6e gewone man zegt eR het zijne v^n
amst
el BI6R
U NATUURLIJK OOK!
NEDERLAND DRINKT
ÏAegunstiging van onze /Adverteerdershoudt de duikel in stand.
Met excuus aan Jan Derks, die de voortreffelijke teksten
verzorgt voor de radiouitzendingen onder bovenstaande titel.
1 1 OU, ik kan een beetje bridgen, en toen ik die oproep
kreeg van A.F.C. om deel te nemen aan een echten
l bridgewedstrijd. dacht ik: Waarom zal ik niet mee
doen? De opbrengst is voor de jongens in Indië een
goed doel en ik houd van een goed doel.
Moet je hooren, Volleneef. Kom ik in het Minerva-pavil-
joen om te bridgen.
Reuze moeilijk, hoor. Ik speel thuis wel eens bridge, zoo
eens in de drie maanden. Maar hier was het bridgen heel
anders.
Kom ik voor een soort commissie aan een tafel en moet
ik eerst 1,80 betalen, alsof 1,80 zoo maar niks is. Voor
die f 1,80 krijg ik den kaart. Nee, Volleneef, het was geen
kaart voor HollandBelgië, al ben ik goed met Dick Bessem.
en op die kaart staat, wat ik doen en laten moet.
Nou, ik mijn maat zoeken, hé, want zoo maar in je eentje
te bridgen, is ook geen hal aan. Krijg ik een reuzen maat:
Harry Stumpf. Een maat, Volleneef, niet te gelooven. Die
heeft prijzen gewonnen in de groot,: A.V.R.O.-tournooien, niet
om te gelóóven, zoo geweldig.
Afin, ik eerst even praten met Harry, hé, dat voel je. En
Harry wordt zoo-gezegd mijn mentale trainer. Als ik nou
maar niet gek bied en geen malle fouten maak met afspe
len, halen wij de eerste prijs. Als je het kan snappen, net zoo-
tets als met cricket: ik aan het stoonwallen en Harry maar
slaan.
Nou, wij aan het wedstrijdbridgen. Zoon dorstige affaire
heb ik nog nooit meegemaakt. Je zat maar stomweg te brid
gen, maar geen slokkie, hé. Niet eens een biertje. Laat nou
Jaap Disselkoen achter mij zitten en ik zeg tegen Jaap: „Zal
ik de zenuwe krijgen. Ben ik eindelijk voor mijn ontspan
ning uit en kan ik geen bier krijgen, om over een echt
slokkie niet te kletsen Nou Jaap is di!; in met de Hooge
Druk en wij krijgen bier.
Nee, nou moet je even je mond houden, Volleneef, maar
je hebt er geen idee van, hoe vermoeiend zoo'n bridge-wed-
strijd is. Je sjouwt maar, hè, van tafeltje tot tafeltje en al
door maar met je derrière op warme stoelen.
Maar wat er ook gebeurt, Harry en ik koppig doorbridgen.
Dat voel je wel. Als ze zeggen, dat je voor 1,80 lol hebt,
dan moet je ook voor 1,80 lol hebben. Waarom niet?
Nou hadden ze een hoop prijzen gemaakt en die stonden
in een soort van halletje. Prijzen? Volleneef, om te likkebaar
den. Taarten en flesschen wijn. Kan je hebben, wat?
Afin, Harry en ik koppig doorbridgen en in de derde
ronde of hoe noemt Joop Gilkens zoo iets, komen we tegen
Schaap en z'n vrouw. Zal ik je-zeggen, Volleneef, dat ik me
lam schrik. Want die Schaap is geen schaap, weet je, die
kent Culbertson, Goudsmit en de heele bubs op z'n duimpie.
Afin, ik maar aan het stoonwallen en Harry zegt ook niet
gek veel en we overleefden dat eerste spel.
Maar nou dat tweede spel. Nee, Volleneef, moet je even
luisteren, iets verschrikkelijks! Schaap en z'n vrouw bieden
maar en bieden maar - kén je dat en ik stomweg passen.
Maar Harry, mijn maat, krijgt zooiets echt prettigs in zich,
hé? Zooiets van: bieden jullie maar ik wacht mijn kans.
En laat Schaap nou zeggen: „Groot slem schoppen met een
gezicht van: „Wie doet me wat". Ik stiekum passen met
boer-derae van schoppen en een paar dekkingkies van heeren
en zoo Volleneef, om van te kwijlen, als je voelt wat ik
bedoel.
Mevrouw Schaap past natuurlijk en Harry zegt „dupbel'
op een toon, alsof nou die atoombom op Schaap's hersens
zal neerkomen.
Nou, de eerste slag is voor Schaap en laat-ie nou drie
gele kaarten en een blauwe in z'n klavieren hebben.
Laat Schaap nou gedacht hebben aan een redouble en
laat Harry nou gedacht hebben, dat we minstens duizend
punten zouwen maken. Nee, Volleneef, je bent fout, met wat
je zeggen wilt het is tenslotte verrekt gek, als je tegen
partij en je partner schoppenaas derde en nog een paar azen
van dezelfde kleur in handen hebben.
Nou, wat doe je dan? Scheidsrechter beslist. Joop Gilkens
trekt een gezicht als Salomo, toen hij die baby ging kloven
en zegt: „Schaap moet nieuwe kaarten nemen. De rest
blijft zoo en jullie gaan opnieuw bieden".