at ieder A.F.C .-er behoort te weten.
Het nieuwe jaar werd door ons eerste
elftal slecht ingezet. Met 71 liet het zich
door H.F.C. inmaken. Beschamende cijfers!
Nu moge het waar wezen, dat zij eenigszins
geflatteerd zijn, omdat vooral in de tweede
helft van een overwicht in een dergelijke
verpletterende verhouding geen sprake was,
men mag er niet blind voor zijn, dat H.F.C.
verschillende eigenschappen ontwikkelde,
welke dien dag bij onze jongens tevergeefs
werden gezocht. Eigenschappen, welke in
dien zij gedurende het geheele seizoen bij
de Haarlemmers tot uiting waren gekomen,
hen zeker op de bovenste plaats hadden
kunnen brengen.
In de eerste plaats bedoel ik daarmee:
enthousiasme. H.F.C. speelde met een vuur,
dat vaart en tempo in het elftal bracht. On
versaagd greep de verdediging telkens in,
terwijl de door Koper uitstekend geleide
voorhoede, vurig op den bal zat en bij iede-
ren aanval ons doel in ernstig gevaar bracht.
Geen; wonder, dat zij zeven gaten in dit doel
wisten te schieten. Zelfs toen zij in de eerste
helft, geruimen tijd tot aan de rust, met 10
man speelden (omdat aanvoerder Koper een
zijner mannetjes zelf uit het veld zond)
bracht dit in het spelbeeld geen verandering.
Wat nu onze jongens betreft, het leek wel
óf door de afwezigheid van Lungen de ziel
uit de voorhoede en daarmee het geheele
elftal verdwenen was. Zeker, men deed zijn
best, doch zonder overtuiging. Het enthou
siasme, dat op het juiste moment moed en
kracht geeft om iets meer te riskeeren, waar
door het gezegde: „het geluk is met den
moedige", dan bewaarheid wordt, ontbrak
ten eenenmale. Ik behoef slechts op de
tweede helft te wijzen, waarin we feitelijk
eenige veldmeerderheid hadden, doch tal van
goede kansen allerjammerlijkst om zeep wer
den gebracht. In die periode voelde de H.F.
C.-verdediging zich nog lang niet zeker van
de overwinning. Toen had men dóór moeten
bijten! Het is niet gebeurd en de goals vielen
aan den anderen kant. Onze spelers konden
er overigens een voorbeeld aan nemen, hoe
de H.F.C ,-ers ook toen de overwinning
zeker was toch met hetzelfde vuur ble
ven doorspelen. Laat ons dus uit dezen wed
strijd de leering putten, welke erin besloten
ligt en hem overigens vergeten, gezien de
minder mooie vlekjes, welke er op rusten en
die tusschen deze partijen uitgesloten had
den moeten zijn.
Met onze wedstrijden tegen het Gooi is
het iets zonderlings. Nog nimmer, zoolang
wij het Gooi in welke klasse ook, hebben
ontmoet, wist ons elftal het tot een^ over
winning te brengen! Heel dikwijls speelden
we gelijk dit seizoen zoowel uit als thuis!
en ofschoon we ditmaal de beste papieren
hadden, werd de traditie niet gebroken. Zij
het ook, dat de Hilversummers bij hun doel
punten niet over geluk hadden te klagen.
Onze jongens hanteerden thans dezelfde
wapens, waarmee H.F.C. hen had geslagen.
Een verheugend enthousiasme was de pas
sende omlijsting voor een uitstekend spelen
den Charles, zoodat men inderdaad een
zéér behoorlijke partij voetbal te aanschou
wen gaf. Dat enkele spelers tegen het einde
den indruk gaven uitgespeeld te raken, kan
hun in dit geval slechts tot een eer strek
ken. De goals 2 van Lungen en 1 van
Kamminga waren van die kwaliteit, welke
zoo klinklaar bewijst, dat goals maken,
mooier is dan goals voorkomen. De formi
dabele knal, waarmee Charles de voorzet
van Roelof inkogelde, de tweede goal, was
alleen een gang naar den Wandelweg waard.
Wanneer ik er dan nog eens op wijs, dat
alle 3 goals uit voorzetten geboren wer
den, dan wil ik alleen maar voor de zooveel-
ste keer herhalen, dat ons succes over de
vleugels benaderd moet worden! Het frap
peerde me daarom zoo sterk, dat ik in eeni
ge Haarlemsche verslagen van den uitwed
strijd tegen Bloemendaal, het gelijke spel
ondanks onze technische meerderheid, daar
door verklaard zag, dat men alles op Char
les had gespeeld, ofschoon deze scherp
werd bewaakt. Ik weet niet of dit juist is,
want ik kon helaas niet meegaan, maar het
lijkt mij inderdaad waarschijnlijk. Laat men
ook deze les toch ter harte nemen. Overi
gens was ik met dezen uitslag lang niet
ontevreden, immers we behielden onzen
voorsprong op de hekkesluiters. Bovendien
zijn sterkeren dan wij in Bloemendaal ge
sneuveld!
Van de stille hoop op de bovenste plaats,
welke wij twee maanden geleden onwille
keurig in ons voelden groeien, zijn we thans
weer zoover, dat we van harte hopen, dat
zoo spoedig mogelijk die laatste puntjes
binnenkomen, welke het zij het ook ge
ringe - gevaar definitief terugwijzen.
Het tweede elftal ging met opmerkelijke
zekerheid op het pad der overwinning voort.
- 3 -
A.F.C.'ers, begunstigt onze adverteerders!
