DIJKHUIS ZOON
paald tegen. Waar gaat de voetballerij naar
toe? Hoe lang nog?
Wij stonden met 01 voor in de rust.
Vijf minuten na half-time was het reeds 21
Toen kreeg ik het ontzaggelijk koud.
Ik heb in een cafétje, met een schattige
chanteuse, twintig minuten op mijn schoenen
staan te boenen, en toen waren deze nog
vuil.
Met knobbelen op de terugreis zat het
ook al tegen, en ik kwam zeer „verheugd"
in Mokum terug.
Aldaar ontmoette ik iemand, die zeer la
coniek tegen mij zei:
„Jullie Derde heeft in Hoorn met 42
gewonnen."
Toen had ik toch lol.
LIJDENDVOORWERP.
TAALGEVOEL.
Moorman, de bekwame uitgever van de
„Sportkroniek", heeft in een der laatst ver
schenen nummers van zijn blad een artikel
gelanceerd, dat ieder, die het met onze
Nederlandsche taal goed meent, met schrik
vervullen moet.
De ,,n -voetangel op diverse examens,
maar toch óók: onmisbare letter wordt in
vele gevallen „de laan ingestuurd".
Nu kan ik begrijpen, dat de correctors van
de „Sportkroniek" af en toe wanhopig wor
den, maar dat men daarom in het Offi
cieel Orgaan van den Koninklijken Neder-
landschen Voetbalbond den lof der middel
matigheid zingt dus „maar raak laat
schrijven" gaat m.i. toch te ver!
Wij, in A.F.C., nemen in verschillende
opzichten eenigszins een andere plaats in. En,
moge het dan ook arrogant lijken, laten wij
in ons clubblad trachten, Nederlandsch te
schrijven. Want van het één komt het ander.
Geen n, welaan dan, laat ons dan ook schrij
ven: De lijder werd verascht. (Pardon, dit
beteekent: de scheidsrechter werd van zijn
stuk gebracht.)
Het is opmerkelijk hoe slordig er geschre
ven wordt, hoe onze Nederlandsche taal keer
op keer beleedigd wordt.
Dit zou ik willen zeggen: Wij hebben
twee namen: Hollanders en Nederlanders;
wij hebben twee vlaggen: rood, wit, blauw
oranje, blanje, bleu; wij hebben twee
volksliederen: Wilhelmus en Wien Neer-
landsch Bloed laat ons tenminste één taal!
De taal, die ons boeit bij het lezen van een
boek. de taal, die ons ontroert, wanneer wij
haar in het buitenland hooren, die taal zij ons
heilig!
J. H. WIJNAND.
CRICKET.
„Fabels over rijkdommen van cricket-profs".
Niet ieder criketer die cricket als beroep
gekozen heeft, wordt rijk, al zullen zij, die
weten te sparen, niet van armoede sterven,
en zooals overal, ligt hier de waarheid in
den gulden middenweg.
Beginnen wij met het begin: Hoe komt men
voor een eerste klasse County te spelen? Zoo
men weet is Engeland verdeeld in Graaf
schappen. Is men nu in Yorkshire geboren
en wil men dan later voor Surrey gaan
spelen, al is men dan nog zulk een goed
speler, dan komt men maar niet zoo in het
Surrey-elftal. Dan moet men eerst 2 jaar in
het graafschap Surrey gewoond hebben en
eerst dan kan men voor Surrey uitkomen.
Wil men voor zijn eigen graafschap spelen,
dan geeft men zulks aan den County-secre-
taris te kennen, waarvan men dan later een
uitnoodiging krijgt om proeven van be
kwaamheid af te leggen. Zijn die voldoende
dan wordt men bij den staf van jonge profs
TECHNISCH BUREAU
ELECTRISCHE BIKMACHINE
„A.LP.H.A.G." UNIVERSAL
Automatische Verf-Inrichting
WP.I.N.X,I.T."
PRINS HENDRIKKADE 105 AMSTERDAM (CENTRUM)
TEL.. 41324 C2 lijnen)
A.F.C.-crs, begunstigt onze adverteerders!
16 -