Bij mijn afscheid als voorzitter van de A.C.C. Overpeinzing voor A.C.C.-ers Begunstiging van onze Adverteerders, houdt de Schakel in stand. PARTIR, e est mourir un peuNimmer voelde ik de juistheid van dit gezegde sterker dan toen ik Dinsdag 27 April voor het laatst het woord voerde als voorzitter van de A.C.C. Verschillende omstan digheden en gelukkig waren het geen onaangename noopten mij het voorzitterschap neer te leggen, nadat iK vijftien jaren het genoegen en het voorrecht had deel uit te maken van het A.C.C.-bestuur. En bij dat afscheid voelde ik heel sterk, dat ik een periode van mijn leven afsloot en dat doet altijd pijn. Laat Uw jongen cricket leren spelen! Het zal hem naast vele vreugdevolle uren op het cricketveld een daadwerkelijke steun zijn in z'n leven. En vooral de tegenwoordige jeugd heeft dat zo nodig. Veel te weinig mensen beoetenen de Kinq of Sports, al is het waar, dat men de juiste mentaliteit moet bezitten voor deze tak van sport. Zelf ben ik uiterst dankbaar voor de grote vreugde, die onze sport mij altijd heeft qebracht en ik hoop haar te blijven beoefenen zolang als mijn benen mij willen dragen en ik in staat ben iemand uit te runnen! En ten slotte: Het is mij een grote voldoening geweest Harry Scheepstra als mijn opvolger te mogen installeren. Ik ben ervan overtuigd, dat hij een goed voorzitter zal zijn en ik hoop, dat hij lange jaren de voorzittershamer zal mo gen hanteren tot heil van de cricketsport in het algemeen en van A.C.C. in het bijzonder. Lang leve A.F.C. en A.C.C.! G. H. H. KAPPELHOFF. Volgaarne maak ik van de mij door de Schakel-redacteur geboden gelegenheid gebruik om het A.F.C.-bestuur hartehj dank te zeggen voor de jarenlange prettige samenwerking, meer speciaal voor de steun welke de moederclub mij gedu rende mijn voorzitterschap steeds verleende, wanneer de be langen van A.F.C. dat maar even toelieten Met genoegen mag worden geconstateerd, dat A.F.C. en A.C.C. elkander nader zijn gekomen en ik ben er trots op dat de verstand houding tussen onze beide verenigingen zo goed is ais men zich maar wensen kan. De welgemeende woorden van Mr. Eysvogel, die Dinsdag j.l. namens het A.F.C.-bestuur sprak, heb ik op bijzondere prijs gesteld. Bij mijn afscheid heb ik gezegd, dat ik in de A.C.C. steeds als hooqste goed heb gewaardeerd de opvoedende waarde die speciaal voor de jongeren wanneer zij daar tenminste vat baar voor zijn van onze club uitgaat. Ook in een ver eniging, net als in het gewone leven, kan men op de duur alleen iets bereiken door eenvoudige sportiviteit (en naar mijn opvatting betekent dit: eerlijkheid in de hoogste graad), en jovialiteit. Deze prachtige eigenschappen worden speciaal aangekweekt door de cricketsport en gaarne zou ik dit ar tikel willen benutten om de ouders van onze A.F.O.-juniores en adspiranten met de meeste klem op het hart te drukken: OP Zaterdag 1 Mei werd het grote werk van Wim Staats, de cricket-kool, feestelijk geopend en daar mee nam het cricket-seizoen een aanvang. Uit de toespraken van de secretaris van de N.C.B. en de voorzitter van A.F.C. bleek weer, hoeveel vertrouwen de geïnteresseerde buitenstaander in de verrichtingen van AC.C. heeft. Het competitie-programma en de indeling van het eerste elftal bij de drie sterkste verenigingen in Nederland waren daarvan reeds eerder een bewijs. Wij A.C.C.-ers doen er goed aan te beseffen, dat de plaats, die wij nu innemen in de cricketwereld het resultaat is van jaren lang hard werken, van voorzichtig overleg en ver standig beleid in het bijzonder van mijn voorganger Henk Kappelhoff, samen met Wim Staats. Het erelidmaatschap, dat Henk tijdens de slecht bezochte algemene vergadering werd aangeboden, is dan ook meer dan verdiend. Van de ge legenheid maak ik graag gebruik, om hem ook van deze plaats daarmee van harte geluk te wensen. Ik heb reeds eerder betoogd, dat door dit alles een zeer qrote verplichting op ons A.C.C.-ers rust. Het is onze moei lijke taak, de naam van krachtige vereniging te bestendigen en dat kunnen wij doen op het cricketveld. ij moeten succes hebben en succes krijgen we niet zonder oefenen. Wim Staats heeft dit gezien en ons in samenwerking met anderen de kooi geschonken, de grondslag daarvoor. Als U daarbij nog telt, dat dank zij veel werk en moeite van Lou Woudstra het zeker is, dat er binnen veertien dagen een speciale Engelse crickettrainer ons komt helpen wij zijn dan de enige cricketvereniging met een trainer. dan zult U begrijpen, dat wij slechts van de geboden gelegen heid veel gebruik behoeven te maken om aan de op ons rustende bovenomschreven verplichting te voldoen: Dan zal het harde werken van „kerels" als Kappelhoff, Brusse, Staats en Woudstra niet tevergeefs zijn geweest. L>an komt dat succes vanzelf en die „kerels" verdienen het. Het bestuur rekent in het komende seizoen op de steun van iedere A.F.C.-A.C.C.-er. H. SCHEEPSTRA.

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1948 | | pagina 15