©IMS CUJBIHIIUIOS
De Penningmeester van het comité tot
aanbieding van een huldeblijk ter eere van
van het 40-jarig bestaan der Amsterdam-
sche Football Club, doet nog eens een drin
gend beroep op alle leden, en vooral op hen
die aan de oproep van ons comité in de vo
rige Schakel, nog geen gevolg gaven om
hun bijdrage te doen toekomen of te storten
op mijn postrekening 109401.
We hebben het vertrouwen, dat niemand
onder de A.F.C.'ers afzijdig wil blijven, om
ter eere van het 40-jarig bestaan bij te dra
gen aan een cadeau aan de vereeniging, zoo
noodzakelijk en nuttig als een clubhuis voor
een vereeniging als de onze is.
Welnu, wordt dit vertrouwen niet teleur
gesteld, dan hebben we nog van veel, heel
veel leden een bijdrage te wachten. Het
comité zou het zoo bijzonder op prijs stellen
wanneer spontaan de bijdragen binnen kwa
men en wij niet ieder afzonderlijk moeten
vragen of bezoeken. Zeker, wij zijn reeds
zeer erkentelijk voor de ontvangen en toege
zegde bedragen; maar wij hebben meer noo-
dig! Verschillende leden gaven te kennen, ik
doe mee, je kan op me rekenen; ik gireer wel
op je postrekening!
Iedere ochtend grijp ik vol verwachting
het couvert van den Post-Girodienst. Ik
moet bekennen de inhoud geeft soms ver
heugenis, soms teleurstelling, omdat ik nog
zooveel toegezegde giften wachtende ben,
waarvan ik de bedragen niet weet. Ik hoop
dat ze mee vallen en spoedig komen. Ook
verzoek ik vriendelijk aan de leden die een
zeker bedrag aan een van de comitéleden
toezegden, dit op mijn giro te storten of mij
mededeeling te doen dat ik over het bedrag
mag disponeeren. Wij komen het ook gaarne
halen. De teekening voor ons nieuw club
huis is thans door de Schoonheidscommissie
goedgekeurd. Wij hopen dit mooie plan tot
uitvoering te kunnen brengen, maar hebben
dan meer noodig dan ons thans is gezonden
en toegezegd. Vandaar A.F.C.'ers, nogmaals
mijn dringend beroep op u allen. Schenkt
een bijdrage en doet dit spoedig!
Ik reken op ieder zonder uitzondering.
Dus nu niet langer denken,
Maar uw feestgave direct schenken.
In afwachting,
J. H. ESSER, Penningmeester.
DEN HEER J. H. WIJNAND.
Ach Schakelbaas, heb toch genade,
Deze maand heb 'k heusch geen stof,
Ik denk, ik jok, drink limonade,
En al wat 'k schrijf is even sof. (gij knikt!!)
Moet ik soms, Heer Wijnandjopie,
Vertellen hoe ik 's morgens vroeg
Een man zag wuiven (is dat copie?)
Die een A.F.C.-insigne droeg?
'Was in 't Vondelpark, hij knikt en lachte
Naar een raam in 't Ziekenhuis,
Hij raadde schijnbaar mijn gedachte,
En zei: ,,Ze komen morgen thuis!!"
,,Ik heb een zoon!! Een stevig klantje!"
..Gefeliciteerd!" schreeuw ik hem toe.
,,Zet: Jan Snelleman een zoon! in 't
[krantje",
Wat ik dan ook hierbij doe
Of moet ik soms, beminde lede,
Verraden dat mijn brave man
Met 't vliegen uit het eerst in 't tweede
Z'n vijfde lustrum vieren kan?
Dan hebben we nog dat ploegje trappers,
Die gingen filmen daar in Weesp,
Ons kiepertje gaf zevenklappers;
Men zei het was zéér schoon geweest
Maar hieromtrent, och Sportredactie,
Geeft ,,de Bruss" een pracht verslag,
En ik ben nog niet zóó lang in 't vak, zie,
Om te verslaan wat 'k zelf niet zag.
Ik keek dien dag eens naar het eerste,
Waarna 'k een knaap plus auto zag,
En het convenieerde mij ten zeerste
Dat hij me even huistoe bracht.
Z'n koffer werd dus volgeladen
En ontsloot zich voor des Eggers deur;
k Moest mee, (men zou me niet verraden)
Eén borrel maar'k was door de deur.
Toen ik van die goede vrienden"
Weer afscheid nam, hoe ingemeenü
Zei men het ongepast te vinden,
Dat 'k een kroeg bezocht als vrouw alleen!!
Dat doet de deur dicht, mijnheer Wijnand!!
Ik heb genoeg van de schrijverij!!
Gooi deze brief maar in de prulmand,
En ontvang de groetenis van mij.
EEN ANGETROUWDE.
P.S.
Ik wéét waarom het niet wil lukken,
Met onze mascotte is 't niet pluis:
Meneer de Bruin maakt ongelukken,
Ligt met een gebroken arm in 't ziekenhuis.
Hij moet z'n arm maar laten plakken,
Hij is onmisbaar toch bij A.F.C.
We zullen de moed niet laten zakken,
Als hij weer komt is 't O.K.
A.F.C.-ers, beguastigt onze adverteerdersl
12
■'-JfT