BequnstiQinq van onze aöveRteeRöeRS, houöt öe schakel in stanö
leed werd gememoreerd van het ver
leden en met nadruk de goede ver
wachting uitgesproken voor de toe
komst, wanneer wij wellicht over en
kele jaren aan de andere zijde van
„de dijk" de nieuwe A.F.C. accommo
datie zullen moeten betrekken.
„Vol vertrouwen gaan wij deze toe
komst tegemoet", zo sprak de Voor
zitter, „omdat wij niet alleen voetbal
lers zijn, doch vooral een club van
goede vrienden, die evenals nu rege_-
matig bij elkaar zullen blijven
kom'en".
Aan het einde van zijn toespraak
klonk via de door de Heer Heyn
medegebracht tape-recorder een ge
deelte van de Show-boat uitzending.
Door allen werd ons clublied uit
volle borst meegezongen.
Toen volgde het traditionele Oude
jaarsavondkusje voor de Voorzitter.
Nu was het Mevr. Alida Suyver die
dit ere-kusje te beurt viel, hetgeen
zij nakwam met een spontane pak-
kert. Vele andere dames lieten dit
echter niet op zich zitten en bestorm
den Nico met hetzelfde doel, zelfs een
kleine verkoudheid trotserend.
Nu begrijpen we, waarom de Voor
zitter er altijd vóór is, de Oudejaars
avond te vieren met dames".
Na een woord van dank aan de
wedstrijdleiding, gepaard gaande met
een fraai presentje speciaal omdat
het nu de 60e verjaardag was
volgde de prijsuitreiking.
Dank aan die A.F.C.-ers die ook nu
weer de prachtige prijzen hebben ver
zorgd.
Er werd zoals gewoonlijk nog even
nagebabbeld, voordat de grote trek
huiswaarts over de intussen weer ge
groeide sneeuwbergen werd onder
nomen.
De uitslag van de drive luidt:
1. Mevr. Gerritsen/Hauber.
2. Mej. Walther/Walther.
3. Hr. en Mevr. Muller.
4. Hr. en Mevr. De Waal.
5. Mevr. Walther - Mevr. Onstenk.
6. Hr. en Mevr. Voorneveld.
7. Hr. en Mevr. Koervers.
8. v. Driel - Suurbeek.
ZORGVLIED
(Jan Tjalling) Op de koude win
terse ochtend van de 18e Januari,
juist even tussen twee sneeuwbuien
door, zag Zorgvlied een groep ern
stige mannen over haar besneeuwde
paden trekken. Het doel van de korte
wandeling, die deze mannen op deze
dag, op dit kerkhof ondernomen, was
het graf van Gerard Scheepens. Van
Schaf, die voor ongeveer vijftien jaren
voor altijd afscheid nam van zijn
A.F.C.maar die tijdens zijn leven
dermate zijn stempel op de Club
drukte, dat zijn opvolgers nooit zon
der hem willen zijn. Zijn portret heeft
een vaste plaats in het Clubhuis aan
de Wandelweg, maar als om een of
andere reden een bijeenkomst plaats
vindt in een andere Amsterdamse lo
kaliteit, dan gaat d?t portret mee en
vindt een plaatsje achter de voorzit
terszetel.
Het was goed, dat men de tijd nam
om zich aan het graf van de „Grand
Old Man" te bezinnen op de waarde,
welke Schaf voor de Club heeft ge
had. De trouwe vrijnden staan rond
zijn laatste rustplaats geschaard en
denken aan die historische dag in
het jaar 1895, toen Schaf met zijn
vrienden de club oprichtten.
Voorzitter Holtzappel verrichtte de
plechtige daad van het leggen van
een krans, gesierd met de roodzwarte
linten en gaf in enkele, sobergekozen
woorden gestalte aan de gevoelens,
die ons allen op dit moment en op
deze plaats bekropen: „Onder leiding
van Schaf Scheepens heeft A.F.C.
zich ontwikkeld tot onze Club, die
behalve aan het voetbalspel, grote
aandacht wijdt aan het onderhouden
der vriendschapsbanden tussen haar
leden".
De Heer Meerum Terwogt schrijft
dan ook in zijn blad bij ons zestig
jarig jubileum: A.F.C. wordt niet be
taald, A.F.C. is onbetaalbaar!
Na Holtzappel wijdde Peet Schee
pens, gouden kruis-Ürager in onze
A.F.C., enkele woorden aan de nage
dachtenis van zijn broer, de aan
wezigen dankend voor hun komst.
JAARDINER
„Een dergelijk jaardiner hebben wij
zelden of nooit beleefd", was de te
vreden uitlating van heel wat disge
noten, die aanzaten bij het Jaardiner
op de eigenlijke clubverjaardag in
„die Port van Cleve".
Inderdaad: Als die Commissie voor
de Bevrijdingsdag, die zo graag een
feestdag wil organiseren „zonder
feestneuzen" in ons midden geweest
was, dan had zij kunnen constateren,
dat het mogelijk is: een waar féést,
waar heus niet karig gegeten en ge
dronken is en waar de stemming
monter en beschaafd blijft, waar veel,
maar verrassend goed gesproken
wordt. Geen wonder, dat bondsvoor
zitter Hopster aks eregast aan tafel
zich wonderwel bij ons thuis bleek
te voelen en daarvan in een daverende
redevoering blijk gaf.
Voorzitter Holtzappel heeft de
aanwezigen ontroerd door zijn rede
voering, die zo duidelijk demonstreer
de wat A.F.C. voor hem betekent.
Na de ernst de vrolijkheid, de vreug
de en toen Nic. Holtzappel de voor
zittershamer hanteerde en de ver-
jaarstafel omtoverde in een buiten
gewone algemene vergadering, omdat
er belangrijk beslissingen moesten
worden genomen, verzuchtte Hopster:
„Ik wilde, dat het bij de K.N.V.B. ook
zo gemakkelijk ging!"
Voorzitter Holtzappel deelde dan
mede, dat het bestuur voorstelde tot
L'd van Verdienste te benoemen de
heren Jaap a Cohen, Henk Esser,
Joop van der Voort en Jo Wijnand.
De reactie van de disgenoten bewees,
dat men het met deze benoemingen
volkomen eens was. Ieder van hen
heeft op zijn gebied een lange reeks
van jaren geprobeerd de club te die
nen. Ieder van hen kreeg warme ge
lukwensen in ontvangst te nemen: wij
menen niet ver mis te tasten, als juist
de benoeming van Joop van der Voort
wel In bijzonder goede aarde viel.
Want hier werd een clubman gehul
digd, die in de beste zin des woords
clubman is, die niet schuwde verve
lende werkjes op te knappen en onbe
langrijke werkzaamheden te doen. Hij
heeft ook bijzonder prettig en bijzon
der belangrijk werk gedaan. Maar
juist het vervullen van werkzaamhe
den, die oppervlakkig onbelangrijk
schijnen, is van ontzaglijk veel bete
kenis om een club goed te doen func
tioneren. Een prachtige staat van
dienst werd op prachtige wijze be
loond.
En juist toen Nico Holtzappel met
een forse hamerslag deze feestelijke
buitengewone vergadering wilde slui
ten, kwam voor hem weer de verras
sing van de dag: Jac. van Ooy stond
op en stelde namens de ere-leden voor
Nico Holtzappel tot ere-lid te benoe
men. Weer daverende bijval over deze
bijzonder verdiende onderscheiding.
Uiteraard bestond er grote belang
stelling naar de vraag, wie dit jaar de
beroemde A.F.C -Nobelprijs deelachtig
zou worden. Wel, met de keus kon een
ieder zich weer verenigen, De Nobel
prijs 1955 kwam in het bezit van Wim
Staats, die (iedereen die de revue ge
zien heeft, zal dit beamen) de décors
vervaardigd heeft op een wijze, die de
beste „Profs" hem niet hadden kun
nen verbeteren.
Het is uiteraard ondoenlijk alle toe
spraken te vermelden. Een enkele
greep. Nico Holtzappel wees op de
schizophrenie in A.F.C., de twee
slachtigheid, waardoor wij altijd de
sport willen combineren met de
vriendschapsband. Bondsvoorzitter
Hopster zei, dat hij een A.F.C.-diner
prefereerde boven een receptie.
Aanvoerder Bouwens had als steeds
weer de volle aandacht, omdat hij in
zijn redevoeringen ook de donkere
plekken niet wil ontlopen. Hij was van
oordeel te weinig steun te hebben van
zijn elftal en deed een dringend be
roep op zijn spelers, waarbij hij wees
op de bazuinen, die in de zaal waren
opgehangen en die de klaroenstoten
moeten geven voor betere resultaten.
Hij kreeg grote morele steun van de
aanwezige oud-captains Charles Lun-
gen en Dick Disselkoen.
Op bewogen toon citeerde Dissel
koen de prachtige woorden uit ons
clublied: „Wij allen blijven eeuwig
trouw en zullen nooit versagen".
Henk Kappelhoff sprak namens
A.C.C. en wees op de tegenstelling,
dat A.C.C. is geboren uit de nood van
A.F.C. en het thans zover gebracht
heeft. A.C.C. zal altijd dankbaar zijn
voor het door A.F.C. genomen initia
tief en hij hoopte, dat er eenheid zal
zijn en dat wanneer wij moeten ver-