lava s Gastenboek Begunstiging van onze fldverteerders. houdt de Schakel in stand. Fotomontage Piet Glaudemans Even keken wij elkaar recht in de ogen. Hij uitte iets onverstaanbaars en eerlijk gezegd was ik tot' weinig beters in staat, want wie zat daar in levende, lijve aan zijn geboortedrankWim van Dijkhuizen. Levend en wel, maar ach, ach, wat is die jongen „mager" geworden. Voorzichtig informeerde ik naar de voedselsituatie in Holland (dit met het oog op mijn „aanstaande" thuiskomst), maar gelukkig lag dat daar niet aan. Het zat 'm zelfs niet in het klimaat van de kleiperen maar in de broek van licht grijze stof die zoals ik reeds vermoedde inderdaad door een kleermaker was gemaakt, waarbij het noemen van de prijs zorgvuldig werd vermeden. Nadat ik een cigaret van hem had opgestoken en maar vast twee borrels op zijn rekening had besteld gingen wij over tot een genoeglijke kout. Over de derde wereldoorlog waren we gauw uitgepraat, omdat ie eerst nog moet beginnen, maar over 't leven in Indië hadden wij meer pijlen op onze bogen. Tot geruststelling van zijn echtgenote kan ik zeggen, dat ik er met veel moeite in geslaagd ben hem het voetballen des middags om twaalf uur te ontraden evenals het nuttigen s ar drie liter ijswater op een kilo bananen. Zo rokender- en drinkenderwijs bracht ik hem de tropenhygiëne bij, waar wij overgingen tot een exquis diner, welke exquise prijs natuur lijk door Willem werd betaald. Aanvankelijk wilde ik zelf betalen, maar tot mijn genoegen wilde hij daar niets van weten. Ik vlei mij met de gedachte, dat hij mijn innerlijke vreugde biet heeft bemerkt. Verkeerde mentaliteit. En zo kwam langzaam maar zeker het gesprek op A.F.C. Een gesprek, dat niet over alle linies gunstig was. Er is in de afgelopen oorlogsjaren een mentaliteit naar boven ge komen, die niet altijd een compliment genoemd mag worden. Een verkapte mentaliteit van „gut, wat ben ik blij met me zelf". Dat deze gedachte echter in bepaalde A.F.C.-kringen zou doordringen hebben velen toch wel niet gedacht. Helaas A.F.C. heeft geen uitzondering gemaakt. In deze tijd valt de schrille tegenstelling te meer op. Ik zit niet meer aan het front, dus je hoeft niet te denken: „Hij spreekt over hET is nog niet zo lang geleden, dat ik op een zoele zo mermiddag (in Soe- rabaja) over een brede avenue een slanke en struise jongeman zag wan- 1 .Ay delen, die met een enigs- ssJS» 1 z'ns vermoeid gebaar eni- 4. i 9e zweetdroppelen van zijn B hoog- en indrukwekkend '"W*» voorhoofd wiste. Gehuld in een lichtgrijze broek, die hem uitstekend paste en ongetwijfeld door een dure kleermaker was aangemeten, flaneerde hij met veerkrachtige tred langs de smoezelige toko's van stoïcijnse Chinezen, waarbij hij nu en dan enige wild-aandoende kreten uitte, die bij een zorgvuldige studie min of meer aan het Maleis bleek te zijn geparenteerd. Ik volgde onze jongeling op sluwe wijze en slaagde er in derdaad in vplkomen onopgemerkt te blijven, hetgeen mij toch meestal niet meezit. Uit het feit dat hij zijn schreden regelrecht naar een nette gelegenheid richtte, waar men zeer geregeld ook borrelende paarden met een wit befje aan treft, leidde ik af, dat hij uit een gezellig milieu stamde. Zijn lichte gelaatskleur, die onder de rode konen snel tot min of meer wit verbleekte, gaf mij de indruk, dat het lieve vaderland weer één van zijn grote krachten ten bate van ons Insulinde had gezonden. Nog aarzelde ik over zijn identiteit, maar toen hij zonder schroom een dubbel gebeide bestelde op een uur, waarop men aan een kopje koffie pleegt te nippen, was ik er bijna van overtuigd een afgezant van A.F.C. te ontmoeten.

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1947 | | pagina 9