Jaarverslag van de AMSTERDAMSCHE FOOIBALL CLUB SEIZOEN 1965/1966,
Mijne Heren,
Hiermede heb ik het genoegen u het jaarverslag te mogen geven
over het seizoen 1965/1966.
Traditiegetrouw zal ik aanvangen met het voetbaltechnische
gedeelte van mijn verslag, alhoewel ik mij hier en daar
beperkingen dien op te leggen gezien het grote aantal elftallen,
dat wij ook dit seizoen weer in het veld brachten.
In het algemeen gesproken is het een redelijk seizoen geweest.
Niets meer en niets minder. Tegenover de min of meer teleur
stellende resultaten van onze vlaggedragers, vooral in het
laatste deel van de competitie, staat het succes, dat onsj^ derde
elftal, na vele jaren, wist te bewerkstelligen: promotie naar de
reserve 2e klasse van de K.N.V.B. Niettemin mag gesteld worden,
dat mede door het bewust streven naar het kampioenschap van het
derde, jongere krachten nog niet voor ons eerste konden worden
ingezet. Wat de teams, uitkomend in de afdeling Amsterdam,
betreft, kan ik u verhalen van de voortreffelijke consolidatie
van de teams (vijf in getal), welke vorig seizoen promoveerden,
zij het met uitzondering van het zesde, waar ik straks op terug
zal komen.
Op Waterdag, 4 september ging ons eerste K.N.V.B. elftal van
start en wel ons eerste Zaterdag team. Zondag, 12 september
startte de zondagcompetitie. Het verloop van de competitie stak
ongunstig af in verhouding tot het vorige seizoen. Liefst 10
Zondagen werden, althans wat ons eerste betreft, de velden
afgekeurd tegen 5 in het vorig seizoen. Bovendien kwam daar nog
bij, dat de K.N.V.B. nog immer de amateur competitie stil legt
bij het spelen van een interland wedstrijd. Op zichzelf een
volkomen overbodig iets, ook al gezien de sterk verminderde
belangstelling voor deze wedstrijden. Tevens werd enige malen
het besluit tot algehele afgelasting nogal voorbarig genomen,
hetgeen o.m. tot een protest telegram van onze vereniging leidde,