Luxe Auto-verhuur
H. de Groot
FORD CUSTOMLINE '55
OPEL CABRIOLET '55
TAUNUS 15 M '55
CONSUL '55
Henk moet u/achten
Bequnstiqinq van onze aöveRteeRöeRS, houöt öe schakeL in stanö
nodig is. Wetten worden nu eenmaal
niet voor de bona fide, doch voor de
mala fide individuën gemaakt. Het
lijkt mij dan ook alleszins redelijk
door een transfer het parasiteren van
profclubs zonder eigen jeugdoplei
ding op het grote amateur-reservoir
zoveel mogelijk te beperken, uiter
aard zonder het recht van iedere
amateur om prof te worden aan te
tasten.
Punt 2 ligt m.i. in een geheel an
dere orde. Terwijl punt 1 een zaak
van het gezonde verstand in zakelijke
sfeer is, gaat het bij punt 2 om een
kwestie van mentaliteit, n.l. hoe be
leeft men zelf het amateurisme, of
misschien beter gezegd, wat daarvan
nog over is Wanneer v. Teunenbroek
betoogt, dat een amateurclub zich
veel geld en moeite heeft getroost
om van een adspirant een prima voet
baller te maken, dan beschouwt hij
dat als een opoffering van die club
en concludeert daaruit een zakelijk
recht op vergoeding als die jonge
man later al die liefdevolle zorgen
en offers niet weet te waarderen en
om wat voor reden dan ook
prof wordt.
Plicht
Welnu, volgens m ij n amateurop
vattingen is zorg voor de jeugd juist
de primaire plicht van een ama
teurclub. Het ligt nu eenmaal in haar
wezen om vóór alles goede clubleden
en zo mogelijk goede voetballers te
vormen. Mij dunkt, dat daaruit geen
zakelijk recht op vergoeding
voor bewezen diensten kan voort
vloeien. Naarmate die amateurclub
haar taak goed vervult, dus de jeugd
aan zich weet te binden, zal de kans
op massale aderlatingen geringer zijn.
Faalt zij echter in deze binding, d.w.
z. in het kweken van vriendschap en
clubtrouw, dan is zij haar doelstelling
blijkbaar ontrouw geworden. Dan ha
pert er iets aan en is haar amateu
risme op weg een holle leuze te wor
den, die een in wezen prof-instelling
camoufleert.
Juist daarom waarschuwde ik voor
dat spookbeeld van die bewust de
jeugd hamsterende besturen, die de
transfer een welkome compensatie
voor hun gebrek aan voldoende in
komsten kunnen beschouwen en mis
schien zelf uitlokken. Stel je een ama
teurclub voor die mogelijkerwijze nog
blij is als een harer leden de benen
neemt, omdat de rest dan onbezorgd
verder amateurtje kan blijven spelen!
Ik bestrijd daarom uit ideële
overwegingen het recht van een
amateurclub om een transfer te
ontvangen, als vergoeding voor
activiteiten die uit haar ama
teur-zijn voortvloeien. We heb
ben nu de scheiding tussen profs
en amateurs gekregen. Bij de uit
werking daarvan kan men de
zaak niet scherp genoeg stellen.
Zeker, in het verleden met zijn
verkapt professionalisme waren
de grenzen vervaagd. Laten we
er voor waken, dat de grenzen
niet weer verdoezeld worden, zo
dat we in de amateursector de
zelfde toestanden krijgen, als
vroeger in de ongedeelde KNVB.
Als v. Teunenbroek goed leest, zal
hij ook bemerken, dat ik allerminst
van directe steun aan verenigingen
heb gesproken. Ik sprak van een
fonds ten bate van het amateurisme,
van het amateur-voetbal. Aan steun
voor organisaties zonder werkelijk
bestaansrecht heb ik in de verste ver
te niet gedacht. Trouwens dan zou ik
de mogelijke combinatie van clubs
niet als een goede zijde hebben ge
noemd. Ik had andere mogelijkheden
in het hoofd, als het ter beschikking
stellen van oefenmeesters, steun bij
inrichting en onderhoud van beschei
den accomodaties, etc. etc. Die gift
aan liefdadige instellingen is wel heel
sympathiek, doch men moet nuchter
blijven. Die kaartenverdeling door het
Rode Kruis heeft eigenlijk ook niets
met liefdadigheid te maken. Het is
slechts een aardige en nuttige oplos
sing voor het verdelingsprobleem,
waarvoor de KNVB al zovele jaren
critiek moest incasseren. Nu heeft
tenminste ieder een kans!
Het betalen van een transfer door
de profclubs en het storten daarvan
in een fonds ten algemene bate, acht
ik dus de enige zakelijke en ideël niet
aanvechtbare oplossing voor dit in
teressante vraagstuk. Ik ben van
Teunenbroek dankbaar dat hij een
ander geluid heeft laten horen en mij
daardoor in de gelegenheid stelde een
en ander nog eens uitvoeriger uit de
doeken te doen.
I. H. GALAVAZI
Henk Esser werd meldde „De
Schakel"
Einde April dan zestig jaar;
En ('k hoef het nauwelijks te
zeggen)
J. W. stond met een heilwens klaar.
Wat Henk in al die lange jaren
Bekokstoofd had, werd vlot verteld;
Hoe hij het steeds weer wist te
klaren,
Werd ook volledig ons gemeld.
Temidden van die reeks van feiten,
Van kleur'ge pluimen op Henks
hoed,
Ontmoette ik heus 't kon mij
spijten
Een slip, die ik niet had vermoed.
De feestspeech-schrijver schreef
aan Henk toch
De „leeftijd van de sterken" toe
Intussenzestig is wat jong
nog,
(Al is Henk dan ook sterk, en
hoe!)
Doch, om d i e uitspraak te ver
dienen,
Moet Henk 10 jaartjes wachten
nog;
Slechts één decennium, let op maar,
Straks is 't weer omgevlogen toch.
Maar nu ik Henk toch ging
„hedichten"
(O, zetter zet voor „d" géén „t"!)
Wens 'k hem, dat ook die heide
lustra
Brengen geluk en voorspoed mee!
(Eén van de nóg sterkeren.)
(Onderschrift De geachte in
zender heeft volkomen gelijk. De
betrokken zegswijze is zoals zo
vele Nederlandse uitdrukkingen
ontleend aan de Bijbel en is te vin
den in psalm 90, de zogenaamde
Oudejaarspsalm en daarvan het
tiende vers. Red.)
ZONDER CHAUFFEUR - NIEUWE WAGENS
ALL RISK VERZEKERD
EMMASTRAAT 31 - TELEFOON 726960-97493 - AMSTERDAM-Z.
6