Mixed Pickles 2
OUDER GEWORDEN
Met slechts enkele woorden releveer ik de jubilea van 1925 en 1930. Het dertigjarige A.F.C. was „nergens
De club maakte de barste crisis door van haar bestaan. Moge ik in dit verband hulde brengen aan de
die de A.F.C.-Schakel „gemaakt" heeft: aan Symen Wit. Hij zorgde voor de eerste extra Jubileum-Schakel
en legde daarmee de grondslag voor een traditie. Soms was het een extra-Schakel, dan een gedenkschrift of
een gedenkboek dan weer een extra-clubblad, doch de basis werd gelegd in 1925, toen het ons zo beroerd
ging-
De herdenking van ons 35-jarig bestaan vond in wat prettiger omstandigheden plaats A.F.C. had zich
hersteld. Daarna komt het „mysterie" van
18 JANUARI 1935
De club ging redelijk goed, maar de economische omstandigheden waren diep treurig. Hoe konden wij het
40-jarig bestaan vieren? „Niet vieren", was het oordeel van alle verantwoordelijke mensen in A.F.C.. Geluk
kig dat de wereld en een land en een club nooit alleen maar „gerund worden door mensen, die alleen maar
serieus denken.
Want wat gebeurden daar zo maar in 1935 Het was een abnormaal zachte winter en we waren ver voor
uit met de competitie. Op de dag van ons jubileum werd de voetballerij in Amsterdam stilgelegd, opdat
A.F.C. haar jubileumswedstrijd tegen „Ajax" kon spelen. Dat kón toen nog je vond het toen nóg vanzelf
sprekend, dat je overleg pleegde over het programma.
We speelden toen voor een uitverkocht huis tegen,,Ajax" (en verloren, tussen ons gezegd en gezwegen,
met 7-1!) Daarna was er een „tea" in de Apollo-hal, die bij hen, die daarbij aanwezig geweest zijn, nog een
dorstige nasmaak heeft. En de clubhuiscommissie kwam een paar maanden later met een clubhuis te voor
schijn, 1 Juni 1935 dat er meer dan wezen mocht. Tien mille hadden die leden van die commissie bij
elkaar gescharreld en dat wós iets in 1935. Zo was dat veertigjarig bestaan, dat niet gevierd zou worden,
een van de hoogtepunten in onze historie.
GOUD.
Dat veertig-jarig bestaan in 1935 bracht ons verder het Clublied van Dick Bessem. En zonder chauvinis
tisch te zijn kunnen wij rustig zeggen, dat wat het „Wilhelmus" voor ons als Hollanders is, het Clublied voor
ons als A.F.C.-ers is. Zelden is zó verdiend een erelidmaatschap aan een A.F.C.-er toegekend als die 18de
Januari 1935 aan Dick Bessem.
Het 45-jarig bestaan herinner ik mij om drie dingen: Barre koude, de wat wij op die avond nog niet
wisten laatste reunistenavond van Schaf Scheepens en weer een nieuw lied van Dick Bessem op de
melodie van „Rats, kuch en bonen" „A.F.C.-ers, houdt toch je clubje in eer
„Houdt toch je clubje in eer.... je kunt er niet zonder meer" Dit werd inderdaad bewezen op 18 Januari
1945 Op die dag is bewezen, wat A.F.C. voor ons betekent. Ik zou natuurlijk moeten wijzen op onze onver
getelijke revue in Bellevue die drie dagen voor uitverkochte huizen gespeeld werd. Ik zou zonder enige
valse bescheidenheid moeten wijzen op het „Gouden Boek" van A.F.C.
Maar als ik aan ons vijftigjarig bestaan denk, dan denk ik niet in de eerste plaats aan die Revue aan dat
Gouden Boek. Dan denk ik aan ons samenzijn op „Zorgvliet" bij het graf van Schaf Scheepens. En dat samen
zijn was dóArom belangrijk, omdat ieder, die daar was, had moeten lopen. Er was geen lijn 4 of lijn 25 of je
eigen wagen of de wagen van de zaak of een taxi. Je moest lopen. In die uitgehongerde, stilgelegde stad Am
sterdam. En er waren honderden.
Dan denk ik aan die avond bij „Eggers". Er brandden een paar olielampen en er was een voor die tijd
goedkope borrel. Buiten loerden de Moffen en hun handlangers, buiten loeide een genadeloze Noord-Wes-
ter storm. Maar we waren daar, omdat A.F.C. een halve eeuw bestond.
EN THANS
bestaat onze club vijf en vijftig jaar. We behoeven niet naar clubdiner, clubborrel of avond te gaan met de
vrees, dat wij onderweg „opgepikt" worden. De lichtjes branden en de zaal is verwarmd en na afloop
kunnen we weer domweg een taxi opbellen
Zo heeft dan die club van ons alle stormen des tijds doorstaan. Zij was al die tijd een haven voor die jonge
lui, die het voetbal speelden te-rwille van het voetbal. Zij was die wonderlijke gemeenschap, waarin ware ama
teurs zich ithuis voelden en waarnaar de gedachten g ngen van hen, die waren in Oost of West, ter zee of waar
ook ter wereld."
A.F.C. bestaat vijf en vijftig jaar. Nog vijf jaar daarbij en onze goede, oude club heeft de' leefttijd der ster
ken bereikt. Laten wij hopen en er naar streven, dat ook dan de oude, rood-zwarte vlag onbezoedeld kan
waaien en het symbool moge zijn van amateurisme en vriendschap in de sport.
J. W.
1 I