REUNI
van J. H. EGGERS
CAFÉ ROYAL, KONINGINNEWEG 212
uit. Goed gesoigneerd, opgewekt en... je hebt
je zeker daar niet onbetuigd gelaten. Zeker
veel van de tripang gesnoept. Come along,
vertel eens wat!"
Onze goede Kees was, toen hij van hier
vertrok, een zeer gezien mannetje in ons
clubje. Samen speelden we in de voorhoede
en vochten en streden onversaagd voor de
kleuren van ons clubje X. Nu is dat gezel
lige vereenigingetje reeds lang ter ziele,
maar zóó na lag ons beiden X nog steeds
aan het hart. dat direct na de eerste begroe
ting X het onderwerp van ons gesprek was.
,,Of ik nog voetbal? Neen, niet meer. Ja
een enkelen keer dan trek ik de schoenen nog
wel eens aan, om tegen de ruïne van een of
andere moderne grootheid van leer te trek
ken. En dan wil het nog wel eens lukken,
dat we nog van die ouderwetsche listige
doelpuntjes weten te maken. Maar voetbal
len. zooals we dat vroeger kenden, neen dat
gebeurt er hier in Holland haast niet meer.
Bedenk eens Kees, je hebt 15 jaar in het land
verkeert, dat zich als een gordel van smaragd
slingert om den evenaar, 15 jaar heeft het
voetbal hier gelegenheid gehad om zich, ge
heel buiten jou, ja zelfs waarschijnlijk buiten
je weten, te ontwikkelen. En dat is gebeurd.
Het voetbal zelf heeft zich ontwikkeld, maar
tevens andere factoren, die het alles zoo ge
heel anders hebben gemaakt dan het vroeger
was".
En daar ontlastte zich aan het gemoed van
Kees een stortvloed van vragen, vragen die
me direct den indruk gaven, dat Kees beter
bij was met de atmospheer, waarin tegen
woordig gevoetbald wordt, dan ik wel be
vroedde.
,,Maar beste Obsi, hoe kan het dan toch
zoover komen? Als je toch ziet, besturen
zoowel als spelers, dat men den verkeerden
kant uitgaat, waarom wordt er dan niet uit
alle macht geremd, al moesten ook de stuk
ken er af vliegen". En onze goede Kees vatte
hoe langer hoe meer vuur. „Wil je iets goed
houden, dan de hand aan de ploeg. In stuk
ken moet de grond. Diepe voren er in. En al
vindt je het aanvankelijk nog zoo jammer,
dat je dat mooie vlakke stukje land moet
omwoelen, niet aan denken. Je wilt resultaten
zien, nietwaar, welnu, dan er op in. Ruk
den grond uit elkaar, en als je dat gedaan
hebt en op de ruïne van het gelijke landje
het zaad hebt uitgestrooid, dan groeit alles
eerst welig op. Nooit zaaien op een onge-
ploegden en onbewerkten bodem".
Kees had gelijk. Heeft men in Holland niet
veel te veel gesold? Heeft men niet teveel
achter de feiten aangeloopen? Wat biedt ons
de voetbalwereld op dit oogenblik? Verkapt
amateurisme, voetbalvlegelachtigheid, in
menging van een opgewonden, ik zou haast
zeggen ontoerekenbaar publiek, is aan de
orde van den dag. En dat alleen, omdat de
N.V.B. deze feiten niet voorzien en er bij
voorbaat al maatregelen tegen genomen
heeft. Men is met de maatregelen tegen en
kele uitwassen (vele laat men ongemoeid)
te laat gekomen. En de clubs zelf, wat heb
ben die er tegen gedaan? Er tegen gedaan?
Kom kom, ze hebben een en ander eerder in
de hand gewerkt. Het was immers zooge-
naam in het belang van de club, dat men
dezen of genen toestand tolereerde, men kon
er dezen of genen goeden speler door win
nen, als men zus of zoo handelde. En als
men dien goeden speler won, dan had men
daarmede een betere kans op een kampioen
schap. Of de geest van het elftal door het
opnemen van een zwart schaap bedorven
werd, overwoog men wel even, maar er
waren groote belangen, die zich tegen niet-
opname verzetten, want reken eens uit, kam
pioen worden, dan naar de eerste klas en
dan eiken Zondag een welgevulde lade. Is
dat niet verleidelijk?
NA AFLOOP DER WEDSTRIJDEN BIJ
A. F. C.-ers, begunstigt onze adverteerders