als laatste geëindigde eerste klasser, het
Leidse Ajax. De uitwedstrijd werd een
complete desillusie, want AFC kreeg met
4-0 klop. Helaas kon in de thuiswedstrijd,
die door 4.000 toeschouwers werd be
zocht, de opgelopen schade niet gerepa
reerd worden. Na de openingstreffer van
Togneri maakte Ajax gelijk en zo bleef
het. De Leidenaren hadden het vege lijf
gered en AFC bleef waar het was: in de
tweede klasse, waar de publieke belang
stelling allengs verloren zou gaan aan het
andere Ajax - de Hoeve Goed Genoeg-
buurman - dat in 1911 ten koste van Her
cules de eerste klasse wèl bereikte.
Een positief punt voor AFC was een nieuw
gebouwd clubhuis, dat op 10 oktober 1909
door de Watergraafsmeerse burgervader De
Wit officieel voor geopend werd verklaard.
AFC was met veel geestdrift en inzet de
lange weg gegaan naar promotie, die op de
valreep werd gemist. Een terugslag in het
seizoen 1909/1910 kon dan ook nauwe
lijks uitblijven.
Na een luisterrijke viering van het 15-jarig
bestaan beëindigde AFC de competitie als
vierde na VOC, Concordia en Ajax, dat aan
zijn opmars was begonnen. Maar dat eer
ste AFC-elftal, toch het vlaggeschip van de
club, was voorlopig als runner-up uitge
schakeld. Het zou 4-maal achtereen - van
1911 tot en met 1914 - als 'eeuwige'
tweede eindigen.
De promotie van het tweede elftal naar de
reserve eerste klasse - nog in 1910 - was
echter verheugend.
En dat dikke Mixed Pickles-boek - nog
steeds deel 1 - liet in de turbulente jaren
1909 en 1910 de trouwe AFC-ers niet in de
steek. Daarvan getuigen onder meer bij
dragen van Vandra Neubrend (man
vrouw?) en ene Joris Vetklep.
Weer wordt de voortgang van de AFC-ge-
schiedenis even onderbroken. En daar is -
alweer - een goede reden voor.
Bij H.J.W. Becht's Uitgevers Mij N.V. te
Amsterdam verscheen namelijk in 1915
de eerste druk van het jongensboek 'De
AFC-ers', geschreven door J(ouke) B(roer)
Schuil (1875 - 1960). De twaalfde en laat
ste druk daarvan kwam uit in 1983 (68 jaar
later) bij Uitgeverij Gottmer/Becht te Bloe-
mendaal. Generaties voetbalgekke jonge
ren, waaronder ongetwijfeld veel 'echte'
AFC-ers, hebben dat boek 'gevreten'. In
'De AFC-ers' lopen werkelijkheid en fanta
sie dooreen en het beschreven AFC is niet
een blauwdruk van ons levensechte AFC,
maar het verhaal speelt zich aanwijsbaar af
in de voetbalperiode tot 1920, die hier aan
de orde is.
Kort samengevat hier het boekverhaal.
De jeugdige Eddy Lomans tobt met drie
vieren op zijn HBS-rapport (van de Fluit,
de Kameel en de Pompelmoes), waardoor
hem de toegang tot het AFC-veld voorlo
pig door zijn vader wordt ontzegd. Maar
verboden vruchten smaken het lekkerst
en dus wordt er af en toe toch stiekem ge
voetbald.
Niettemin heeft Eddy een hart van goud,
haalt zijn cijfers weer op en gaat als sco
rende linksbinnen een grote voetbaltoe
komst tegemoet. Hij raakt inmiddels tot
over zijn oren verliefd op Kitty Walden,
die zijn grootste fan wordt en steevast
met haar zakdoekje zwaait als Eddy weer
eens scoort.
a.ec:
MCHU1L
X
De AFC-ers
J. m i
'De AFC-ers', door J.B.Schuil.
Eerste druk van maart 1914
(geïllustreerd door
O.Geerling).
Ter gelegenheid van het 18-
jarig bestaan speelde AFC bij
Hoeve Goed Genoeg in de
Watergraafsmeer op 19
januari 1913 een onderlinge
veteranenwedstrijd tussen de
'Gehuwde Elf en de
'Ongehuwde Elf. De
eendracht bleef met 3-3
bewaard.