nieuwjAARSwensch 1947
0
Nr. 6
Begunstiging van onze Idverteevders, houdt de Schakel in stand.
Redacteur: J. H. Wijnand. Roerstraat 522 Plaatsvervangend Redacteur: W. G. Staats, C hurchill laan 25a
Administrateur J. V. Disselkoen. Amstelveenscheweg 284'
23e Jaargang
Januari 1947
ER traditie getrouw, hield A.F.C. op 1 Januari Nieuwjaarsréunie in het Clubhuis. Het was er, als steeds, warm en
gezellig. De onderlinge wedstrijden moesten wegens den slechten toestand der terreinen worden afgelast, doch des
ondanks waren velen naar het clubhuis gekomen.
Het hoogtepunt van de réunie, die al een uitstekende ouverture gevonden had in een zeer gevoelige, recht tot aller
hart sprekende redevoering van Dick Bessem, was de Nieuwjaarswensch, uitgesproken door Wim v. d. Marei en Tony a
Cohen v. d. Marei was een stoere Thomasvaer en Tony a Cöhen een charmante Pieternel. Niet alleen charmant, maar ook
moedig, want zij verving de plotseling ziek geworden Puck Rood en had slechts een paar uur gehad, om de rol door te
kijken.
De tekst was, eveneens der traditie getrouw, van onzen voorzitter, zoodat deze Nieuwjaarswensch letterlijk „Van de
Commandobrug" is.
P. Goeiendag, hier zijn wij weer
'k Weet niet voor de hoeveelste keer
Op den eersten dag van het Nieuwe Jaar
Met de A.F.C.-familie bij elkaar.
T. Ja, ik zie ze weer, al mijn neven en nichten
Met hun vertouwde bekende gezichten
Wat zijn ze weer dik, wat zijn ze weer vol,
Is dat van het eten, of is t van de lol?
P. Van beide, want al is 't geen luilekkerland
Ons Holland, waaraan wij ons hart hebben verpand
Werkt weer en geeft ons z'n goede gaven
Waaraan wij ons allen kunnen laven
Wij zijn niet de minste onder de herstellende naties
Wij leveren gelukkig weer opmerkelijke prestaties
Als 't waar is, dat tegenspoed energieën kweekt
Dan hebben we hier een voorbeeld, dat spreekt.
T. Als je de „Ochtendpost" leest is alles anders mis
Is er niets, dat niet zwart of verdorven is,
Elke ambtenat corrupt, elke minister te koop
Je gaat van de narigheid gewoon op de loop.
P. 't Is in het leven net als in A.F.C.
De critiek telt overal een woordje mee
Opbouwen ho maar, jongens breek maar af,
Nergens is er koren, alles is kaf
Maar laat ze maar praten, laat ze maar gillen,
Er blijven altijd menschen, die het beste willen.
Zij zijn de leiders, zij koersen goed,
Zij geven het voorbeeld zooals het wezen moet.
T. Je zei straks, ook'van de lol was men welgedaan
Of heb ik dat soms verkeerd verstaan
Je bent zoo ernstig als een zekere Jan, die
z'n kwartetje verliest,
't Is toch niet waar, dat je een beetje verkniest.
P. O manvolk, o, lichtzinnig gebroed
't Is zunde, dat ik het zoo zeggen moet,
In 't paradijs kwam jullie ware aard al boven
Er is in jullie niet veel goeds te loven.
T. In 't paradijs? Was Adam van onschuld, lelieblank
En aan Eva zijn wij verschuldigd, veel dank.
Omdat zij een appeltje zonder bon had aan te bieden
Zeg mij, wie kan aan zulk een verleiding ontvlieden?
P. Dat is waar, jullie zijn akelig zwak
Maar met feesten versta je toch heel goed je vak.
Want 1946 was nog maar nauwelijks begonnen
Of de Heeren hadden reeds uitgesponnen.
Op 18 Januari zaten ze met hemden als planken
Onder 't genot van een wijntje en vroolijke klanken
Als kleine jongens te lachen en te zwetsen
En luisterden zoet als er een stond te kletsen.
1