Dirk Tates
J.W.
Segimstiging van onze Adverteerders. houdt de Schakel in stand.
kwam Allison met de later zo beroemde voetbalclub in con
tact. Hij had 't echter niet zo gemakkelijk, want bijeen had hij,
om d'e 14 dagen, tien verschillende verslagen voor allerlei
kranten te leveren van één en dezelfde match! Beroepsvoetbal
kwam in die dagen meer en meer naar voren, de League be
vatte nu ook clubs als Tottenham; Chelsea; Fulham en Clap
ton Orient. En de terreinen van deze clubs waren zo makke
lijk te bereiken dat het verafgelegen terrein van de Arsenal
vergeten in het vergeetboek raakte, doch hij bleef de Arsenal
getrouw.
Lord Kitchener.
Zo bleef het tot 1911, toen er plotseling verandering intrad.
In een zeer ingewikkeld polodispuut gewikkeld tussen Ameri
kaanse- en Engelse teams, werd Allison opgedragen om met
Lord Kitchener, toenmaals hoofd van het Engelse leger, te
gaan praten. Na veel vijven en zessen lukte het Allison om
van Lord Kitchener een getekende verklaring machtig te' wor
den, waardoor het geschil tussen de Amerikaanse en Engelse
officieren tot beider tevredenheid opgelost werd. En toen de
ochtendbladen met zijn relaas verschenen, was Allison eens
klaps 'n beroemd man! Binnen 24 uur had de New York He
rald hem ingelijfd.
,,You the fella, who interviewed Kichener last night?''
„I nodded." „Well, how'd you like to work for the N. Y.
Herald, I'm John Burke, managing editor, on a visit here."
Het ging dus wel op z'n Amerikaans toe. En, wat verdien
je, Allison? Six guineas. Zes? Okay, ik geef je er 15! Na
overleg met de uitgevers, kreeg Allison toestemming om de
nieuwe baan aau te nemen en drie dagen later trad hij op
als Londens correspondent van de New York Herald. De
Amerikanen was het n.l. nog nimmer gelukt Lord Kitchener te
spreken te krijgen, laat staan een getekende verklaring te
bemachtigen!
De chocolade koning.
„Mijn dagtaak," zo vertelt A. nu verder, „bestond des
morgens in het bezoeken van die hotels, die door de Ameri
kanen gerequenteerd werden. Savoy, Cecil, Carlton, Ritz,
Berkeley en Claridge De kopstukken uit de Amerikaanse
zakenwereld moest ik 'n interview afnemen, doch eerst ging
ik na welke hobbies deze heerschappen er op nahielden, want
ik gooide 't dan al gauw op deze of gene liefhebberij.
En op 'n zekere morgen luidde het bericht: „George, naar
Carlton. Mr. Kohier, chocolade koning." En de heer Kohier
was een verwoed paardenliefhebber. Zaken werden niet eens
aangeroerd, uitsluitend de paardensport bleef aan de orde.
En na een paar uur babbelen verklaarde de heer Kohier mij
dat hij er alles voor over had om in Engeland een renstal te
openen! En ik zou als zijn agent optreden. Maar de heer
Kohier zag ik nooit meer terug! Want hij liep een kou op en
overleed een week na het onderhoud dat ik met hem had!"
In 1912 zien we Allison dan werken voor het William
Hearst concern, waarvoor hij optrad als Europees vertegen
woordiger, het film- en fotobedrijf inbegrepen. Maarde
Arsenal bleef hij trouw. Elke week leverde hij nog z'n bijdrage
voor het Arsenal-nie'uws en geen man van betekenis in de
Londense voetbalwereld op Allison kende hem. Hij kwam
onder meer met Sir. Henry Norris in aanraking, de man die in
later jaren de verhuizing van de Arsenal financierde van
Plumstead naar Higbury, waaraan tienduizenden ponden ster
ling risico verbonden zat. Binnen één jaar had de Arsenal (de
naam Woolwich verdween toen maar meteen) een nieuw ter
rein met grote tribunes en een hypermoderne inrichting. Dat
was in 1913. Eén jaar later zaten we midden in wereldoorlog
nummer één! En vier jaar aan één stuk moest Allison foto's
machtig zien1 te worden van de Europese fronten, te land, ter
zee of in de' lucht. Want Hearst moest en zou elke dag „hot
news" voor zijn krantenconcern hebben, ongeacht de kosten.
Allison „director".
Het werd 1919 en in dat jaar, met de uitbreiding van de
eerste divisie, kwam de Arsenal met Chelsea, in de eerste klas
terug. En met Allison als director!
In 1927, in Januari, kreeg Allison het vererend verzoek
van de B.B.C. om een voetbalmatch uit te zenden. Het zou een
„proef'-uitzending worden, uitsluitend voor sportverslagge
vers bedoeld. Als de proef in goede aarde viel, zou er verder
gewerkt worden. In zoverre werd de proef een mislukking dat
Allison herhaaldelijk de uitroep „by Jove" gebruikte en men
hem al gauw „by Jove Allison betitelde! Ook z'n vrouw
sprak hem niet meer met George, doch met by Jove aan. Doch
in de eerste, grote uitzending, een cup-match tussen de Co
rinthians en Newcastle, paste hij wel beter op z'n tellen en
alles verliep naar wens. Nu is het voor de B.B.C.-omroepers
en reporters de gewoonste zaak van de wereld geworden om
reportages van sportgebeurtenissen uit te zenden, doch George
Allison komt de eer toe het baanbrekend, het pionierswerk
geleverd te hebben. Hij was nu een bekend en beroemd man
geworden, Cupfinals, Derby races. enz. enz. werden nu door
hem voor de microfoon verslagen. Maar alles kon hij zich toch
ook niet veroorloven, want toen hy eens z'n groeten uitzond
naar z'n dochter die te Brussel op 'n kostschool vertoefde,
tikte de B.B.C. hem met een „don't do it again" op z'n
vingers!
In 1932 bezoekt hij Amerika, vertelt van het toverpaleis
van William Hearst in Californië, toch begint hij na z'n
terugkomst in Engeland wat werk af te schuiven, om in
1934 als secretaris-manager van de Arsenal op te treden,
vlak na de dood van de onvergetelijke Herbert Chapman, o.i.
de grootste „soceer geniusdie ooit geleefd heeft. Hij, (niet
Allison!) heeft de Arsenal tot „stardom" gebracht. Chapman
was dè man van de geweldige „transfers". En het was Chap
man die het begonnen1 werk van Mr. Norris voortzette. Op
'n Zaterdagmorgen: op 6 Januari 1934, vlak vóór de match:
Arsenal tegen Sheffield Wednesday, kwam Herbert Chapman
te overlijden.
Een kleine recensie over Billy Steel's verhaal in een vol
gend nummer.
P. J. L.
Wij ontvingen tot ons leedwezen het bericht dat
Dirk Gerrit Tates in de ouderdom van 59 jaar over
leden is.
Er zullen procentueel gerekend weinig
A.F.C.-ers ziin, wien dit bericht iets zegt. Maar voor
de ouderen zal dit een schok gegeven hebben. Want
Dirk Tates was rechtsbuiten in het eerste elftal van
A.F.C. tijdens onze eerste glorieperiode, rond 1910.
Dat was in de periode, toen R.A.P. ter ziele was en
Volharding ter ziele ging, toen Ajax aarzelend naar
voren begon te komen en Blauw-Wlt nog onbekend
was. Hij speelde in de jaren, waarin A.F.C. de hoop
was van voetballievend Amsterdam omdat A.F.C. de
enige club was, die Amsterdam weer een eerste klas-
ser zou geven.
Dat is toen mislukt. Ajax overvleugelde ons en daar
na Blauw-Wit. Maar nooit zullen wij kunnen veroeten
de spelers, die Amsterdam toen voetbal-„crazy" maak
ten. Nooit, spelers als Jan Blanken, dr. Huese, Heimig,
Van Klaveren, Togne'ri en Dirk Tates.
Hij is in Goes, na kortstondige ziekte, overleden. De
begrafenis heeft November plaats gehad op de Alge
mene Begraafplaats in Goes. Daar zal wel geen
A.F.C.-er geweest zijn, want het is zo ver en wij wisten
niet van zijn verscheiden maar de „Amsterdamse
Football Club" behoort bij dit verscheiden stil te staan,
omdat Dirk Tates zo'n goed A.F.C.-er was.
22