U/at leder A.F.C.-er behoort te u/eten BequnstiqinQ van onze AÖveRteeRöeus, houöt öe schakel in stanö Overgang naar buitenlandse Profelubs. „Het Bondsbestuur heeft besloten de toestemming om voor een buitenland se profclub te gaan spelen eerst te verlenen, drie maanden nadat het des betreffend verzoek vergezeld van de daarop betrekking hebbende stukken van de buitenlandse Bond en club op "het Bondsbureau is binnengekomen. Gedurende de wachttijd blijft de spe ler gerechtigd uit te komen voor de vereniging voor welke hij het laatst gerechtigd was. Dit besluit is genomen om: a. de speler in de gelegenheid te stel len zijn genomen besluit rustig te overdenken. b. de vereniging enige tijd te laten wijzigingen in haar elftal voor te be reiden." zo lees ik in de Sportkroniek van 18 December 1950! Dit besluit van het Bestuur van de Kon. Ned. Voetbalbond heeft reeds heel wat pennen in beweging ge bracht. In hoofdzaak zag men erin een aantasting van de vrijheid van de speler om zijn amateuristische staat vaarwel te zeggen, indien hij zijn maatschappelijke positie daarmede denkt te verbeteren en vervolgens in terpreteerde men die „gelegenheid tot rustig overdenken" als een aanspo ring tot contractbreuk. Deze critiek lijkt mij begrijpelijk, want inderdaad is dit bestuursbesluit allerongeluk kigst geredigeerd. Er zijn trouwens nog meer opmerkingen te maken. Men mag redelijkerwijze aannemen, dat als het verzoek met de stukken bij het Bondsbestuur binnenkomt, het besluit van de speler reeds is gevallen resp. dat hij met de buitenlandse club tot overeenstemming is gekomen en zijn woord heeft gegeven. In feite is hij dus reeds professional geworden. Toch wil men hem nog rustig drie maanden als amateur laten uitkomen Waarschijnlijk zal hij in die tijd nog wel een extra attractie voor het pu bliek vormen, maar er zit iets scheefs in. De consequentie van deze situatie zou wezen, dat men hem ook voor een vertegenwoordigend elftal kan laten uitkomen, doch dan zou hij geen juis te vertegenwoordiger van een ama teur-organisatie wezen. En dan ten slotte die vriendelijkheid om een club gelegenheid te geven een wijziging in haar elftal voor te bereiden. Heeft men er vroeger nooit aan gedacht zoiets te doen, indien een speler door verandering van maat schappelijke positie naar het buiten land vertrok? Het is toch een eerste vereiste voor een goede organisatie om bij het uitvallen van een speler door vertrek of ongeval een behoorlij ke reserve in petto te hebben. Trou wens hoe wil men een wijziging aan brengen als de speler in questie zelf nog gerechtigd is om uit te komen? Na 3 maanden moet hij toch worden vervangen. Ongelukkig Ik wil nfet dit alles maar zeggen, dat ik dit bestuursbesluit, op zijn minst wat de motivering betreft, alleronge lukkigst vind. Wij weten nu wel, dat het onzen amateurs, van wie veron dersteld wordt dat zij in vrijheid de club kunnen kiezen waarin zij hun liefhebberij kunnen beoefenen, niet zonder meer vrq staat een andere club te kiezen als de oude omgeving hun om wat voor reden dan ook niet meer bevalt, maar dat men nu ook nog de verandering van levensstaat gaat belemmeren, kijk, dat had ik niet van onze KNVB verwacht. Wanneer men zonder meer zou zeg gen: Indien je een aanbieding krijgt, vraag ons dan eerst om advies om trent contract-bepalingen etc. dan ware dit niet anders dan te waarde ren. Maar dat men de overgang tracht te belemmeren, zo niet geheel te voorkomen, mij dunkt, dat gaat toch werkelijk te ver. Een andere in terpretering kan ik van dit besluit spijts de camouflerende motivering niet geven. Het frappeert mij, dat de voor- en te genstanders van een wijziging van de amateurstatus zoals wij die in Neder land kennen, hoe langer hoe meer van het pad*Tler hoffelijkheid gaan afwij ken. Dat is zeer jammer want het vertroebelt de zaak. Men gebruikt le lijke qualificaties en dicht elkaar be doelingen toe, welke zeer zeker niet bij allen aanwezig zijn. Laat men de zaak toch objectief bekijken. De te genstanders dus de „volbloed-ama teurs" b.v. hebben het maar over die ruim 300.000 voetbalplegende jonge lui die toch maar alleen voor hun ple zier spélen. Neen zeggen de anderen, daar gaat het niet om, wij willen het hebben over die enkele duizenden, die in het afgelopen seizoen meer dan 3.000.000.bij elkaar hebben ge trapt. (Waarvan de 1ste klassers meer dan de helft!). Ja maar, zeggen de eersten, volledige beroepsclubs zijn in Nederland financieel onbe staanbaar, want als we zelfs de hoog ste jaarrecettes der 1ste klassers na gaan, dan worden de kosten niet ge dekt. Toegegeven, antwoordt de te genpartij, maar bij volledig beroeps- spel kunnen en zullen de entree-prij zen aanmerkelijk hoger zijn. Men vecht immers toch ook om de dure interland-kaartjes! Wij bedoelen ove rigens alleen maar een premiestelsel, waarbij geen financiële bezwaren op treden. Kijk maar naar die 1ste klas- ser die laatst werd bestraft, omdat men de spelers een bedrag voor on kosten betaalde, welke onkosten niet werden gemaakt. En het is nauwelijks aan te nemen, dat die een uitzonde ring zou zijn geweest. Trouwens zou het niet veel verstandiger en nuttiger zijn, indien men een speler die het misschien enorm goed gebruiken kan, de centen die anders opgegeten en ge dronken worden, contant in het hand je gaf? Misschien kan men ze zelfs méér geven, want dan behoeven ze ook niet bij die drink- en eetpartijen door bestuursleden en officials met aanhang te worden gechaperoneerd, waardoor de kosten van deze lieden gespaard worden. Denkt men amateuristisch? Hoe dit alles ook mag wezen en wel ke argumenten men voor en tegen ook kan aanvoeren, de voornaamste vraag is voor mij deze: Hoe denken die spe lers en bedoeld zijn natuurlijk die paar duizend geld-in-het-laadje bren gende erover Indien inderdaad bij de overwegende meerderheid van hen de amateur-idee niet meer leeft, dan is het toch vechten tegen de bierkaai. Dan zal er voortdurend meer worden geknoeid en steeds grotere facilitei ten worden verlangd. Trouwens men mag ook niet verge ten, dat steeds meer van die spelers wordt geëist. Men legt beslag op een groot deel van hun vrije tijd voor trai ning etc. etc. en menig jongeman zal het later, als hij als sportman verge ten is, diep betreuren, dat hij in zijn beste jaren zo veel tijd voor zijn sport en misschien ten gerieve van ande ren heeft besteed, welke hij voor zijn later leven oneindig veel nuttiger had kunnen gebruiken b.v. voor studie of andere geestelijke ontwikkeling. Het is een moeilijke materie juist door die honderdduizenden die alleen maar voor hun pleizier een balletje trappen en-of daarmee lid van een ge zellige club willen zijn, met daarnaast enkele honderden, zeg desnoods dui zenden, die ervoor, moeten zorgen dat Jan Publiek aan zijn trekken en de penningmeester aan de centen komt. Moge ik daarom aan het begin van het Nieuwe Jaar het Bestuur van de KNVB inzicht en wijsheid toewensen om deze zich toespitsende strijd tot een gelukkige en alle partijen bevre digende oplossing te brengen. Dus zonder van die rare publicaties als in de aanvang vermeld. En laat ik tenslotte alle AFC-vrien- den en -vriendinnen, alsmede alle trouwe lezers van onze AFC-Schakel van harte een gezegend en gelukkig Nieuw Jaar toewensen, waarin zij ook aan onze AFC heel veel pleizier mo gen beleven. I. H. GALAVAZI 6

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1951 | | pagina 6