r
met een bemoedigend woordje over de teleur
stelling bij eventueele tekortkomingen heen
te helpen, hun nu en dan een goeden raad te
geven, hen helpen zelfvertrouwen te krijgen,
kortom hun datgene bij te brengen, wat ik
wedstrijdroutine zou willen noemen. Nu weet
ik wel, dat de practijk maar al te dikwijls
anders is; „goede" spelers zijn helaas zoo
gauw geneigd hun minder goede mede
spelers bij iedere mislukking zelfs al is het
hun eigen schuld uit te kafferen, maar in
dien zij goed beseffen, dat zij daarmede af
brekend in plaats van opbouwend werk ver
richten, dan vertrouw ik, dat ook dit euvel
bij onze elftallen niet zal voorkomen. Meer
dan ooit is het „Eendracht maakt macht" bij
ons thans op zijn plaats.
De wedstrijd tegen R.C.H. op Zondag a.s.
zal een mooie gelegenheid zijn, om voor het
eerste elftal de proef op de som te nemen. Ik
hoop van harte, dat mijn optimisme niet onge
grond moge blijken en onze jongens voor de
eerste aangename verrassing zullen zorgen.
Zoo gaarne wij de R.C.H. succes wenschen,
zij houde het ons ten goede, dat wij een
roodzwarte overwinning met vreugde zouden
begroeten. En mochten onze krachten niet
reiken en wij reeds in de voorronde sneuvelen,
late het dan met eere zijn!
Dus met frisschen moed aan den slag,
A.F.C. vooruit!
I. H. GALAVAZI.
EEN MOOIE VRIJDAGAVOND.
Eenzaam en verlaten ligt ons veld aan den
Wandelweg. Half zeven namiddags. Er
komt leven in de brouwerij. Onze adspiran-
ten en juniores komen in grooten getale op
zetten. Ieder voelt dat er iets bijzonders is.
Ook Schaf ontbreekt niet. De jongens gaan
een „partijtje" spelen, want de technische
leiders ontbreken. Stiekum zie ik een paar
knapen van ons 3e veld verdwijnen om even
later een seintje te geven aan E. v. Ooy dat
alles tip-top in orde is. Van verre zie ik al
dat er iets bijzonders te zien is op onze mooie
overdekte tribune. Laat ik U zeggen waar
het om te doen is: het is de huldigingsdag
van Langevoort Sr., de man die zooveel, zoo
niet alles, in de laatste jaren doet voor onze
jongeren, en met succes. Op wel zeer
ondubbelzinnige en uiterst hartelijke wijze
is dit gebleken. Langevoort wordt uitgenoo-
digd met zijn pupillen op de „overdekte" te
komen. Een alleraardigste groep wordt ge
vormd om een met vlaggedoek bedekte
hulde.
Otto v. Erp geeft in een keurig speechje
blijk wat er bij onze jongeren omgaat en hoe
dankbaar zij zijn dat zij onder goede leiding
steeds hun wedstrijden kunnen spelen. Als
de vlag wordt weggenomen, blijkt Lange
voort vereerd te zijn met een zeer mooi
cadeau, waarvoor de middelen op initiatief
A.F.C.-ers, begunstigt onze adverteerders!
4