het gebrek aan discipline bij de jongeren, waarbij de laatste er bij Bestuur en E. C. ernstig op aan drong tegen slappe of on willige elementen nu ook eens flink op te treden. Beide opvattingen, hoe oogenschijn- lijk verschillend ook, leiden tot dezelfde conclusie. Leiding, die van de ouderen uit moet gaan, om de jongeren door woord en daad (dit laatste vooral!) op te voeden tot ware Clubliefde, welke opofferingsgezind heid, discipline, gezonde eerzucht om naar boven te komen, van zelf in zich sluit. De jongere spelers vooral moeten voelen, dat óók zij als nuttige leden onzer A.F.C. be schouwd worden, dat men wat voor hen over heeft en dat hunne prestaties nauw keurig gevolgd worden. Uit de veelheid van woordvoerders en den verschillenden aard van de naar voren gebrachte gevoelens, bleek inderdaad, dat de in het algemeen en speciaal bij de hoo- gere elftallen in de laatste jaren, en vooral ook in de achter ons liggende weken, te leurstellende resultaten, thans bij velen de oogen geopend hebben. Het 2de en 3de zijn gedegradeerd, terwijl het 1ste telkens met moeite aan dit gevaar wist te ontkomen. Het beangstigde daarbij is, dat wij tot nu toe slechts in onvoldoende mate uit ons groot spelersmateriaal voldoende goede plaatsvervangers wisten te kweeken! Om dit te bereiken is echter een geheel nieuwe organisatie vereischt, waarvoor de mede werking van oudere leden, vooral oud spelers absoluut noodig hebben. Het is echter in verband met dit geheele debat wel gebleken, dat men dikwijls grie ven had, welke wel op alle mogelijke plaat sen besproken werden, behalve daar waar ze thuis hoorden. En dat is te betreuren, want het is funest. Het ondergraaft den geest en kweekt wantrouwen en animosi teit, waar vertrouwen noodig is en geëischt mag worden. Op de juiste plaats uitge bracht, zou menige bewering onmiddellijk recht gezet kunnen worden, of indien zij juist is, tot verbetering leiden. Niet bestre den, doch mogelijkerwijze om de een of andere persoonlijke reden nog toegegeven of aangedikt, vindt ongezonde critiek onder gronds haar weg, tot schade van het geheel. Nu is dit heusch niets nieuws, want ook bij andere vereenigingen komt dit verschijn sel voor. Laat ik daarom eens een stukje uit het clubblad van een onzer 1ste klassers citeeren, waarin ik voor de goede orde na men etc., weg laat en den betreffenden Clubnaam door A.F.C. vervangen zal, het geen de betrokken Club mij wel vergeven wil. Tot begrip der zaak diene, dat daarin de Elftal-Commissie aan het woord is: „Het ergste, waarmede de commissie „te maken heeft is een soort angst-psy chose, die zich af en toe bij sommige „groepen kant-leden openbaart en die „zijn terugslag ook op de spelers doet „gevoelen. „Angst is al een slechte raadgever en „de commissie doet dan ook een ernstig „beroep op alle leden, om zich niet door „bepaalde uitslagen in de oefenwedstrij- „den al bijvoorbaat een oordeel aan te „matigen over het verloop van een com- „petitie en hun suggesties in deze op de „spelers van het 1ste en 2de elftal over „te brengen. „Men vernielt dan in eenige weken „meer aan de kracht der elftallen, dan de „daarvoor aangewezen instanties er in „jaren aan kunnen bijbrengen. Goede „raad en adviezen stelt de commissie zeer „op prijs en is elk commissie-lid bereid „met ieder over de belangen onzer ver- „eeniging te praten. Komt iemand met „het „ei van Columbus" bij de Commissie „aandragen, niemand die meer verheugd „zal zijn dan wij, omdat wij wenschen, „wat U wenscht. Ons aller wensch is: „zoo goed mogelijke resultaten voor ons aller A.F.C. „Meent ge iets naar voren te moeten „brengen, er uit ermee: zet uw licht niet „onder de korenmaat, maar doet het, „zooals het in een goede organisatie „past, bij de instanties, die voor het door „U aangeroerde onderwerp verantwoor ding dragen! „Hol gepraat en geschreeuw op een „afstand, dat niets positiefs in het belang „onzer vereeniging bijbrengt, verpest al- „leen het moreel in onze gelederen. Ons „schokt het niet, maar zij die de kleuren „onzer A.F.C. op het groene veld ver dedigen, zijn daar gevoeliger voor. Al- „leen als zij weten, voelen, dat zij den „steun, het meeleven van al onze leden „achter zich hebben, zijn zij tot goede „prestaties in staat en bij machte moei lijkheden het hoofd te bieden. „Wie het wel meent met onze ver eeniging, steunt ons in ons werk, werkt „samen, omdat alleen samenwerking de „basis vormt, waarop gearbeid kan „worden." 7 A.F.C.-ers, begunstigt onze adverteerders!

AFC (Amsterdamsche Football Club)

Schakels (clubbladen) | 1933 | | pagina 7