Die Port van Cleve"?
het gemis van de meest elementaire begrip
pen omtrent het baarzen verrieden. Op lof
waardige wijze wist hij zich echter van zijn
taak te kwijten, en toen verondersteld werd,
dat een ieder genoegzaam onderscheid wist
tusschen den uitsluitend en alleen voor de
telling in aanmerking komenden baars en
een puitaaltje het laatste woord in deze
was tenslotte aan de strikt onpartijdige
waarnemers, waarvoor zich een viertal
D.W.S.-ers beschikbaar stelden konden
wij ons per motorpraam naar de uitverkoren
landengte begeven, alwaar hetgeen voor de
baarzen een drama zou worden, zich ging
voltrekken. Het zou mij te ver voeren alles
in details te beschrijven. Een paar bijzonder
heden, die mij zoo te binnen schieten, wil ik
aan de vergetelheid ontrukken. Door een
niet te overwinnen moedeloosheid van twee
onzer menschen, tengevolge van de geringe
toeschietelijkheid van de beoogde buit,
moesten wij al spoediq met slechts tien
A.F.C.-ers den strijd verder aanbinden
tegen vijftien D.W.S.-ers, voorwaar een
zware taak. Gelukkig hadden wij een paar
keien in ons midden, zooals Peet, Schaf en
E. Rood, zonder dat ik de anderen hier
mede te kort wil doen.
Hierdoor kwam het dat ons totaal slechts
met een kleine 30 baarsjes onder dat van
D.W.S. bleef; wanneer ik mij goed her
inner ving onze tegenpartij in het geheel
227 stuks, de een nog kleiner dan de ander,
maar die van ons waren net zoo groot.
Vrijwel alles was onder de maat en her
kreeg weer zijn vrijheid, zoodat wij ten
slotte konden ophouden met de zekerheid
geen al te groote schade aan den visch-
stand in Oud-Karspel te hebben aangericht.
Bepaald vermakelijk was de manier,
waarop onze scriba zijn vangst op het droge
meende te moeten brengen. Had Dik einde
lijk eens beet en bleek zijn prooi niet meer
aan den haak te kunnen ontsnappen, dan
haalde hij onder onbeschrijfelijk enthou
siasme met een wilden ruk den baars tot
boven den waterspiegel om daarna het ge-
heele geval over zijn hoofd te zwiepen.
Harm werd kampioen met 30 baarzen;
Peet werd No. 2 en tot de eerste tien be
hoorden verder: Schaf, E. Rood en Ben
Smits; als ik me goed herinner. Uw dienst
willige dienaar wist beslag te leggen op den
vijftienden prijs met een vangst van totaal
dertien stuks.
De prijsuitreiking vond plaats in Amster
dam, voordien werden de behaalde resulta-
uan oucls
...hei hesie eethuis!
ten medegedeeld in Oud-Karspel, waar wij
nog een paar uiterst genoegelijke uurtjes
doorbrachten. Daar hebben we de schier on
begrensde vitaliteit van de Looie, de voor
zitter van het D.W.S.-vischcollege kunnen
bewonderen. De Looie zat vol met kwink
slagen, hij neemt er graag iemand tusschen,
doch kan dan ook alles van een ander velen.
Het uitreiken van de prijzen in Mokum
geschiedde door Harm onder zeer toepasse
lijke woorden. Hij had daarbij de nobele
geste den beker aan ons te vermaken, om
dat ons moyen beter was dan van D.W.S.
Bij het uiteengaan beloofden wij elkaar het
een volgend jaar nog eens over te doen,
wat ons aller vurigste wensch is.
Voorwaar het was een dag, zooals we er
niet vaak een meemaken. A. M.
COMPETITIESTANDEN 1933-1934.
z.v.v.
A.F.C.-ers, begunstigt onze adverteerders!
naast het Hoofdpostkantoor,
Amsierdam.
gesp. gew.
gel.
verl.
pnt.
v. t.
D.W.S.
18 12
3
3
27
43—22
West-Frisia
18 9
3
6
21
46—33
Kinheim
18 7
6
5
20
41—29
18 8
3
7
19
42—36
A.F.C.
18 7
4
7
18
47—43
O.V.V.O.
18 6
5
7
17
27—31
W.F.C.
18 6
3
9
15
30—47
Zeeburgia
18 5
5
8
15
26—44
Alcm. Victrix
18 5
4
9
14
36—34
H.R.C.
18 5
4
9
14
29—48
- 17 -
