c
Uit de kapiteinshut
s
T)il is de Schakel, die komt binden,
'De oude club aan d' oude vrinden.
Redacteur J. N. Holtzappel, Gerrit v.d. Veenstraat 155. Amsterdam Z. - Plaatsverv. Redacteur W. G. Staats. Churctiill-Iaan 25a
Administrateur J. Mellegers. Eisingastraat 31 2, Amsterdam-O. - Maandblad van de Amsterdamsche Football Club
Postgiro 375600 Ned. Handel Mij, ten gunste van J. Mellegers Gem. Giro M 1883
Typografie: Drukkerij Job. Meijer Zoon, Kanaalstraat 132. Telefoon 80710, Amsterdam W.
30e Jaargang
April 1952
No. 9
Met inspanning van alle krachten is
het aan ons eerste elftal gelukt het
A.F.C.-schip in veilige haven te
loodsen, waarover ik mijn vreugde
niet onder stoelen of banken steek.
Met een fraaie eindspurt is A.F.C.
veilig gesteld.
Al vaak zijn veel wederwaardigheden
en veronderstellingen in het laatste
stadium van de competitie ons be
schoren en wij hebben met veel
koude rillingen - maagkrampen en
wat dies meer zij, gehad.
Wat zijn wij toch typisch reagerende
schepselen, die de ups en downs op
eigen wijze (vooral niet te verwarren
met eigenwijs) beleven. De reactie
en het ontladingsvermogen zijn dan
verbijsterend. Het is óf „Himmelhoch
jauchzend" óf „zum Tode betrübt".
Naarmate het water tot de lippen
reikte, was het inzicht somber óf wel
zwart. Het legioen kreeg in Alkmaar
de domper instede van de victorie en
toch was Holland nog niet verloren,
mits onze spelers de overtuiging, het
zelfvertrouwen in een „beter kunnen"
bleven bezitten. Daarvoor hadden wij
te zorgen en alle verhalen of opmer
kingen over spelers, welke zich in be
paalde wedstrijden niet tot het uiter
ste zouden hebben gegeven, dienen als
bakerpraatjes te worden betiteld.
Dat het niet altijd gelukt is om er
alles uit te halen en dat het niet
heeft meegezeten is een andere zaak,
maar dat kan men slechts beoorde
len, indien men van nabij de wil en
de opoffering meegemaakt heeft. Im
mers verschillende spelers hebben zich
zelfs de moeite getroost om 's mor
gens voor hun werk te komen trai
nen, waarmede zij getoond hebben
de ware clubliefde te bezitten en ook
bereid waren zich in het veld tot het
uiterste in te spannen. Ik breng dan
ook gaarne een saluut aan al deze
spelers, die, toen wij in een warnet
van tegenslagen waren verzeild ge
raakt, alles deden om er onderuit te
komen en het dragen van de rode
lantaarn in de laatste wedstrijden ge
heel hebben afgewend.
Vanzelfsprekend zijn wij van plan om
het nooit meer zo ver te laten komen.
Dat is ook wel mogelijk, maar dan
moeten de leiders in onze club meer
paedagogische kwaliteiten en geduld
gebruiken. Het moge dan waar zijn,
dat de jeugd van tegenwoordig moei
lijker is en sceptischer staat tegenover
opofferingen en discipline, maar ik
meen, dat desondanks alles gepro
beerd moet worden om hen van hun
fouten te overtuigen.
Besturen is vooruitzien en mijns in
ziens hebben Bestuur en Commissies
in de Club een opvoedkundige taak.
De goede mentaliteit, waar 't op aan
komt, moeten wij wel degelijk aan
kweken en ik ben er zeker van, dat
ondanks de concurrentie van
bioscoop, dansen en het vele roken,
er winst kan worden geboekt, als wij
op tactische wijze de jongelui blij
ven voorhouden, dat een goede sport
man zich voor zijn club en voor zijn
liefde voor de sport opofferingen
moet getroosten.
Het seizoen loopt zo zoetjesaan ten
einde, maar het nieuwe seizoen zien
wij met volle hoop tegemoet. A.F.C.-
ers, Blijft Uw Best Doen! Excelsior
blijve ons devies!
G. H. HAUBER
