c
uit 6e kapiteinshui....
R
ISegunstiging van onze Jddverteevders, houdt de Schakel in stand.
Redacteur: J. H. Wijnand. Roerstraat 522 Plaatsvervangend Redacteur: W. G. Staats, Chu
Administrateur: J. V. Disselkoen. Amstelveenseweg 2841
cliill-iaan 25a
Ï5e Jaargang
Mei 1947
Nr. 10
LLEREERST wil ik
langs deze weg bedan
ken voor de vele ook
schriftelijke gelukwen
sen, die ik bij mijn verkiezing
tot voorzitter der A.F.C. deel
achtig mocht worden. Het zal
mij niet gemakkelijk vallen mijr
grote voorgangers ook maar
enigszins te benaderen. Ik ben
mij er volkomen van bewust,
dat ik een moeilijke taak krijg
te vervullen. Wanneer ik
deze nolens volens op mij heb
genomen, deed ik het omdat ik
mij geschraagd voel door de steun en medewerking van de
gehele vereniging Dat het zo moge blijven, ook bij tegen
slag. Hoewel wij ons allen oprecht er in verheugen, dat
Dick Bessem een nieuwe werkkring, zo geheel naar zijn zin,
heeft gekregen, kan ik niet nalaten nogmaals tot uiting te
brengen, dat A.F.C. door zijn heengaan als Voorzitter toch
wel een zwaar verlies kreeg te boeken. Wij kunnen Dick niet
dankbaar genoeg zijn voor het vele wat hij \ioor de Club
heeft gedaan. In de eerstvolgende algemene vergadering
hoop ik hierop wat uitvoeriger in te gaan en onze ex-praesses
dan uit te luiden op een wijze, waarop hij volkomen recht
heeft.
Wanneer ik deze woorden aan het papier toevertrouw, is
dit onmiddellijk na de wedstrijd tegen West-Frisia, zodat ik
niet bepaald in een hoera-stemming verkeer. Ik weet heel
goed, dat het een voorzitter allerminst past-een pessimistische
toon aan te slaan en hiervoor is in feite ook nog geen aan
leiding. Elk elftal maakt het wel eens mee, dat het geen
vat kan krijgen op zijn tegenstander. Het meest sneu vond
ik, en daar waren we het allen over eens, dat Jan Betz het
veld moest worden uitgedragen. Het is weer zijn knie, waar
hij voorheen al zolang mee gesukkeld heeft. Jan, ik wens je
van harte een spoedig herstel toe en een snelle terugkomst
in onze gelederen; wij kunnen je niet missen.
Wel verontrust het mij, dat wij zo weinig veelbelovende
jonge spelers hebben, die eerlang de plaatsen zullen mceten
innemen in de hogere senioren-elftallen. Speciaal ons eerste
elftal is over het algemeen niet zo jong meer. Hoewel ook
de oudsten daarvan bij een serieuse leefwijze en een ernstige
training zeker nog een paar jaar mee kunnen, zal het pro
bleem van vervangen binnen afzienbare tijd aan de orde
komen.
De jeugd.
Verleden week zag ik onze Junioren I op het D.W.S -
terrein sneven. Ik trof het blijkbaar niet, ze waren er niet al
te best in. Ik heb ze ook vaak eerder zien spelen in succes
rijkere wedstrijden, maar steeds kon ik niet aan de indruk
ontkomen, dat, behoudens een paar lofwaardige uitzonde
ringen, de jongens te weinig gebruik maken van de uitste
kende training, die de A.F.C. hun biedt. Dat moet anders
worden en dat geldt voor alle juniores cn adspiranten, die
in dit opzicht zich zelf iets te verwijten hebben. Het is niet
uit philantropische overwegingen, dat wij een dure Engelse
oefenmeester, van wie jullie veel, zeer veel, leren kunnen,
er cp na houden Bij de thuiswedstrijden van ons eerste
elftal geven jullie door luide aanmoedigingen blijk vian een
groot enthousiasme, wat ik overigens wel mag. Doet het
echter steeds in gepaste vorm, de A.F.C. waardig. In dit
verband kwam mij een klacht ter ore, die wij al eens eerder
hebben gehad, n.l. dat de A.F.C -jeugd zich bij haar laaiende
geestdrift aan minder hoffelijke termen te buiten ging. Laat
dit nu voor eens en voor altijd gezegd zijn, het mag niet
meer voorkomen. Hiertegen zal ten strengste door het be
stuur worden opgetreden. Het is van het hoogste belang en
het zal voor jullie zelf het voetbalspel zoveel aantrekkelijker