m6IJ6R bloemwerken
m m e
J3egunstiging van onze Mdverteerders, houdt de Schakel in stand.
De luitjes van de tegenpartij drinken koffie met een
hoop aspirine voor de zenuwen. Een hunner Bestuurs
leden kijkt droef door de clubruiten en peilt alvast de
hoogte van raam tot grond, of dit voldoende is voor
een poging tot zelfmoord.
Na de rust met „hagel-mee" komt eindelijk onze
midden-voor Walther Snorweelde op gang en enige
van zijn bekende knots-snelle-rennen besluit hij met
even zoveel juweeltjes van doeltreffers. De rest der
voorhoedespelers loopt niet eens mee, zó zeker en zelf
bewust is ditmaal „de Snor".
Het zou monotoon worden om het verslag per doel
punt te gaan beschrijven. Kortom: het wordt 690,
hetgeen zeer begrijpelijk is, daar de tegenpartij finaal
het hoofd liet hangen en de benen staan.
„Maar hoe was het mogelijk, dat jullie allemaal zo
wonderlijk goed speelden?" vroeg Nol Ijspegel, die al
tijd wat moet zeggen.
De uitvinding.
Maar het antwoord kwam sneller en onverwachter,
dan iedereen dacht, want het zou voorlopig een ge
heim zijn gebleven, als niet Nico Holflapsel hard, doch
niettemin goedgemeend een klap op de rug van Gerrit
Lallman had gegeven, waardoor een geluid veroorzaakt
werd van brekend bakeliet, gevolgd door het op de
grond vallen van enige schroefjes en moertjes en de
rest van een miniatuur-ontvangst-toestelletje. Juist
wilde Gerrit een reeks van nieuwe voorbeeldige scheld
woorden plaatsen, toen trainer Bootz binnenkwam, en
hert was een ongelukkig moment, dat nu juist één van
zijn elf peperdure toestelletjes te pletter in gruis viel.
„Tat had jai nie kedagt, well?" knipoogde Bootz tot
Gerard Zauber, die reeds met Harry Scheelstraal bezig
was de moertjes op de grond te verzamelen. „Het ge-
haim is now tok er autgeklapt, mar asjoeblief nieks
zekken teken de tekenpartaien!"
En met trots haalde trainer Bootz uit het sponsen-
zakje een miniatuur-zend-apparaatje, waardoor hij de
gehele wedstrijch onze jongens de technische en strate
gische tips had gegeven en him positie had aangewe
zen.
„Dus eigenlijk een Tip van Bootz!" merkte Gerard
van Spichtenek op, die dat feitelijk niet had mogen
zeggen, omdat hij bij een brouwerij werkzaam is.
„Daar hoort een limmerick bij", schreeuwde Holflap
sel, die overigens nooit schreeuwt, maar wel verrekt
goed dicht, „de slimmerik hebben wij al!" En hij keek
olijk naar Bootz.
Maar daar dook Jo Wijnvat plotseloos met een ver
hit, doch niettemin blij gezicht op uit de kluwen spe
lers. Hij was namelijk clandestien het kleedlokaal bin
nengeslopen.
Rubriek voor Familieberichten, vraag en aanbod, enz_
Verloofd:
PIET WOERDEMAN
ANNEKE VAN SEVENTER
Maart 1949.
TABEH
Door mijn plotseling vertrek naar Indië ben ik he
laas niet in staat geweest al mijn vrienden en beken
den de hand te schudden. Dat doe ik daarom hierbij!
PIET WOERDEMAN
„Zo, en wat zeggen jullie nou van die trouvaille?
Voetbal middels een zendapparaat door een trainer ge
leid. Het is zelfs stukken beter dan geleide economie,
al mag ik dat eigenlijk niet zeggen in het openbaar.
En kijk nou eens, jongelui, en sorry, natuurlijk ook
jullie Bestuursleden. Nu hebben wij de primeur gehad
van die nieuwe en goedkope Philipslampen en thans
hebben wij weer de primeur van de voetbalspelers-
miniatuurontvangsttoestelletjes. Proficiat, mannen, ik
waag er weer 8 pagina's van de Schakel aan."
„Op je Schakelhoofdü" gilde Jo Netelroys, die alleen
bij de gedachte al 20 pond afviel, zodat hij dan aan het
hoofd zou staan van slechts twee onderkinnen. „Zo
gaat het pas tof, alleen maar vast houden aan Luctor
et Emergo", adviseerde Harry Scheelstraal.
„Die twee lui weten er anders ook de ballen van",
opperde Chris Pech, die alle dingen meestal beter
meent te weten.
„Jongens, en nu veranderen wij meteen de naam van
onze Club", stelde Gerard Zauber voor, „we noemen
ons voortaan geen ,Knap-af-Boys' maar ,Knap-op-
Boys'."
„Hoera, hoera, hoera", brulde Ijspegel driewerf, wild
en afgemat en knapte prompt af.
„Laten wij dat vanavond maar doen!" besloot Henk
Zonnelel, doelende op Ijspegel.
En zo deden ze allemaal. Want het was de moeite
dubbel en dwars waard geweest.
En zoals U reeds eerder wist, de „Jhr" héét iedere
overdrijving.
JHR. VAN ROSSEM DE GAULIN
P.S. „Kat in 't bakkie" is een echte Mokumse uit
drukking. Voor de mensen, die dit niet wisten, deelt
de „Jhr" mede, dat het zoveel betekent als: „Hrj is voor
de bakker."
OLYMPIAPLEIN 176-132
AMSTERDAM ZUID
TELEFOON 22327 (NA 6 UUR 84276-50498
16