meene Vergadering thans het logische van
de wenschen van het Bestuur heeft ingezien,
en thans ermede accoord gegaan is, om het
Bestuur althans voor het komend seizoen vol
macht te geven, die Elftal-Commissie samen
te stellen, van welke het verwacht, dat zij de
opvatting van het Bestuur omtrent den maat
staf der beoordeeling der spelers in de practijk
zal verwezenlijken. Het Bestuur heeft thans
de Heeren J. G. M. Bosch, E. I. Rood (secre
taris), N. A. Scheepens en C. F. de Vilder
aangezocht de Elftalcommissie te vormen,
terwijl als Sub-Commissieleden werden uit-
genoodigd de Heeren F. v. Dijk, G. Lange-
voort, E. I. Rood (secretaris) en N. A. Selles,
waarbij dan tevens aan de lang gevoelde be
hoefte voldaan wordt, dat het secretariaat der
E.C. en Sub-Commissie in één hand is, zoo
dat een vruchtbare samenwerking mogelijk
wordt.
Tot onze spijt was de Hr. N. A. Scheepens
door particuliere omstandigheden verhinderd,
zijn benoeming te aanvaardenin overleg
met de andere elftalcommissie-leden is be
sloten, den Heer T. G. Brcmilow als vierde
lid der E.C. te beschouwen.
Onze trainer, Bromilow, heeft zich voor-
loopig tot het spelen van onderlinge partijen
voor afzonderlijke categorieën van spelers
bepaald. Ongetwijfeld heeft hij nu zoo lang
zamerhand eenigen kijk erop gekregen, welke
spelers voor verdere intensieve training in
aanmerking komen en waarvan hij mag ver
wachten, dat zij ook daaraan ernstig zullen
deelnemen en haar niet als een „lollig"
zomeravond-bezigheidje zullen beschouwen.
Ik wil niet nalaten allen spelers, voor zoover
zij dit niet reeds uit zichzelf besloten hebben,
nogmaals dringend op het hart te drukken:
komt geregeld op de daarvoor bestemde
avonden, vat de zaak serieus op, en verleent
Bromilow de volle medewerking. Tot nu toe
is de opkomst bevredigend geweest, laat dit
ook zoo blijven, opdat wij straks weer niet
moeten bidden en smeeken, of men alstublieft
eens komt, zoodat sommige spelers zich gaan
verbeelden, dat zij zich al een groote opoffe
ring voor de A.F.C, getroosten, als zij op een
heerlijken zomeravond naar ons mooie veld
komen en een beetje oefenen. Neen, gij moet
beseffen, dat het hier gaat om het belang van
A.F.C, niet alleen, maar ook om uw eigen
toekomst als voetballer. Zoovelen hebben ^n
de beurs getast om ons in de gelegenheid te
stellen een trainer te engageeren, waardoor
gij in staat gesteld wordt uw ontspanning te
perfectionneeren en daardoor tevens onze
A.F.C, omhoog te brengen. Toont, dat deze
velen zich in uw goede sportopvattingen niet
vergist hebben. A.F.C, moet en zal weer
eens sterker voor den dag komen en dat ligt
vóór alles in uw handen. Het moet thans ver
der van u zelf uitgaan. Gij zelf moet er bij
zonderen prijs op stellen een plaatsje in een
der hoogste elftallen te veroveren, om met dat
elftal het komend seizoen de A.F.C.-kleuren
ter overwinning te voeren. Wie dezen wil
niet heeft en dezen geest niet in zich voelt,
kan zijn plaats beter aan een ander afstaan.
Ik hoop hiermede den spelers den toestand
voldoende duidelijk te hebben gemaakt.
Gelijk bekend heeft er in het Bestuur één
wijziging plaats gevonden. Penningmeester
Wijnand bedankte voor zijn functie. Op de
Algemeene Vergadering bleek reeds hoezeer
het werk van Wijnand geapprecieerd werd.
doch op deze plaats wil ik hem nogmaals
hartelijken dank zeggen voor den rusteloozen
ijver en de groote liefde voor zijn club, waar
mede hij zes jaar lang zijn speciaal in onze
club zoo uiterst moeilijke en bijzonder tijd-
roovende taak vervuld heeft en daarbij op
merkelijke successen wist te behalen. De
A.F.C, is hem hier dankbaar voor en stelt het
bijzonder op prijs, dat hij bereid bleef de
redactie van ons clubblad te blijven waar
nemen, zoodat wij ons erop mogen verheu
gen, in de toekomst nog aan menig sappig
artikeltje te kunnen smullen. Dat hij in de
prestaties onzer elftallen, speciaal van het
eerste, een stimulans moge vinden, is ons aller
wensch!
Gelukkig vonden wij den Heer J. G. M.
Bosch bereid zijn oude functie van penning
meester weer op zich te nemen. Ik hoop, dat
hij voorspoedig moge werken en wek alle
leden op hem zooveel mogelijk te assisteeren,
en wel door prompte contributiebetaling en
speciaal onze eerste-elftallers, door series
overwinningen, waardoor de publieke belang
stelling getrokken wordt, om daardoor een
bron van inkomsten ruimer te laten vloeien,
welke reeds zoo lange jaren ons slechts uiterst
bescheiden baten gebracht heeft.
Het zij mij vergund Gé Bosch ten voorbeeld
te stellen aan allen, die eventueel straks door
het Bestuur zullen uitgenoodigd worden in de
een of andere functie het Bestuur of de E.C.
te assisteeren. Ik denk daarbij aan leiders bij
de lagere elftallen, assistentie bij thuiswed
strijden, om te beginnen bij ons A.R.O.L.-
tournooi, waarvan de data op 30 Augustus en
6 September zijn vastgesteld, etc. Het Bestuur
zal het zeer op prijs stellen, indien zij, die tot
de organisatie op die manier willen bijdragen,
zich thans reeds bij onzen secretaris opgeven.
A.F.C.-ers, begunstigt onze adverteerders!
4 -
