Begunstiging van onze aöveRteeRöeRS, houöt öe schakel in stanö In de laatste Schakel vertelde ik U iets over dat interessante boek van Shackleton en beloofde daarop nog eens terug te komen. Het is namelijk niet zo dat Shack alleen maar kritiek brengt, hij geeft ook meningen welke het overwegen waard zijn. Daar heb je b.v. het geval van de coaches. Hij staat zeer sceptisch te genover de waarde van vele trainers voor zover het hun arbeid met top- voetballers betreft. Een speler die reeds een aantal doelpunten op zijn naam heeft en in Engeland houdt men de statistiek goed bij waar van zo'n trainer in zijn eigen loop baan zelfs nooit heeft durven dromen, zal diens aanwijzingen nauwelijks serieus nemen. Laat die trainers maar hun aandacht aan de young sters besteden. Die zijn nog kneed baar en moeten en kunnen nog heel veel leren. Dit klinktnatuurlijk heel plausibel en menselijk verklaarbaar. In de praktijk zal het inderdaad ook wel zo wezen. Zelf herinner ik mij een dergelijk geval dat ik persoonlijk beleefde. Ik vroeg namelijk eens jaren geleden onze aanvoerder en spil (natuurlijk toen nog aanvallende spil!) Toon Kooy waarom hij toch bij voorkeur altijd de bal aan de binnen- spelers afgaf en slechts zelden een verre pas naar de vleugels probeer de. De oude Toon, ook een natuur talent, voor wie de weg naar de Oranjetrui door het beruchte incident tijdens een wedstrijd om het lands kampioenschap tussen Ajax en A.F.C. zo jammerlijk werd versperd, beaam de mijn opmerking ten volle, doch voegde er berustend aan toe: „Ik wil wel maar ik vergeet het telkens, want zo'n oude rot als ik ben kan zijn spelwijze toch niet meer veranderen!" En Toon waarom zien wjj hem nooit meer eens op ons veld? was een magnifieke speler, die het spel in de finesses onder de duim had. Individualisme. En antwoordde ons aller Charles mij niet, toen ik hem eens verweet in een moeilijke situatie de bal niet aan zijn beter staande medespeler te hebben gegeven: „Ik had meer ver trouwen in mijn eigen moeilijke kans, dan in het benutten van de gemak kelijke door die andere." En hij had nog gelijk ook! Men voelt, hoe in beide zo ver schillende uitingen routine en zelf vertrouwen bij zulke uitzonderlijke spelers een rol spelen. Eigenwijsheid mag men het niet noemen, want ze verbeeldden zich niet dat ze goede spelers waren, zij waren het ook in werkelijkheid. En toch zit er in het betoog van Shack ergens een haakje. De werke lijke sterren, de natuurtalenten, zijn nu eenmaal dun gezaaid, naar ver houding zelfs in Engeland. Misschien sterven zij zelfs uit, omdat hun ont wikkeling door schema's en systemen wordt geremd. En zelfs voor deze begenadigden valt er toch altijd nog wat te leren, als ze tenminste de her sens hebben om dit te begrijpen. Natuurlijk zal de coach van een top- elftal aan de hoogste eisen van vak bekwaamheid en mensenkennis moe ten voldoen, wil hij kans op over wicht en daarmee succes hebben, doch het zweemt naar arrogantie om met zoveel woorden te schrijven, dat men zelf niets meer te leren heeft en alles beter weet en kent. Voor de alleen maar goede spelers geldt dit in nog sterker mate. Hadden onze uit het buitenland teruggekeerde profs in den vreemde niet heel veel geleerd Dat was toch niet alleen maar schijn, omdat het peil hier in Nederland inmiddels zou zijn afge zakt? Wel kan ik mij Shack's aversie be grijpen, als men hem als tot indivi duele kunstjes van nature geneigde speler dwingen wil de bal, waarmee hij zo graag jongleert, zo vlug moge lijk af te geven. Hij verliest dan zijn brille en de vreugde van een geslaagd experiment. Hetzelfde hebben we van Rik Coppens gezien. Het strijdt tegen hun natuurlijke speeldrift, tegen hun zelfbewustzijn, als men hen dwingt af te zien van iedere poging hun superioriteit te bewijzen en een be paalde situatie op verrassende wijze persoonlijk op te lossen. Zij passen niet in schablone-werk. Hoe lastig ook dergelijke artiesten met de bal (natuurlijk bedoel ik niet de nare jongetjes die zich alleen maar verbeelden, dat ze het kunnen) voor trainers en keuzecommissies ook mogen zijn, toch hebben ze altijd een plaatsje in mijn hart, alleen al omdat ze zich tegen de goedkope triomf der middelmatigheid, tegen het ondergaan in de massa, verzet ten. Spelpeil. Bij de strijd om te punten, d.w.z. om de centen, zal men wellicht de hard en onvermoeid sjouwende mid delmatige speler de voorkeur boven de artiest geven. Waarschijnlijk zijn ze ook „handelbaarder" en er is meer keus. In deze strijd prevaleert het resultaat, dus de punten, boven de manier waarop. Daarvoor heeft men niet eens buitengewoon bekwame trainers nodig. Maar wil men voet bal op hoger plan brengen, tot een ware ontspanning voor de niet al leen op sensatie beluste toeschou wer, dan zal men de training moeten richten op de kwalitatieve verhoging van de intelligente prestaties en zich niet blind staren op de kwantitatieve opvoering van het verzette „werk", dat toch alleen maar in sjouwen, slidings, „mannelijke" duwen en trappen zijn enige uiting vindt. Wel nu, dan lijkt het advies van Shackle ton, om de beste trainers voor de opleiding van de jeugdige veelbelo vende talenten te bestemmen, zo gek nog niet. I. H. GALAVAZI. Als U reeds gebruikt, koopt U dan ook Kanaalstraat 132, Amsterdam-W. Telefoon 807 10 Uw adres voor beter drukwerk

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1955 | | pagina 7