U/at iedere A.F.C-er behoort te u/eten
Drukkerij joh. Meijer Zoon
Bequnstiqinq van onze aöveRteeRöeRS, houöt öe schakel in stanö
TV7 el zelden hebben de bijzonder
ongunstige weersomstandigheden
zo'n remmende invloed op de voetbal
competities uitgeoefend als in dit sei
zoen het geval is. Naast de ongetwij
feld vele zorgen, welke het K.N.V.B.-
Bestuur, de Clubbesturen en de com
petitieleiders bezwaren, dient zich
thans de zorgelijke vraag aan: hoe
brengen wij deze competities tot een
goed einde? In de eerste plaats geldt
dit natuurlijk voor de 1ste klassers
met hun in ons land tot nu toe onge
kend grote program. In het kader van
de door de spelers-betaling sterk ge
stegen kosten, spelen de recettes der
thuiswedstrijden uiteraard een rol als
nooit te voren. En voor de spelers zal
het straks ook wel bepaaldelijk geen
genoegelijkheidsvoetbal zijn om meer
dan één wedstrijd per week te
spelen. In plaats van ontspanning zal
men terecht deze sportbeoefening ten
gerieve van Jan Publiek wel meer als
een corvé gaan beschouwen. Wie tot
de hoogst geplaatsten behoort zal in
het „geld verzoet de arbeid" zijn
troost zoeken, maar wie in de onder
ste regionen rondzweeft, zal misschien
toch wel met een zeker heimwee naar
de tijd van het amateurisme terug
denken, zelfs als dit in vele gevallen
ook maar een quasi-amateurisme is
geweest.
Het is eenvoudig verbijsterend te
lezen, welke verenigingen al niet be
sluiten om tot betaling over te gaan.
Ik kan mij zuiver commercieel ge
redeneerd voorstellen, dat een 2de
klasser in een provincieplaats, dus
zonder directe concurrentie, de stoute
stap waagt en tot betaling besluit.
Men kan misschien wat goede krach
ten aantrekken. Men heeft een vaste
aanhang, welke voor uitbreiding vat-
baar is, kortom alle gegevens zijn
daar voor de kans om niet door eigen
kracht doch middels de harde pegels
naar boven te komen. Voor dergelijke
clubs in de grote steden lijkt het mij
in de meeste gevallen complete zelf
moord. Als ik goed ben georiënteerd
hebben de hoofdstedelijke eerste klas
sers (mogelijk met één uitzondering)
een gentlemen's-agreement aange
gaan om de eerste drie jaren geen
spelers van elkaar over te nemen.
Men zal dus zijn krachten nolens
volens wel op het lagere voetbal gaan
beproeven, en juist die clubs wier le
den voor betaling rijp zijn, zullen er
de. meeste last van ondervinden.
Natuurlijk zijn alle reglementen en
bepalingen nog niet in kannen en
kruiken en zelfs ais dit eenmaal het
geval is, zal de practijk wel leren dat
er nog heel wat geschaafd en bijge
werkt zal moeten worden.
Transfer
Neem nu b.v. het geval van die
transfer voor spelers die van een
amateurclub naar een betalende ver
eniging overgaan. Er is over gespro
ken om die amateurclub dan een
transfer toe te staan van 500.per
jaar met een maximum van 3000.
zogenaamd omdat die amateurclub
zoveel moeite en kosten aan de oplei
ding van die speler ten koste heeft
gelegd.
Dit principe in zijn consequen
tie doorgedacht doet het beeld
voor ons opdoemen van een club
die adspiranten en juniores ham
stert om ze later voor een zacht
prijsje aan het betalend voetbal
te verkopen. Men kan zich zelfs
een vereniging voorstellen die
bewust spelers zal trachten te
verkopen teneinde de amateur
clubkas te versterkenMij dunkt,
dat indien men onder het niet-
betalend voetbal de amateurgeest
zoveel mogelijk wil trachten te
handhaven, men niet met derge
lijke mogelijkheden moet komen.
Vindt men het redelijk, dat een
semi-profclub niet zonder meer
goede spelers wegkoopt, welnu,
laat men die transfer dan in een
apart K.N.V.B.-fonds doen stor
ten, aan welk fonds een bestem
ming ten bate van het amateuris
me kan worden gegeven. Dat
amateur-voetbal zal straks heus
wel hier en daar de nodige steun
behoeven.
Het is moeilijk een blik in de toe
komst te slaan. Niemand weet nog
hoe die toekomst zich na deze over
haaste, geforceerde en radicale revo
lutie zal ontwikkelen. Het feit ligt er
nu eenmaal, nadat iedere poging om
langs banen van geleidelijkheid aan
passing aan de moderne geest (en
hier en daar reeds bestaande werke
lijkheid) te verkrijgen op de onwil
van de wetgevende lichamen gestrand
waren. Er zullen brokken vallen,
doch indien dit tot combinaties leidt
van die talloos vele clubs en clubjes,
welke moeizaam in stand gehou
den de ontwikkeling van ons voet
bal ook min of meer hebben geremd,
dan zal er achteraf misschien toch
ook een goede zijde aan zitten. Liever
een kleiner aantal sterke verenigin
gen, die hun activiteiten op velerlei
gebied kunnen ontplooien, dan talloze
kleine, welke hun leden toch slechts
een minimum aan genoegen en ont
spanning, om van comfort maar niet
eens te spreken, kunnen bieden. Men
heeft mij voor deze stelling wel zo'n
veertig jaar geleden in de A.V.B.-
vergadering van het podium gefloten,
doch zij heeft nog niets van haar be
tekenis ingeboet.
Het mag niet worden betwijfeld,
dat het lagere voetbal vooral in de
grote bevolkingscentra en naar mate
het meer of minder van de publieke
belangstelling afhankelijk is geweest,
een moeilijke tijd tegemoet gaat. En
kele clubs proberen, door tot betaling
over te gaan, het vege lijf te redden.
Ik vrees dat het uitstel van executie
zal betekenen.
Voor clubs als de onze zal het de
primaire taak zijn meer dan ooit op
het kweken van een goede clubgeest,
van clubliefde, van vriendschap en
van alles hetwelk het lidmaatschap
van een vereniging aantrekkelijk kan
maken, bedacht te zijn opdat haar
leden zich zo hecht verbonden voelen,
dat zij niet bij de eerste de beste ver
lokking tot tijdelijk gewin de benen
nemen. Misschien om na korte tijd
reeds te ervaren, dat zij in werkelijk
heid veel moois verloren hebben.
I. H. GALAVAZI
Kanaalstraat 132, Amsterdam-W.
Telefoon 807 1 0
Uw adres voor beter drukwerk
Vert.: J. G. DE VRIES
WETERINGSCHANS 591 - AMSTERDAM - TELEFOON 35041