erger voor ons. De Heer v. Buuren begon
in plaats van Hilversum te straffen herhaal
delijk vrije schoppen tegen ons te geven en
dat nog wel op den rand van het strafschop
gebied; vooral de anders zoo onschuldig spe
lende Focke moest het bij hem ontgelden.
Uit een dezer onverdiende vrije schoppen
werd 't met een werkelijk schitterenden kopbal
54. Nog een kwartier was er te spelen.
De verwarring werd steeds grooter, het spel
forscher, terwijl het publiek tierde en raasde
van je welste. Angstige momenten bleven niet
uit. Uit een nieuwe vrije schop volgde een
scherp schot van Hilversum's aanvoerder, die
speciaal van zijn backplaats naar voren kwam
om Veen met een „pil" te verrassen. Jan was
echter op zijn hoede en redde formidabel.
Niets mocht baten, zelfs het feit, dat er 5
min. te lang werd gespeeld. Zooals we ver
leden jaar met 21 wonnen en een Hilver-
sum-speler het veld werd uitgestuurd, werd
nu met 54 gewonnen en moest vlak voor
het einde wederom een speler der tegenpartij
wegens handtastelijkheden er uit. Het eenige
werkelijk aangename van de zijde der tegen
partij was slechts dat hun aanvoerder ons
complimenteerde met de zege.
Nog tot 7 uur toe moest heel Hilversum
hooren, dat A.F.C. II gewonnen had, zoo
ongeveer bovenaan stond, niet te slaan was,
kampioen wordt en wat dies meer zij.
Onze goalgetter Maas ontpopte zich ook
als „kiss-getter". Om kort te gaan, de terug
reis werd zeer vroolijk ondernomen en de
mondjes van het vrouwelijk zoowel als van
het mannelijk geslacht stonden niet stil.
E.D.O. II op bezoek bij ons, en nog geen
nederlaag geleden. Reeds Maandag voor den
wedstrijd sprak ik onze halve voorhoede en
wist ik. dat het er niet bij gelaten zou wor
den. Maas wilde het wel de heele Kalver-
straat uitbrullen, dat we met 31 zouden
winnen. (Dat had je niet gedacht, dat het
dubbel op werd, Maasje?)
Moedig werd begonnen en ook thans
doelpuntte onze linkervleugelman na 10 min.
uit een bijzonder mooi aangegeven, welk
doelpunt weldra gevolgd werd door No. 2
uit solo-spel van Willy met een waren
swerve-bal. E.D.O. maakte de groote fout
slechts klein spel te vertoonen met gevolg,
dat elke aanval gesmoord werd. Een penalty
vermochten we niet te benutten. Uit een
mislukten voorzet maakte plotseling met een
scherp schot Schade v. Westrum, die toch
ook in de doelpunten-weelde wilde deelen,
3 0. Ofschoon E.D.O. feitelijk meer op
onze helft speelde wisten de Haarlemmers
toch in den stand geen verandering te bren
gen. Slechts tevreden gezichten met half
time. Nu nog een beetje t zetten en we
waren weer binnen. Maas wilde ook dien
dag niet achterblijven en scoorde No. 4, ter
wijl Brusse via de bovenlat No. 5 produ
ceerde. Een A.F.C.-elftal in het seizoen 1928
1929 50 voor, dat was te weelderig.
Ook thans in 1 minuut 2 goals tegen. Dus
toch een kans om de punten niet binnen te
krijgen? Weineen, er werd weer met nieuwen
moed afgetrapt en uit een prima-voorzet van
den rechtsbuiten scoorde de aanvoerder, en
bracht dus de stand op 62.
Vergis ik me niet en brengt de E. C. niet
te veel wijziging in het elftal, dan zal de
productiviteit zich niet tot 2 wedstrijden be
perken.
SPELER.
IK SPEELDE EENS RECH LS-BUITEN.
Ik speelde in October eens rechts-buiten
op een veld, gelegen in ons mooie Gooi. Het
publiek zat samengepakt langs mijn lijn en
was rustig zoolang mijn elftal achterstond,
terwijl mijn tegenstanders speelden zoolang
zij voorstonden. Het aspect van den wed
strijd veranderde echter plotseling toen wij
een tweepunten-voorsprong behaalden. Weg
was het spel, weg was de rust. Mijn tegen
standers smeten en trapten: het publiek aan
mijn zijde slingerde zielsverheffende uitdruk
kingen binnen de krijtlijnen. Vele van deze
gingen de perken der zedelijkheidsbegrippen
waarin wij Amsterdammers juist zoo sterk
getraind zijn, verre te buiten, hetgeen voor
onze damessupporter:: zeer pijnlijk was. Zie
hier het risico van dit sympathieke vak. Mijn
grensrechter was tot op dit oogenblik zeer
hoffelijk, betitelde daarna plotseling een
mijner gaten in mijn hoofd met een woord,
hetwelk onder de ,,S" in het woordenboek
te vinden is. Tegenstanders en publiek zon
den ons talrijke invitaties omtrent zieken
huizen, afdroogen, buiten-komen etc. De
vrouwen-supporters onzer tegenstanders gil
den angstwekkend met opgeheven para
plui's, dikke roode mannenhoofden stonden
op barsten. De keeper van mijn elftal ver
vulde de rol van een geschandvlekte, in een
kooi, welke getergd mag worden. Ik kreeg
een hevige slinger, en het publiek gierde;
onze tegenstander-back van ca. 200 pond
werd gevloerd, en het publiek joelde. Een
doelpunt vloog in ons net, hetgeen den toe
stand sterk verergerde. Onze back kreeg een
knock-out en zijn aanvaller moest „er out".
- 5
A.F.C.-ers, begunstigt onze adverteerders!